Grammatica Hoofstuk 2 - 1BKT - 31-01-2023

Today
Herhaling grammatica Hoofdstuk 2

Lesdoel: Jullie kunnen de grammatica van hoofdstuk 2 toepassen 


1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Today
Herhaling grammatica Hoofdstuk 2

Lesdoel: Jullie kunnen de grammatica van hoofdstuk 2 toepassen 


Slide 1 - Tekstslide

Wat herinneren jullie je nog?

Slide 2 - Woordweb

Lidwoorden
- a / an
- klinkt de 1e letter als een medeklinker -> a
- Klinkt de 1e letter als een klinker -> an


Uitzondering:
- Spreek je de 1e letter uit als een medeklinker -> a 
- Spreek je de 1e medeklinker niet uit -> an



Slide 3 - Tekstslide

a of an
........ phone
...... apple
....... elephant
...... bike
an 
a
An 

Slide 4 - Sleepvraag

Wanneer gebruik je a?
Wanneer gebruik je an?

Slide 5 - Tekstslide

Meervoud - s of 's
Meestal eindigen ze op een S
- Schrijf de S er gelijk achter aan -> friend - friends
- dus... geen 's

- Eindigt het woord op een sis-klank -> -s, -ch, -sh of x
- dan... schrijf je het meervoud als -es
-> one bus - two buses




Slide 6 - Tekstslide

one pen
two_____

Slide 7 - Open vraag

one cow
twenty_____

Slide 8 - Open vraag

one glass
Four_____

Slide 9 - Open vraag

Meervoud van: door
A
doores
B
doors

Slide 10 - Quizvraag

Meervoud - s of 's
Meestal eindigen ze op een S
- Schrijf de S er gelijk achter aan

- Eindigt het woord op een sis-klank -> -s, -ch, -sh of x
- dan... schrijf je het meervoud als ...........?




Slide 11 - Tekstslide

to have got

Slide 12 - Tekstslide

She _____(to have got) two siblings.
A
have
B
have got
C
has
D
has got

Slide 13 - Quizvraag

I _____(to have got) a dog.
A
have
B
have got
C
has
D
has got

Slide 14 - Quizvraag

_____ they ____(to have got) a new car?.
A
have
B
have got
C
has
D
has got

Slide 15 - Quizvraag

Ontkenning!
no, they ____(to have got) a new car?

A
have not
B
haven't got
C
has not
D
hasn't got

Slide 16 - Quizvraag

Persoonlijke voornaamwoorden
Weten jullie wat een persoonlijk voornaamwoord is?

Steek je vinger op

Slide 17 - Tekstslide

Persoonlijke voornaamwoorden
Een persoonlijk voornaamwoord verwijst naar personen, dieren of dingen.

She likes cats
They like music

Slide 18 - Tekstslide

Persoonlijke voornaamwoorden.

Slide 19 - Tekstslide

Persoonlijke voornaamwoorden 1e rijtje 
I
You
He
She
It
We
They
Ik
jij
Hij
Zij
Het
Wij
Zij (mv)

Slide 20 - Sleepvraag

Persoonlijke voornaamwoorden 2e rijtje 
I
You
He
She
It
We
They
me
you
him
her
it
us
them

Slide 21 - Sleepvraag

Wat vond je van de herhaling?
Leerzaam
Duidelijk
Moeilijk
Makkelijk
Interessant
Onduidelijk
Saai
Leuk

Slide 22 - Poll

Mijn tip aan jullie
Lees alle grammatica nog een aantal keer door voordat je de toets maakt!

Slide 23 - Tekstslide