Hindoeïsme en Boeddhisme

    Hindoeïsme
          &
   Boeddhisme





Havo
VWO

1 / 57
volgende
Slide 1: Tekstslide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 57 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

    Hindoeïsme
          &
   Boeddhisme





Havo
VWO

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het Hindoeïsme is behalve een godsdienst, vooral een manier van leven. De term is afgeleid van 'Shindoe', een rivier (nu de 'Indus').
Eerste sporen zijn te vinden ca. 3000 voor 0.

De basisstructuur van de Arisch-Indische cultuur wordt ontwikkeld in de Vedische tijd (1000 voor 0).

Elke gelovige kent zijn eigen ideeën en vindt zijn eigen vorm waarbinnen zijn levensbeschouwing kan bestaan.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Er is niet een bepaalde stichter aan te wijzen. Het Hindoeïsme is een volksreligie: godsdienst en cultuur lopen geheel in elkaar over.

Een dier heeft evenzeer recht op leven als een mens. De koe is belangrijk, omdat we ons bestaan danken aan dit dier. 

De Heilige rivier de Ganges neemt een belangrijke rol in het leven van Hindoes (wassen / crematies). 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ook de dood neemt een belangrijke plek in in het Hindoeïsme. Het wordt als iets positiefs ervaren! Na je overlijden wordt je geboren in een ander lichaam, met dezelfde ziel (atman). Dit noemen we reïncarnatie

Shiva, de God van de dood, is daarom erg belangrijk én populair. 

De tijd heeft een cyclisch karakter


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Heilige koe en Puja
De                  is een heilig dier            Mag niet gegeten of gestoord worden. Dit omdat de koe voor           producten zorgt. Urine van de koe wordt gedronken als           . . . De mest van de koe wordt gebruikt om het                            te bewerken en om                     op te warmen. 
De Puja is een gebedsritueel: vindt plaats bij alle belangrijke levensgebeurtenissen. Dit kan thuis of in een Mandir 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mandir = tempel, opgedragen aan een bepaalde god of godin. Levendige plaatsen; ontmoetingsplek voor ceremonies en puja                          (offeren aan de goden).

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Heilige boeken
  • De Veda's vormen de basis van alle denkwijzen binnen het Hindoeïsme.
  • De Oepanishads bevatten gesprekken tussen leerlingen en leermeesters over de grote levensvragen.
  • De Epen zijn verhalen over Goden en Godinnen. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heilige boeken
De belangrijkste, oudste geschriften noemen we de Veda's. Ze zijn geschreven in het Sanskriet en mogen alleen door brahmanen gelezen worden. Ze bestaan uit
- lofzangen
- gebeden
- offers en spreuken
- regels voor rituelen

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aum
Lotusbloem
Swastika
Mandala

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kastenstelsel
Heeft alles met de klassenmaatschappij te maken. Een kaste is een sociale laag of groepering van de bevolking. Je kunt tijdens je leven niet van kaste veranderen. 
1. Brahmanen (priesters, wetenschappers, ministers)
2. Ksahtriyas (soldaten en heersers)
3. Vaishiyas (boeren en handelaren)
4. Shudras (werkers en vaklieden)
(5). Dalits (kastelozen)

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Mahatma Gandhi
De Britten zijn de baas in India (kolonie) als Gandhi in 1869 wordt geboren. Gandhi wil India onafhankelijk maken, door te protesteren zonder geweld te gebruiken, terwijl Engeland juist wel geweld gebruikt. India wordt onafhankelijk!

Gandhi wordt gezien als held. 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Levensbeschouwing
Het Hindoeïsme kent een cyclisch wereldbeeld: de kosmos is onderhevig aan opgang en verval. De mens is ook gevangen in de cyclus van geboorte en wedergeboorte (Samsara). Het doel is om deze cyclus te doorbreken (Moksha). Karma, het handelen, bepaalt de wedergeboorte. Bij een goed karma zal de ziel een betere bestemming krijgen. Wat goed handelen is, wordt bepaald door de sociale klasse waarin je wordt geboren. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Levensbeschouwing
  • Atman = soort ziel, een goddelijke kern, die ieder levend wezen bij zich draagt. 
  • Brahman = de oerziel / oorsprong / zuivere levensbron. Hier is alles uit ontstaan. Mensen en dieren zijn ook een Godheid.
Als je overlijdt, wordt jouw lichaam verbrand, 
zodat de ziel weer terug kan naar Brahman. 
  • Dharma is de plicht die een mens moet vervullen. Die zijn gezamenlijk (niet liegen / doden / etc.) en persoonlijk (sva-dharma).

