Opgaven: Het resultaat berekenen en De brutowinst berekenen

Week 2 - 2021
Opgaven: 
  • Het resultaat berekenen
  • De brutowinst berekenen

Maar eerst even een korte herhaling....
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Week 2 - 2021
Opgaven: 
  • Het resultaat berekenen
  • De brutowinst berekenen

Maar eerst even een korte herhaling....

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Het resultaat berekenen, blz. 116
Nodig: werkboek, schrift, pen, rekenmachine!
SUCCES!

Slide 5 - Tekstslide

In april 2020 hoop je 1.000 vegetarische dogs te verkopen voor € 3,50 per stuk. De totale inkoopprijs van het broodje, de worst, de saus en het servetje is € 1,00. Hoe bereken je de brutowinst?
A
omzet - inkoopwaarde vd omzet
B
omzet - bedrijfskosten
C
omzet - alle kosten

Slide 6 - Quizvraag

vraag 1. In april 2020 hoop je 1.000 vegetarische dogs te verkopen voor € 3,50 per stuk. De totale inkoopprijs van het broodje, de worst, de saus en het servetje is € 1,00. Bereken de brutowinst van één dog.
A
3,50 + 1,00 = 4,50
B
3,50 - 1,00 = 2,50

Slide 7 - Quizvraag

vraag 2. In april 2020 hoop je 1.000 vegetarische dogs te verkopen voor € 3,50 per stuk. De totale inkoopprijs van het broodje, de worst, de saus en het servetje is € 1,00. Bereken de totale brutowinst.
A
€2,50 x 1000 stuks = €2.500
B
€3.500 - €1.000 = €2.500

Slide 8 - Quizvraag

Het resultaat berekenen, blz. 116
Beide mogelijkheden zijn dus goed. 
De brutowinst x de afzet = totale bruto winst of 
Omzet - inkoopwaarde vd omzet = totale brutowinst

Kijk goed over welke gegevens je beschikt

Slide 9 - Tekstslide

vraag 3. Bereken:
-de jaarlijkse afschrijvingskosten van de bus.
-de maandelijkse afschrijvingskosten van de bus.
A
per jaar: 10.800/6 = 1.800 per maand: 1.800/ 12 = 150
B
per jaar: 10.800 / 6 = 1.800 per maand: 10.800 /72 = 150

Slide 10 - Quizvraag

Het resultaat berekenen, blz. 116
Beide mogelijkheden zijn hier ook weer goed.
jaarlijkse afschrijving = delen door aantal jaren.
maandelijkse afschrijving  = delen door aantal jaren en daarna delen door 12 maanden of gelijk delen door het totaal aantal maanden. (=aantal jaren x 12)

Slide 11 - Tekstslide

vraag 4. Bereken het resultaat na winstbelasting (19%).
Maak gebruik van de uitwerkbijlage blz. 117
Geef alleen het getal, geen euroteken, geen punten wel komma.

Slide 12 - Open vraag

Bereken het resultaat na winstbelasting (19%).
Maak gebruik van de uitwerkbijlage blz. 117
Geef alleen het getal, geen euroteken, geen punten wel komma.

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

De brutowinst berekenen, blz. 118
Nodig: werkboek, schrift, pen, rekenmachine!
SUCCES!

Slide 16 - Tekstslide

vraag 1. Handelsonderneming De Boer verkoopt het product Ultra voor € 15, aan een aantal winkels verspreid over het land. De inkoopprijs bedraagt € 6,-.
Bereken de brutowinst voor één Ultra als percentage van de verkoopprijs.
A
40%
B
50%
C
60%
D
70%

Slide 17 - Quizvraag

De brutowinst berekenen, blz. 118
vraag 1
brutowinst = verkoopprijs - inkoopprijs (bij 1 product)
brutowinst = omzet - inkoopwaarde vd omzet (bij totale afzet)
€15 - €6 = €9
brutowinst in % vd verkoopprijs = deel/geheel x 100% =
brutowinst/verkoopprijs x 100%
€9/€15 x 100% = 60%

Slide 18 - Tekstslide

vraag 2
Op 15 januari verkoopt Bakker 250 stuks Ultra.

