3.3: Dieren

Hoe zat het ook alweer? 
Herhaling van voor de vakantie!
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hoe zat het ook alweer? 
Herhaling van voor de vakantie!

Slide 1 - Tekstslide

Welke rijken hebben géén celkern?
A
bacterieën
B
schimmels
C
planten
D
dieren

Slide 2 - Quizvraag

Welke onderdelen heeft een paddenstoel NIET?
A
celwand
B
celkern
C
bladgroenkorrels
D
vacuole

Slide 3 - Quizvraag

Deze honden lijken niet op elkaar. Waarom behoren ze toch tot dezelfde soort?

Slide 4 - Open vraag

Een egel en een hond behoren tot dezelfde:
A
geslacht
B
familie
C
orde
D
klasse

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Video

Slide 7 - Tekstslide

3.3: Dieren

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je:

- Dieren indelen op grond van de kenmerken skelet en symmetrie;

- Kenmerken en voorbeelden noemen van zes stammen van het dierenrijk.

Slide 9 - Tekstslide

Wat denken jullie dat symmetrie is?

Slide 10 - Open vraag

Symmetrie
Iets is symmetrisch wanneer het uit twee of meerdere helften bestaat die elkaars spiegelbeeld zijn.

Slide 11 - Tekstslide

Soorten symmetrie
  • Tweezijdig symmetrisch
  • Veelzijdig symmetrisch
  • Niet-symmetrisch 

Slide 12 - Tekstslide

Welke soort symmetrisch is een zeester?
A
tweezijdig symmetrisch
B
veelzijdig symmetrisch
C
niet-symmetrisch

Slide 13 - Quizvraag

Skelet
De stevige onderdelen in of om het lichaam van een dier.
- Uitwendig skelet
- Inwendig skelet
- Geen skelet

Slide 14 - Tekstslide

Inwendig skelet
Uitwendig skelet

Slide 15 - Tekstslide

Dieren zonder skelet

Slide 16 - Tekstslide

Zes stammen van het dierenrijk
  • Sponsdieren
  • Neteldieren
  • Weekdieren
  • Stekelhuidigen
  • Geleedpotigen
  • Gewervelden 

Slide 17 - Tekstslide

Sponsdieren
  • Niet-symmetrisch
  • Zitten meestal vast op de bodem van de zee 
  • Inwendig skelet




Slide 18 - Tekstslide

Neteldieren
  • Veelzijdig symmetrisch
  • Meestal geen skelet
  • Leven in het water
  • Vangen hun prooi met tentakels 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Weekdieren
  • Tweezijdig symmetrisch
  • Meestal een schelp of  huisje als skelet 

Slide 21 - Tekstslide

Een slak heeft een inwendig skelet
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Stekelhuidigen
  • Veelzijdig symmetrisch
  • Inwendig skelet van kalk
  • Leven op bodem van de zee 

Slide 23 - Tekstslide

Geleedpotigen
  • Tweezijdig symmetrisch
  • Het skelet is een pantser 

- Spinachtigen
- Insecten
- Hogere kreeftachtigen
- Duizendpoten

Slide 24 - Tekstslide

Welke van deze dieren is WEL een insect?
A
spin
B
duizendpoot
C
pissebed
D
vlinder

Slide 25 - Quizvraag

Waar kun je een insect aan herkennen?

Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Gewervelden
Tweezijdig symmetrisch

- Beenvissen
- Amfibieën
- Reptielen
- Zoogdieren

Slide 29 - Tekstslide

waar valt (volgens de biologie) de mens onder?
A
zoogdieren
B
beenvissen
C
amfibieën
D
reptielen

Slide 30 - Quizvraag


spons-
dieren

Netel-
dieren
week-
dieren
stekel-
huidigen
geleed-
potigen
gewer-
velden

Slide 31 - Sleepvraag

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je:

- Dieren indelen op grond van de kenmerken skelet en symmetrie;

- Kenmerken en voorbeelden noemen van zes stammen van het dierenrijk.

Slide 32 - Tekstslide

Huiswerk
Zorg dat je huiswerk voor vandaag in Teams staat

Maak voor de volgende les:
3.3 opgave 1, 2, 4 (foto maken en uploaden!), 5, 6, 7


Slide 33 - Tekstslide