Les 6 Stamboom en het stamboek

Week 6: De stamboom en het stamboek
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeneticaMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Week 6: De stamboom en het stamboek

Slide 1 - Tekstslide

Basisgenetica
Hoofdstuk 1.  Wat is genetica
Hoofdstuk 2. Kruisingen en voorspellingen
Hoofdstuk 3. Recombinatie en mutatie
Hoofdstuk 4. Genetische variatie in populatie
Hoofdstuk 5. Rassen, lijnen en inteelt
Hoofdstuk 6. De stamboom en het stamboek

Slide 2 - Tekstslide

Inleiding
(Georganiseerde) Fokkerij draait om het in stand houden en verbetering van een ras.
Gegevens zoals registraties moet worden bijgehouden.
Voorkomen van inteelt op basis van betrouwbare gegevens.

Stamboom: geeft informatie individuele dier
Stamboek: houd gegevens bij van alle dieren

Slide 3 - Tekstslide

Planning
Leerdoelen
Vragen vorige les
Het stamboek of de rasvereniging
De stamboom
Voortplanten is geen fokken
Fokdoel & Fokwaarden
Uitteelt & Heterosis
Het einde van de rashond.
Feedback


Slide 4 - Tekstslide

Begrippen van deze les
Stamboek
Stamboom
Rasvereniging
Broodfokkers
Fokdoel
Fokwaarde
Fokschema
Uitteelt
heterosiseffect

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kent het verschil tussen een stamboom en stamboek.
  • Je weet de taken van een stamboek en stamboom.
  • Je weet hoe je gericht en doelbewust kan fokken met verantwoorde resultaten.
  • Je kent het belang van fokwaarden en weet waar het op gebaseerd is.

Slide 6 - Tekstslide

Welke stelling is waar over het begrip ''ras''
A
Een ras is een groep dieren die niet verwant zijn.
B
De definitie van een ras verschilt per diersoort.
C
Een ras is hetzelfde als een populatie
D
Een ras is een populatie van verwante dieren.

Slide 7 - Quizvraag

Hoeveel procent moet een ras minimaal zijn om als raszuiver gezien te worden?
A
>75%
B
>87,5%
C
>95%
D
>99%

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor lijnenteelt?
A
Selectielijn
B
Bloedlijn
C
Inteelt
D
Raszuiver

Slide 9 - Quizvraag

Benoem een aantal voorbeelden waaraan je een inteeltdepressie kan herkennen.

Slide 10 - Open vraag

In ieder ras is in meer of mindere mate spraken van inteelt?
A
Waar
B
Nietwaar

Slide 11 - Quizvraag

Het stamboek of de rasvereniging 
Stamboek = een databank met individuele gegevens over o.a. de afstamming van dieren

Rasvereniging = een organisatie of vereniging waarin fokkers van een bepaalde diersoort verenigd zijn
> zij beheren een stamboek
> zij stellen een fokdoel en fokprogramma op

Slide 12 - Tekstslide

Het stamboek of de rasvereniging 
Stamboek wordt beheerd door een rasverenigng. Ze zijn  belangrijk voor een gezonde ontwikkeling van de diersoort waarmee gefokt wordt.

  • Keuringen (voldoet dier aan rasstandaard?)
  • Bewaken raszuiverheid (identificatie dier)
  • Controle en voorlichting (vb inteelt en verwantschap)

Slide 13 - Tekstslide

De stamboom
Stamboom = een getekende presentatie van familiegegevens, meestal in de vorm van een boom (overzicht van de voorouders van een dier)
Waarom belangrijk?
  • Niet alles wat je ziet/ meet wordt veroorzaakt door genetische aanleg. Door ook naar verwante dieren te kijken, krijg je beter beeld.
  • Lastig om paring van verwante dieren te beperken als je niet weet hoe de dieren aan elkaar verwant zijn.

Slide 14 - Tekstslide

Voortplanten is geen fokken
Fokken = doelbewust met elkaar paren
Voortplanting (vermeerderen) = willekeurig laten paren

Broodfokker: wat is dat?
  • Doel is zoveel mogelijk pups verkopen, geen fokken maar vermeerderen. Jongen met winst verkopen, eigenschappen zijn onbelangrijk


Slide 15 - Tekstslide

Fokken met dieren
Fokken doe je doelbewust, je wilt een bepaald resultaat bereiken:

  • Fokdoel
  • Fokwaarde
  • Fokschema

Slide 16 - Tekstslide

Fokdoel
Welke eigenschappen wil je terugzien bij de nakomelingen?
Dus eigenschappen waar je in het bijzonder op selecteert.
  • Blauwe ogen, hoge vruchtbaarheid, 
  • Doel is dat beter worden dan de huidige generatie
Hoe meer eigenschappen je wilt selecteren hoe moeilijker het is om het fokdoel te bereiken.


Slide 17 - Tekstslide

Fokwaarde
Met fokwaarden kan je hetzelfde diersoort/ras onderling vergelijken. Er komt een bepaalde score uit de vergelijking. 
In de vergelijking wordt meegenomen:
  •  Afstamming (ouders, grootouders)
  •  (Half) broers en zussen
  •  Nakomelingen
  •  Eigen voorkomen en prestaties

Slide 18 - Tekstslide

Fokwaarde
Neem een (landbouw)huisdier in gedachten en zoek op van welke eigenschappen fokwaarden bestaan?

Slide 19 - Tekstslide

Fokwaarde
Twee soorten eigenschappen:
1. Kwalitatieve eigenschappen
    - Gemakkelijk te herkennen zoals kleur vacht of ogen
    - Genetisch niet te veranderen zoals bij een bloedgroep
    - Enkele genen
    - Hoge erfelijkheidsgraad

Slide 20 - Tekstslide

Fokwaarde
2. Kwantitatieve eigenschappen
      - Vaststellen door meting
      - Meerdere (vele) genen
      - Milieu grote rol bv: 
      - Weinig voeding = weinig groei/productie
      - hoogte melkproductie, vruchtbaarheid
      - Hoe meer gegevens hoe beter vast te stellen

Slide 21 - Tekstslide

Uitteelt / Heterosis
Uitteelt:
Het inbrengen van nieuwe lijnen of rassen om vitaliteit en vruchtbaarheid te verbeteren.

Heterosiseffect:
Als de nakomeling bij uitteelt veel beter is dan het gemiddelde van beide ouders.


Slide 22 - Tekstslide

Opdracht rashond 50 min
Bedenk een willekeurig honden of katten ras.
kijk op de website van:
https://www.dierenrecht.nl/rashondenwijzer óf
https://www.dierenrecht.nl/raskattenwijzer

Maak een flyer en informeer een fokker naar de risico's van het door jou gekozen ras. Leg ook uit hoe de fokker het ras gezonder kan maken door verantwoord te fokken door minimaal 8 begrippen te gebruiken uit de afgelopen lessen.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Opdracht H6
Maak de opdrachten die behoren bij hoofdstuk 6

Slide 27 - Tekstslide