H3 Leerdoel 2 HV2

Ik kan wortels uitrekenen.
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Ik kan wortels uitrekenen.

Slide 1 - Tekstslide

Samenstelling van deze les
  • Uitleg leerdoel aan de hand van succescriteria
  • Slides met theorie en notatie tips
  • Check
  • Aan de slag
  • Check
  • Afsluiting


Slide 2 - Tekstslide

Ik kan wortels uitrekenen.
Succescriteria

Ik weet wat een wortel van een getal is.
Ik weet het verschil tussen een benadering en een exact antwoord.
Ik weet wat tegengestelde getallen zijn.



Slide 3 - Tekstslide

Welk antwoord is juist?

33=
A
9
B
-9
C
-27
D
27

Slide 4 - Quizvraag

Welk antwoord is juist?

(2)4=
A
-8
B
8
C
16
D
-16

Slide 5 - Quizvraag

Slides met theorie, voorbeelden en filmpjes.

Slide 6 - Tekstslide

0

Slide 7 - Video

Oppervlakte van een vierkant
4 cm
4 cm
25cm2

Slide 8 - Tekstslide

Het tegenovergestelde van een kwadraat is een wortel
Het getal onder het wortelteken is altijd 
0

Slide 9 - Tekstslide

Het tegenovergestelde van een kwadraat is een wortel
[?]64=8
82=64
Het getal onder het wortelteken is altijd 
0
[?]64
Bestaat niet want er is geen getal te vinden waarvan het kwadraat -64 is
x

Slide 10 - Tekstslide

Het tegenovergestelde van een kwadraat is een wortel
[?]64=8
82=64
Het getal onder het wortelteken is altijd 
0
[?]64
Bestaat niet want er is geen getal te vinden waarvan het kwadraat -64 is
bestaat wel, dit is het tegengestelde van 
net als -3 het tegengestelde is van 3
[?]64
[?]64

Slide 11 - Tekstslide

Het tegenovergestelde van een kwadraat is een wortel
[?]64=8
82=64
Het getal onder het wortelteken is altijd 
0

Slide 12 - Tekstslide

Wortels van getallen
Een wortel en kwadraat heffen elkaar op!






81=9
92=81
Leer de kwadraten van 1 t/m 16, 20 en 25 uit je hoofd!

Slide 13 - Tekstslide

Tegengestelde getallen
Twee getallen met de som 0 heten tegengestelde getallen.
-4 en 4 zijn elkaars tegengestelden, want -4+4=0.
voor -√4   en  √4  geldt hetzelfde.

Een wortel uit een negatief getal bestaat niet!


Slide 14 - Tekstslide

Afronden van het antwoord.
Exacte antwoord --> geheel getal of wortel laten staan.
√16=4          √15= √15

Antwoord bij benadering --> afronden op 2 decimalen.
√15 ≈ 3,87


Neem bovenstaande over in je schrift.

Slide 15 - Tekstslide

Benadering
30cm2
[?]305,48
Notatie benadering:                     cm

Slide 16 - Tekstslide

Aan de slag
Heb je aantekeningen genoteerd in je schrift?

Maak opgaven: 


Controleer je werk kritisch met behulp van de uitwerkingen via magister leermiddelen.
Snap je wat je fout gedaan hebt? Verbeter je fouten met een andere kleur. 
Wie kan je om hulp vragen als je het niet begrijpt?
Let ook op je notatie!

Lever in je nagekeken uitwerkingen van opgaven 5 en 6 via de volgende slides.
HAVO: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7
VWO: 2, 3, 4, 5, 6, 7, U1, (U2)

Slide 17 - Tekstslide


Maak opgave 5
Upload een foto van je uitwerkingen hieronder. Let op je notatie!
Ik weet het verschil tussen een benadering en een exact antwoord.

Slide 18 - Open vraag


Maak opgave 7e
Upload een foto van je uitwerkingen hieronder. Let op je notatie!
Ik kan rekenen met wortels en kwadraten.

Slide 19 - Open vraag


Leerdoel 2
Ik kan wortels uitrekenen.
A
onvoldoende
B
voldoende
C
goed
D
uitmuntend

Slide 20 - Quizvraag

Fijn dat je de hele les hebt doorlopen!

Check
Aantekeningen voor jezelf gemaakt bij dit leerdoel?
Alle opgaven nagekeken?
Alle slides doorgelopen en foto's ingeleverd? 

Succes met het volgende leerdoel.

Slide 21 - Tekstslide