Deel 5a, blok 1, week 3 Les 2 - welke x en : sommen horen bij elkaar

• Rekenen
• Basisschool
• Groep 5

.... x 4 = 16

1. 4
2. 5
3. 6
4. 7

9 x ... = 36

1. 4
2. 5
3. 6
4. 7

6 x 6 = ....

1. 30
2. 36
3. 12
4. 18

15

9

42

32

56

30

54

18

28

21

3 x 3 =

6 x 7 =

8 x 4 =

8 x 7 =

10 x 3 =

7 x 3 =

4 x 7 =

9 x 2 =

9 x 6 =

5 x 3 =

lesdoel

Ik leer het deelteken kennen

en ik kan een deelsom controleren door de bijbehorende keersom te maken.

:  dit is het deelteken

Hoe schrijf jij het deelteken?

Welke som?

16 : 2 = ...
...  x 2 = 16

ik

Maak van een deelsom een keersom

• 27 : 9 = ...
  
• ........ X 9 = 27
• Welke tafelsom past hier bij?

jullie

Welke keersom hoort erbij?
30 : 3 = ...

Welke keersom hoort erbij?
14 : 7= ...

juf doet het voor

wat is de som?

Schrijf de som op je wisbord.

De som is

20 : 5 = ....

Keer de som om.

Maak er een keersom van

.... x 5 = 20

Schrijf het antwoord op.

Nu jullie

Nu jij

18:3=

63:7=

25:5=

12:4=

5

9

3

6

Wat heb jij geleerd?

aan het werk

Opgave 0

Opgave 1

Opgave 2

Opgave 3

Plussen