Bereken de totale brutowinst voor de verkoop op 15 januari.
A
€9 x 250 = 2.250
B
250 x 15 = 3.750
C
250 x 6 = 1.500
D
3.750 - 1.500 = 2.250

Slide 19 - Quizvraag

De brutowinst berekenen, blz. 118
totale brutowinst = (verkoopprijs - inkoopprijs)  x afzet
totale brutowinst = omzet - inkoopwaarde vd omzet (bij totale afzet)

Slide 20 - Tekstslide

vraag 3
Accountantskantoor Visac levert twee diensten aan haar klanten:
Btw-aangifte: € 50 per kwartaal
Administratie en opstellen jaarrekening: € 250 per maand
Visac heeft in 2020 215 klanten waaraan zij het gehele jaar bovenstaande diensten levert. Bereken de totale omzet in 2020.
A
€300
B
(4 x 50) + (12 x 250) = €3.200
C
215 x 50 x 4 + 215 x 250 x 12 = €688.000

Slide 21 - Quizvraag

De brutowinst berekenen, blz. 118
omzet  = afzet x verkoopprijs
Let op of de afzet per maand, kwartaal of jaar gegeven is!

Slide 22 - Tekstslide

vraag 4
Accountantskantoor Visac levert twee diensten aan haar klanten:
Btw-aangifte: € 50 per kwartaal
Administratie en opstellen jaarrekening: € 250 per maand
Visac heeft in 2020 215 klanten waaraan zij het gehele jaar bovenstaande diensten levert.
Bereken de totale brutowinst in 2020.
A
€688.000 - 0 = €688.000
B
€0
C
€866.000

Slide 23 - Quizvraag

De brutowinst berekenen, blz. 118
vraag 4
omzet = verkoopprijs x afzet
brutowinst = omzet - inkoopwaarde vd omzet
Bij diensten is er geen  inkoopwaarde vd omzet .

Slide 24 - Tekstslide

vraag 5
Kinderkapper Knetter, vijf dagen per week open, knipt kinderen voor
€ 20,- per kind en verkoopt daarnaast potjes wax voor € 6,- per stuk. De inkoopprijs van een potje wax is € 2,-.
In de eerste week van maart knipt kinderkapper Knetter gemiddeld 11 kinderen per dag. Een kwart van de kinderen koopt een potje wax.
Bereken de omzet voor kinderkapper Knetter in de eerste week van maart.
A
€1.100
B
€1.182,50
C
€1.430

Slide 25 - Quizvraag

De brutowinst berekenen, blz. 118
vraag 5
omzet = verkoopprijs x afzet
knippen: €20 x 5 dagen x 11  kids = €1.100
wax:  €6 x 5 dagen x (11 x 0,25) = €82,50
1.100 + 82,50 = € 1.182,50
11 x 0,25 omdat 1/4 van de kids een potje wax koopt.

Slide 26 - Tekstslide

vraag 6
Kinderkapper Knetter, vijf dagen per week open, knipt kinderen voor
€ 20,- per kind en verkoopt daarnaast potjes wax voor € 6,- per stuk. De inkoopprijs van een potje wax is € 2,-.
In de eerste week van maart knipt kinderkapper Knetter gemiddeld 11 kinderen per dag. Een kwart van de kinderen koopt een potje wax.
Bereken de brutowinst voor de kapper Knetter in de eerste week van maart.
A
€1.155
B
€1.182,50
C
€1.180,50

Slide 27 - Quizvraag

De brutowinst berekenen, blz. 118
vraag 6
brutowinst = omzet - inkoopwaarde vd omzet (bij totale afzet)
omzet = €1.182,50 
inkoopwaarde vd omzet = aantal potjes (afzet x inkoopprijs)
afzet = 11 kids x 0,25 x 5 dagen = 13,75 stuks (niet afronden!)
inkoopwaarde vd omzet = 13,75 x €2 = €27,50
€1.182,50 -€ 27,50 = €1.155 = brutowinst

Slide 28 - Tekstslide

Volgende les maandag 11 januari 2021
Maak de volgende opgaven alvast:  
Opgave ‘De brutowinst in procenten’ blz. 119
Opgave ‘Tweedehands fietsen’ blz. 120

Veel succes met alle online lessen! Tot volgende week!

Slide 29 - Tekstslide