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Levensbeschouwing
Moksha is dus de bevrijding uit de kringloop van reïncarnatie. Dit kan je bereiken door: 
  • Meditatie voor juiste kennis en inzicht. Yoga komt voort uit de Hindoeïstische traditie.
  • Godenverering (Puja).
  • Het vervullen van jouw dharma. 




Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Levensbeschouwing
Karma betekent letterlijk "handeling" of "actie". Alles wat we doen, denken, of zeggen, komt weer bij onszelf terug. 

Goede daden leiden tot goede gevolgen, kwade tot slechte gevolgen. 
Dit bepaalt ook je toekomst.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Godenwereld

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

BRAHMAN
Brahma = Oppergod / Schepper / ONTSTAAN
Vishunu = Beschermer / BESTAAN
Shiva = Verwoester en herschepper / AFSTAAN
Er zijn nog miljoenen andere Goden 
en Godinnen: mannelijk, vrouwelijk, 
onzijdig, dierlijk, etc.
Populair zijn ook nog: Krishna en Ganesha.
TRIMURTI

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor sommigen een religieus symbool, voor anderen een mode verschijnsel. Bij sommige groepen geeft de stip aan dat iemand getrouwd is (rood), bij anderen is het een oog dat naar je eigen gedrag kijkt. 
Tika of Tilak

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

stromingen in het boeddhisme
Boeddhisme 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geschiedenis
Het Boeddhisme is in de zesde eeuw voor 0 ontstaan in India, omdat Boeddha kritiek had op het Hindoeïsme. Zo ontstond een nieuwe levensbeschouwing. Het woord 'Boeddhisme' is afgeleid van Boeddha, wat komt van 'budh', dat 'weten' of 'wakker worden' betekent. Boeddha was zo de Verlichte die de mensheid een weg naar inzicht wees. Het Boeddhisme is geen godsdienst, men gelooft niet in een God of Goden. 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  Drie juwelen
Kern van het boeddhisme:

  • Boeddha 
  • Dharma (de leer)
  • Sangha (de gemeenschap)



Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht: bibliodrama
We gaan in twee groepen het verhaal van Boeddha naspelen. De ene helft werkt, buiten het lokaal om, zelfstandig aan paragraaf 2.1 en 2.2. De andere helft krijgt 30 minuten voorbereidingstijd en 10 minuten om het levensverhaal uit te voeren. Het gaat hierbij om inleving: spelenderwijs brengen we het verhaal van Siddharta Gautama tot leven.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht: bibliodrama
Zoek extra informatie op op internet! Zo wordt over de wonderbaarlijke geboorte weinig verteld in het boek. In het verhaal komen in ieder geval de volgende personages voor:
  • Een verhalenverteller
  • Siddharta Gautama / De Boeddha
  • Zijn vader (Suddhodhana) & moeder (Maya) (= twee leerlingen)
  • De oude man (deze leerling speelt ook de 'zon')
  • Een ongeneeslijk zieke
  • Een dode (deze leerling speelt ook de 'boom')
  • Een monnik (asceet)
  • Witte Olifant / bediende / Mara (= één leerling)
  • Muziekleraar & leerling (= twee leerlingen)




Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Levensbeschouwing
Het Boeddhisme kent ook een cyclisch wereldbeeld. De mens is gevangen in de cyclus van geboorte en wedergeboorte (Samsara). Het doel is om deze cyclus te doorbreken (Nirvana). Het kastenstelsel werd door Boeddha verworpen. Dharma is daarom geen wetmatigheid, maar een leer en de weg naar Nirvana. Ieder mens kan Verlichting bereiken! De kern van deze leer bestaat uit de Vier Edele Waarheden:

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dharma: de vier edele waarheden
1.  Alles bestaat uit lijden.
2. Dit lijden wordt veroorzaakt door onze verlangens. 
3. We kunnen het lijden stop zetten en beheersen.
4. De weg hiernaartoe is 'het edele achtvoudige pad'. 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Achtvoudige pad

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De Sangha - Kloostergemeenschap
De kloostergemeenschap bestaat uit monniken en nonnen en leken. Is de belangrijkste van de 3 juwelen. 
Monniken en nonnen volgen een strenge disciplinaire code: ze hebben geen eigen bezit.
Monniken en nonnen zijn afhankelijk van de gift die ze krijgen van de mensen om hen heen. 

