In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
3M - Grammar Survey - Part 2
Preparation for the tests in period three.
Slide 1 - Tekstslide
Welke vragen over grammatica hebben jullie zelf?
timer
1:00
Slide 2 - Open vraag
Revision - Part 2
What are we going to revise today?
Sentences (simple, compound and complex)
Irregular verbs
Do revision exercises from the book or online-book
Slide 3 - Tekstslide
Waarom deze herhaling?
Zodat je tijdens de schrijftoets goede zinnen kunt maken.
Zodat je tijdens de toets in de toetsweek de grammatica kunt toepassen.
Sommige onderdelen hebben jullie lang geleden gehad, dus even het geheugen weer opfrissen.
Je kunt tijdens de herhaling controleren of je het nog weet.
Slide 4 - Tekstslide
What are irregular verbs?
Slide 5 - Open vraag
Where can you find them in your book?
Slide 6 - Open vraag
Regular of Irregular??
Als je bijvoorbeeld de Past Simple (verleden tijd) wil gebruiken:
Zoek of het werkwoord in het 2e rijtje staat op blz 178-180
Niet? Dan zet je "ed" of "d" achter het hele werkwoord.
Slide 7 - Tekstslide
Word order:
Onthoudt:
WIE - DOET - WAT - MET WIE OF WAT - WAAR - WANNEER?
Bijvoorbeeld:
Jane was cutting apples with a sharp knife in the kitchen yesterday.
Slide 8 - Tekstslide
Simple sentences: page 93
Sentences with one subject and one verb.
Bijvoorbeeld:
Janeworks every Saturday.
OR
Janeworks as a cashier at a supermarket every Saturday.
Slide 9 - Tekstslide
Compound sentences: (page 93)
Als je twee simpele zinnen samenvoegt met een "linking word" (koppelwoord) and, but, or, so
Bijvoorbeeld:
Janeworks every Saturday morning AND sheplays football every Sunday.
Slide 10 - Tekstslide
Complex sentences (page 93)
Zinnen die uitgebreid worden met een "dependent clause" (afhankelijke clausule). Die zegt iets over de eerste zin. Met een linking word: because, although, after, when, before, which, that, who, whose.
Heworks hard because he is saving money for a new car.