Mix dictee week 3

Lees Goed
Denk ook aan hoofdletters, leestekens en streepjes
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Lees Goed
Denk ook aan hoofdletters, leestekens en streepjes

Slide 1 - Tekstslide

Welk woord is goed gespeld?
A
paraplu
B
paraaplu
C
parraplu

Slide 2 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
pegvogel
B
pech-vogel
C
pechvogel

Slide 3 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
zmeren
B
smeeren
C
smeren

Slide 4 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
susjes
B
zusjus
C
zusjes

Slide 5 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
leezen
B
lesen
C
lezen

Slide 6 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
stapelbed
B
staapelbet
C
staapelbed

Slide 7 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
koningsdag
B
Koningsdag
C
Kooningsdag

Slide 8 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
rijzen
B
reisen
C
rijsen
D
reizen

Slide 9 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
kerst
B
Kerst
C
Kerzt

Slide 10 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
july
B
juli
C
julli
D
jullie

Slide 11 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
Maksima
B
Maximaa
C
Maxiema
D
Maxima

Slide 12 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
baatterij
B
baterij
C
batterij
D
batterei

Slide 13 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
eiren
B
ijeren
C
eieren

Slide 14 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
chocolaadevla
B
chocoladevla
C
chocooladevla
D
chocolade-vla

Slide 15 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
ketting
B
keeting
C
keting

Slide 16 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
fotograaf
B
fotograav
C
fotoograaf

Slide 17 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
gevaarluk
B
gevaarlijk
C
gevarlijk

Slide 18 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
aardig
B
aardug
C
aardijg

Slide 19 - Quizvraag