CC03 deel 1

Vandaag
- uitleg kostprijs berekening
- huiswerk 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Commerciële CalculatiesMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Vandaag
- uitleg kostprijs berekening
- huiswerk 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kostprijs berekening.
Kostprijs = toegestane kosten per eenheid product.
Voorcalculatie = Het bepalen van de prijs voordat het product geproduceerd wordt.
Nacalculatie = Vast stellen van de kosten nadat de productie heeft plaatsgevonden.
Standaardkosten = zijn de kosten die dit product onder normale omstandigheden heeft. 
Constante kosten = Reageren niet op de productie omvang.
Variabel kosten = Reageren wel op de productie omvang.

Slide 2 - Tekstslide

Standaardkosten: Verspilling mag hierin niet opgenomen worden!
Kostprijs berekening II.
Duurzame productiemiddelen = productiemiddelen die meermaals gebruikt worden.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Intergrale kostprijs
De kost prijs wordt bepaald op basis van:
  • (C)onstante kosten = veranderen niet met de productie omvang.
  • (V)ariabel kosten = veranderen mee met de productie omvang.
  • (N)ormale productie = De productie waarmee de constante kosten                                                  terug verdient moeten worden
  • (W)Werkelijke / verwachte productie = Productie die je verwacht dit jaar te maken / af te zetten.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Intergrale kostprijs formule
Intergralekostprijs=NC+VV

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld:
Bakker Bart heeft de volgende gegevens over de productie van taarten verzameld:





Bereken de kostprijs van een taart voor het komende jaar.

Constante kosten
144.000,00
Variabele kosten
169.000,00
Verwachte productie
13.000 stuks
Normale productie
12.000 stuks

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitwerking:
Kostprijs=NC+VV
Kostprijs=12.000144.000+13.000169.000
Kostprijs=12+13=25

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aardappelboer Jaap heeft de volgende gegevens over de productie van een ton aardappelen verzameld:






Bereken de kostprijs van een taart voor het komende jaar.
Constante kosten
179.000,00
Variabele kosten
119.000,00
Verwachte productie
16.000 ton
Normale productie
11.000 ton
A
€ 22,01
B
€ 21,99
C
€ 23,71
D
€ 22,00

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Differentiële kostencalculatie
Differentiële kostprijs = Kostprijs alleen gebaseerd de variabel kosten.

  • incidentele orders
  • bij opheffing van een afdeling of product.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kostprijsplusmethode
  • Kostprijs = variabele kosten + (vaste kosten / afzet)

  • Aardappelboer Jaap gaat een nieuwe soort aardappel verkopen. De vaste kosten bedragen  € 80.000,00.  De afzet dit jaar is 8.000 ton. De winstopslag die Jaap hanteert is 25% van de kostprijs. Om 1 ton aardappelen te produceren gebruikt Jaap voor € 45,00 aan grondstof en € 20,00 aan direct loon.

  • Bereken de kostprijs van 1 ton Aardappelen.

  • kostprijs = € 45,00 + € 20,00 +(€ 80.000,- / 8.000) = € 75,00

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kostprijsplusmethode II
Deze methode gaat uit van:
- direct kosten
- indirect kosten

Omdat de indirecte kosten geen direct verband hebben met het product of de product groep moeten deze verdeel worden over de verschillende producten / product groepen. Dit noemen we verbijzonderen!

Dit verbijzonderen doen we doormiddel van een opslag percentage. De indirecte kosten worden daarvoor uitgerukt in een percentage van de Directe kosten.

Formule:
Opslagpercentage = (Totale indirecte kosten / Totale directe kosten) x 100%

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld.
Aardappelboer Jaap gaat een nieuwe soort aardappel verkopen. De indirecte kosten bedragen € 80.000,00. De directe grondstofkosten voor Jaap zijn € 45.000,00. De direct loon kosten zijn € 70.000,00. De winstopslag die Jaap hanteert is 25% van de kostprijs.
Om 1 ton aardappelen te produceren gebruikt Jaap voor € 45,00 aan grondstof en € 20,00 aan direct loon.

Opdracht.
a. Bereken de opslag voor de indirecte kosten, uitgedrukt in een percentage van de totale directe kosten.
b. Bereken de kostprijs van 1 ton aardappelen.
c. Bereken de verkoopprijs van 1 ton aardappelen.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitwerking A.
Aardappelboer Jaap gaat een nieuwe soort aardappel verkopen. De indirecte kosten bedragen € 80.000,00. De directe grondstofkosten voor Jaap zijn € 45.000,00. De direct loon kosten zijn € 70.000,00. De winstopslag die Jaap hanteert is 25% van de kostprijs.
Om 1 ton aardappelen te produceren gebruikt Jaap voor € 45,00 aan grondstof en € 20,00 aan direct loon.

Opdracht A: Bereken de opslag voor de indirecte kosten, uitgedrukt in een percentage van de totale directe kosten.

Opslagpercentage = (Totale indirecte kosten / Totale directe kosten) x 100%

  • Totale directe kosten = Directe grondstofkosten + Directe loonkosten
  • Totale directe kosten = € 45.000,00 + € 70.000,00
  • Totale indirecte kosten = € 80.000,00

  • Opslagpercentage = (€ 80.000,00  / € 115.000,00 ) x 100% = 69,6%

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitwerking B.
Aardappelboer Jaap gaat een nieuwe soort aardappel verkopen. De indirecte kosten bedragen € 80.000,00. De directe grondstofkosten voor Jaap zijn € 45.000,00. De direct loon kosten zijn € 70.000,00. De winstopslag die Jaap hanteert is 25% van de kostprijs. 
Om 1 ton aardappelen te produceren gebruikt Jaap voor € 45,00 aan grondstof en € 20,00 aan direct loon.

Opdracht. b. Bereken de kostprijs van 1 ton aardappelen. 
Grondstof
45,00
Loon
20,00
+/+
Totale directe kosten
65,00
Opslag indirecte kosten
45,24
+/+
69,6% van € 65,00
kostprijs
110,24

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitwerking B.
Aardappelboer Jaap gaat een nieuwe soort aardappel verkopen. De indirecte kosten bedragen € 80.000,00. De directe grondstofkosten voor Jaap zijn € 45.000,00. De direct loon kosten zijn € 70.000,00. De winstopslag die Jaap hanteert is 25% van de kostprijs. 
Om 1 ton aardappelen te produceren gebruikt Jaap voor € 45,00 aan grondstof en € 20,00 aan direct loon.

Opdracht. c. Bereken de verkoopprijs van 1 ton aardappelen.
Grondstof
45,00
Loon
20,00
+/+
Totale directe kosten
65,00
Opslag indirecte kosten
45,24
+/+
69,6% van € 65,00
kostprijs
110,24
Winstopslag
27,56
25% van € 110,24
Verkoopprijs
137,80

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Vw 1 t/m 27
Voor einde van de les:
1 t/m 14 nagekeken.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies