A1a mercredi 12 mai

  • Voca
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

  • Voca

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

au programme
  • révision les verbes
  • het lidwoord
  • au travail 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Welke lidwoorden heb je in het Nederlands ?A

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke lidwoorden heb je in het Frans ?
Tip: het zijn er 5

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

1. L'article défini = bepaald lidwoord
  • La personne en face de moi. 

  • Je promène le chien.

  • Les enfants vont à l'école. 

=DE of HET in het Nederlands

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. L'article indéfini= onbepaald lidw
  • J'ai un vélo rouge.

  • Il me donne une rose. 

  • Je mange des fruits.

= EEN in het Nederlands

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Masculin ou féminin?
Je kan niet altijd weten of een woord mannelijk of vrouwelijk is!
MANNELIJK
VROUWELIJK
MEERVOUD
mannelijke woorden  
eindigen op:

 -ment, -al, -eur, -on:

un règlement, un journal, un vendeur, un ballon


vrouwelijke woorden eindigen op:

- té, -sion, -euse, -ice

la beauté, la décision, la vendeuse, l'actrice
Een woord dat op -x of -s eindigt staat vaak in het meervoud:

- les jeux, les yeux, des enfants, des fruits

Slide 9 - Tekstslide

Als je vragen hebt, mag je mij altijd een berichtje sturen! 
De/het 
Een 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het meervoud 
De jongen   =>  le garçon           een meisje => une fille 
De jongens =>  les garçons              meisjes => des filles 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitzondering! 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het meervoud van le/la/l' =
A
les
B
des

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het meervoud van 'een' =
A
Unes
B
des

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

in het meervoud komt er achter het zelfstandignaamwoord een:
A
niks
B
een 's'

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

un, une of des? Sleep het juiste lidwoord
famille
élèves
ordinateur
chiens
fille
des
une
un
une
des

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

un, une, des: dit zijn .... lidwoorden

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

L'article contracté = het samengetrokken lidwoord

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. L'article contracté = samengetrokken lidwoord

Bij de voorzetsels 'à' en 'de' :


à + le = au
de + le = du
à + la = à la
de + la = de la
à + les = aux
de + les= des

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Vous téléphonez ________________
père de Thierry?
A
au
B
à l'
C
à la
D
aux

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

2. Le professeur va parler ___________________ élèves.
A
au
B
à l'
C
à la
D
aux

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

3. Donne le ballon _______________ copine de Stéphane.
A
au
B
à l'
C
à la
D
aux

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

4. C’est un cadeau ______________ amis de l’école.
A
du
B
de l'
C
de la
D
des

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

5. Philippe habite près ____________ gare.
A
du
B
de l'
C
de la
D
des

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

6. Hassan revient ____________ école.
A
du
B
de l'
C
de la
D
des

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Au travail
  • classnotebook, eigennaam, salut mon ami, la grammaire, le masculin, le féminin et le pluriel 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies