Werkwoorden 17 mei

Werkwoordspelling
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Werkwoordspelling

Slide 1 - Tekstslide

Doel van deze les
Ik kan werkwoorden in de tegenwoordige tijd schrijven. 

Slide 2 - Tekstslide

ik vorm - 
de stam
fietsen - fiets
rennen - ren
slapen - slaap
roepen - roep
springen - spring
geven - geef
kiezen - kies

Slide 3 - Tekstslide

Tegenwoordige tijd
ik-vorm: nooit een -t aan de stam plakken.
Ik fiets - ik loop, ik schrijf, ik snijd
hij-vorm: altijd een -t aan de stam plakken.
Hij fietst - Hij loopt - de poes zit, hij schrijft, hij snijdt
wij-vorm: het hele werkwoord gebruiken.
Wij fietsen - wij lopen - wij schrijven, wij snijden

Slide 4 - Tekstslide

Vragen

Slide 5 - Tekstslide

Laat het zien!
Maak het werkblad af.
Bij vragen lees nog een keer of overleg met je schoudermaatje.
Ben je klaar? 
Pak het volgende werkblad dat voor jou klaarligt!
timer
10:00

Slide 6 - Tekstslide

Wat heb je geleerd van deze les?
Vraag elkaar!

Slide 7 - Open vraag

Wat vond je van de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 8 - Poll

Tips / tops

Slide 9 - Woordweb

Bedankt voor het meedoen!

Slide 10 - Tekstslide