Klokkijken en maanden
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Kun jij analoog klokkijken?
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Video
Kun jij digitaal klokkijken?
Slide 4 - Woordweb
Hoeveel dagen heeft de maand januari?
A
28
B
29
C
30
D
31
Slide 5 - Quizvraag
Hoeveel dagen heeft de maand februari?
A
28
B
29
C
30
D
31
Slide 6 - Quizvraag
Het is vandaag 24 maart. Over twee maanden is het ...
A
24 april
B
24 mei
C
24 juni
D
24 juli
Slide 7 - Quizvraag
Het is vandaag 6 april. Twee maanden geleden was het ...
A
6 januari
B
6 februari
C
6 maart
D
6 juni
Slide 8 - Quizvraag
Welke maand komt er voor december?
A
oktober
B
november
C
september
D
januari
Slide 9 - Quizvraag
Welke maand komt er na augustus?
A
oktober
B
september
C
juli
D
november
Slide 10 - Quizvraag
Hoeveel dagen heeft oktober?
A
28
B
29
C
30
D
31
Slide 11 - Quizvraag
Hoe laat sta jij op 's ochtends?
Slide 12 - Woordweb
Hoe laat is 20:40 uur?
A
tien over half 9
B
tien over half 8
C
half 9
D
half 10
Slide 13 - Quizvraag
Hoe laat is 07:25 uur?
A
25 minuten over 7
B
5 voor half 8
C
5 over half 8
D
half 8
Slide 14 - Quizvraag
Waar wijst de grote wijzer naar op de klok?
A
uren
B
minuten
C
seconden
D
dagen
Slide 15 - Quizvraag
Waar wijst de kleine wijzer naar op de klok?
A
uren
B
seconden
C
dagen
D
minuten
