Deel 5a, blok 2, week 3 Minimumtoets

Minimum toets
Opgave 2:

Ik kan uit een verhaaltje de som halen.

erbij = +
hoeveel houd ik over = -
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Minimum toets
Opgave 2:

Ik kan uit een verhaaltje de som halen.

erbij = +
hoeveel houd ik over = -

Slide 1 - Tekstslide

Ik heb 35 euro in mijn portemonnee.
Van mij ouders krijg ik 8 euro zakgeld erbij. Hoeveel euro heb ik dan?
A
27 euro
B
43 euro
C
28 euro
D
42 euro

Slide 2 - Quizvraag

Ik heb 35 euro in mijn portemonnee.
Van mij ouders krijg ik 8 euro zakgeld erbij. Hoeveel euro heb ik dan?
A
27 euro
B
43 euro
C
28 euro
D
42 euro

Slide 3 - Quizvraag

Ik ga naar de winkel en ik heb 75 euro.
Ik koop en jas van 25 euro.
Hoeveel euro houd ik over?
A
75 + 25 = 100
B
75 - 25 = 50

Slide 4 - Quizvraag

Er zitten 56 mensen in de trein.
Bij het station stappen 17 mensen uit.
Hoeveel mensen zitten ern nog in de trein?
A
56 + 17 = 73
B
56 - 17 = 39

Slide 5 - Quizvraag

Minimum toets
Opgave 3:

Ik ken het deelteken en kan een deelsom controleren door de bijbehorende keersom te maken.

Slide 6 - Tekstslide

Welke keersom past bij de deelsom?
30 : 8 = 5
A
6 x 5
B
7 x 5
C
8 x 5
D
9 x 5

Slide 7 - Quizvraag

36 = 6 x ?
want 36 : 6 = ?

Slide 8 - Open vraag

24 = 8 x ?
want 24 : 8 = ?

Slide 9 - Open vraag

Minimumtoets
Opgave 4

Ik kan getallen tot 1000 splitsen in honderdtallen, tientallen en eenheden.

Slide 10 - Tekstslide

juf doet het voor
Welke som hoort erbij?


623 = .. + .. + ..
Welke som hoort erbij?

Slide 11 - Tekstslide

nu jij
Welke som hoort erbij?


399 = .. + .. + ..
Welke som hoort erbij?

Slide 12 - Tekstslide

nu jij
Welke som hoort erbij?


Slide 13 - Tekstslide

Wel getal hoort bij het vraagtekenen
456 = 400 + ? + 6 =
A
5
B
50
C
500
D
4506

Slide 14 - Quizvraag

aan het werk
 Deel 5a, blok 2, week 3
Minimumtoets

Slide 15 - Tekstslide