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stromingen
  • Hinayana Boeddhisme: "verlossing is slechts weggelegd voor de monniken".
  • Mahayana Boeddhisme: "verlossing geldt voor de gehele mensheid".
Het Tibetaans Boeddhisme en het Zen Boeddhisme horen bij deze laatste stroming. Het Tibetaans Boeddhisme bereikt ons via de Dalai Lama. 

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het Hindoeïsme is de oudste, nog bestaande godsdienst ter wereld. Hoe oud?
A
500 jaar
B
5000 jaar
C
10.000 jaar
D
15.000 jaar

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het Hindoeïsme kent geen stichter of profeet.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De Brahman is een soort van:
A
Oerknal
B
Oerend hart
C
Oerziel
D
Oever

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie of wat hebben in wezen alle kwaliteiten van Brahman?
A
Planten, stenen, dieren
B
Mensen, stenen, planten
C
Stenen, dieren, mensen
D
Mensen, dieren, planten

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een Atman is hetzelfde als jouw karakter: ze kunnen niet los van elkaar.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Reïncarnatie is:
A
Opnieuw geboren worden met een andere ziel
B
Opnieuw geboren worden met dezelfde ziel
C
Opnieuw geboren in hetzelfde lichaam
D
Niet opnieuw geboren worden

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het leven volgens het
Hindoeïsme heeft
een:
A
Lineair karakter
B
Tertiair karakter
C
Hertog Jan karakter
D
Cyclisch karakter

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden van slechte karma:
A
Vergeving
B
Nederigheid
C
Manipulatie
D
Zelfdiscipline

Slide 46 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden van goede karma:
A
Vergeving
B
Lafheid
C
Vechten
D
Opzettelijk schaden

Slide 47 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De hoogste kast in het kastenstelsel is:
A
Vaishiyas (boeren)
B
Kshatriyas (soldaten)
C
Shudras (werkers)
D
Brahmanen (priesters)

Slide 48 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bevrijding uit de kringloop van reïncarnatie binnen Hindoeïsme is:
A
Samsara
B
Atman
C
Moksha
D
Nirwana

Slide 49 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bevrijding uit de kringloop van reïncarnatie binnen Boeddhisme is:
A
Samsara
B
Atman
C
Moksha
D
Nirwana

Slide 50 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ohm
Lotusbloem
Swastika
Mandala

Slide 51 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk van deze uitspraken over het ontstaan van het Boeddhisme is NIET juist? Het Boeddhisme is ontstaan
A
uit het Hindoeïsme
B
in India
C
rond 300 n.C.
D
door de prins Siddharta

Slide 52 - Quizvraag

480-400 v.C.
Wanneer is het wel ontstaan?
Boeddha leefde ongeveer 480-400 v.C.
In het Boeddhisme verwijst 'dharma' naar
A
de hemel
B
de Boeddhistische leer
C
de Boeddhistische gemeenschap
D
de stad Benares

Slide 53 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De ‘drie juwelen’ van het Boeddhisme zijn:
A
de Boeddha, het achtvoudige pad, en het nirvana
B
de Boeddha, de dharma (leer) en de sangha (gemeenschap)
C
De drie edele waarheden
D
Het drievoudige pad

Slide 54 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Boeddhisme is...
A
Monotheistisch
B
Polytheistisch
C
Geen van beide

Slide 55 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het symbool van het Boeddhisme?
A
B
C
D

Slide 56 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is ´De Sangha´ in het boeddhisme?
A
Een gemeenschap van boeddhisten
B
Een gemeenschap van monniken
C
Een gemeenschap van hindoestanen die zijn overgestapt naar het boeddhisme
D
Een gemeenschap van christenen die zijn overgestapt naar het boeddhisme

Slide 57 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies