De Instellingen van de Europese Unie

H10 De Instellingen van de Europese Unie
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
RechtMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

H10 De Instellingen van de Europese Unie

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Terugblik vorige week

Afsluiting H10

Aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het einde van de les zul je de instellingen van de Europese Unie en hun taken begrijpen, evenals het verschil tussen richtlijnen en verordeningen.

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je nog van vorige week?

Slide 4 - Woordweb

Samenwerking met landen in de Europese Unie
De Europese Unie werkt samen met landen om economische, politieke en sociale doelen te bereiken.

Samenwerkingsverband van 27 Europese landen 

Vanaf 1 januari zijn het er 27 IPV 28 landen, wat is hier gebeurd?




Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Drie pijlers Europese Unie

Economische integratie; markt met open grenzen en invoering van 1 munt; de euro

Samenwerking op het gebied van buitenlands en veiligheidsbeleid

Samenwerking op het gebied van binnenlandse zaken en justitie.

Slide 7 - Tekstslide

Voorwaarden om lid te worden van de EU; 
Geografisch; een land in Europa
 
Politiek; democratie en mensenrechten respecteren.

Economisch; goed functionerende markteconomie.

Wettelijk; volledige EU wetgeving willen overnemen in nationale wetgeving



Slide 8 - Tekstslide

Samenwerkingsorganisaties
VN

Navo 

Internationale strafhof 



Slide 9 - Tekstslide

De VN (Verenigde Naties)
Wat is de VN en wat doet de VN?

De Verenigde Naties zijn een organisatie voor vrede, veiligheid en samenwerking. 

Bijna ieder land ter wereld is lid. De NAVO is een militair bondgenootschap tussen 31 landen uit Europa en Noord-Amerika – om de vrijheid en veiligheid van alle landen die lid zijn te beschermen

Slide 10 - Tekstslide

De NAVO
De NAVO is een militair bondgenootschap tussen 31 landen uit Europa en Noord-Amerika – om de vrijheid en veiligheid van alle landen die lid zijn te beschermen

Slide 11 - Tekstslide

Wie kent een instellingen van de Europese Unie?

Slide 12 - Woordweb

De Europese Commissie
De Europese Commissie is verantwoordelijk voor het voorstellen en uitvoeren van EU-wetgeving, en voor het uitvoeren van het EU-beleid.

Slide 13 - Tekstslide

Taken Europese Commissie
Wetsvoorstellen in te dienen bij het parlement en bij de raad

De EU-begroting te beheren en te verdelen 

EU-recht handhaven

EU vertegenwoordigen op internationaal niveau 

Slide 14 - Tekstslide

De Raad van de Europese Unie
De Raad van de Europese Unie vertegenwoordigt de regeringen van de EU-lidstaten, neemt wetgeving aan en coördineert het EU-beleid.

Ministers van de lidstaten

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link

Taken raad van de Europese Unie
Goedkeuring van Europese Wetten 

Coördinatie van het economisch beleid

Goedkeuring van de EU-begroting 

Slide 17 - Tekstslide

Het Europees Parlement
Het Europees Parlement is het rechtstreeks verkozen orgaan van de EU en speelt een rol bij het aannemen van EU-wetgeving en het controleren van andere EU-instellingen.

Slide 18 - Tekstslide

0

Slide 19 - Video

Hof van Justitie van de Europese Unie
Het Hof van Justitie van de Europese Unie zorgt ervoor dat de EU-wetgeving in alle EU-landen op dezelfde manier wordt toegepast, en beslecht geschillen tussen EU-landen en instellingen.

Slide 20 - Tekstslide

Europees recht
Drie bronnen van gemeenschapsrecht

- Primair recht: De verdragen van de Europese Unie

- Secundair recht: Verordeningen en richtlijnen

- Uitspraken van het hof van justitie 

Slide 21 - Tekstslide

Verdragen
Een EU-verdrag is een bindende overeenkomst tussen de lidstaten

Het definieert de doelstellingen van de EU

de regels voor de EU-instellingen

het besluitvormingsproces en de betrekkingen tussen de EU en haar lidstaten

Slide 22 - Tekstslide

Richtlijnen en Verordeningen
Richtlijnen zijn bindend voor de EU-lidstaten wat betreft het te bereiken resultaat, maar de vorm en middelen zijn aan de lidstaten overgelaten.

Verordeningen zijn rechtstreeks van toepassing in elke lidstaat, zonder dat er nationale wetgeving nodig is.

Verordening = directe werking
RIchtlijnen = implementatie van 1 of 2 jaar 

Slide 23 - Tekstslide

Aan de slag
Opdrachten H10 

Slide 24 - Tekstslide