4 mavo 13.7 - Transplantaties en bloedtransfusies

13.7 Transplantaties en bloedtransfusies
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

13.7 Transplantaties en bloedtransfusies

Slide 1 - Tekstslide

Even herhalen..
13.7 - Afweer

Slide 2 - Tekstslide

Aan de buitenkant van een
ziekteverwekker vind je...
A
Antistoffen
B
Antigenen
C
Enzymen
D
Antilichamen

Slide 3 - Quizvraag

Als reactie op een ziekteverwekker maakt een witte bloedcel....
A
Antigenen
B
Antistoffen
C
Antibiotica

Slide 4 - Quizvraag

Bij passieve immunisatie wordt iemand ingeënt met een verzwakte ziekteverwekker
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Van welk type bescherming is er sprake bij bescherming door maagzuur?
A
Algemene afweer
B
Specifieke afweer
C
Natuurlijke immuniteit
D
Actieve immunisatie

Slide 6 - Quizvraag

Bij bescherming door een vaccinatie is er GEEN sprake van bescherming door...
A
Specifieke afweer
B
Natuurlijke immuniteit
C
Kunstmatige immuniteit
D
Actieve immunisatie

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen: 

  • Je kunt de problemen beschrijven die het afweersysteem veroorzaakt bij transplantaties en auto-immuunziekten.
  • Je kunt de rol van bloedfactoren bij bloedtransfusies en de rol van de resusfactor bij zwangerschap beschrijven.

Slide 9 - Tekstslide

Afweerreactie bij transplantaties
Bij een transplantatie wordt een weefsel of orgaan vervangen. 

Als dit weefsel of orgaan van een donor afkomstig is dan krijg je een afweerreactie

Eiwitten (antigenen) op de cellen van het getransplanteerde weefsel of orgaan worden herkend als lichaamsvreemd. Het lichaam gaat antistoffen maken tegen deze antigenen. 

Slide 10 - Tekstslide

Auto-immuunziekte
AUTO-IMMUUNZIEKTE; 

ziekte waarbij het afweersysteem een lichaamseigen eiwit niet meer herkent bijv. reuma (ontstoken gewrichten)
Gevolg: - er worden antistoffen gevormd tegen een
                  lichaamseigen eiwit
              - cellen met dit eiwit worden vernietigd (afstoten)

Slide 11 - Tekstslide

Bloedtransfusie
Bij bijvoorbeeld een ongeluk kun je bloed van een ander ontvangen: bloedtransfusie

Ook hier is er kans op een afstotingsreactie. 

Een patiënt moet bij voorkeur bloed ontvangen van een donor met dezelfde bloedgroep.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Bloedgroepen
Op de celmembranen van bloedcellen kunnen bloedfactoren voorkomen. Dit zijn lichaamsvreemde stoffen voor iemand die deze bloedfactoren niet heeft. 

  • Bloedfactor A
  • Bloedfactor B

Welke bloedfactoren je wel/niet hebt bepaald welke bloedgroep je hebt. 

Slide 14 - Tekstslide

Bloedgroepen: A, B, AB en 0

Slide 15 - Tekstslide

In het bloedplasma zitten antistoffen tegen de bloedfactoren die bij deze persoon zelf niet op de rode bloedcellen voorkomen.

Slide 16 - Tekstslide

Wanneer er bloed gegeven wordt aan iemand met antistoffen tegen de bloedfactoren van deze persoon, klonteren de rode bloedcellen samen.

Slide 17 - Tekstslide

Bloedgroepbepaling

Bij een bloedgroepbepaling wordt serum gebruikt.

  • Serum met anti-A   ->  antistoffen tegen A
  • Serum met anti-B  ->   antistoffen tegen B
  • (Serum met antiresus)

Voorbeeld: 

Iemand heeft bloedgroep B. 
Deze persoon heeft dus bloedfactor B en antistoffen tegen A (anti-A). Met anti-A serum gebeurt er niets. Het anti-B serum (antistoffen tegen bloedfactor B) bindt aan de bloedcel. Bloed gaat klonteren. 



Serum
Vloeistof met antistoffen

Slide 18 - Tekstslide

Resusfactor
Resusfactor
Bij resuspositief bloed (Rh+) bevatten de rode bloedcellen de resusfactor
bij resusnegatief bloed (Rh-) niet.

Antiresus wordt gevormd als Rh- bloed in contact komt met Rh+ bloed
de vorming van antiresus verloopt langzaam.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Opdrachten
  1. Oefen met de bloedgroepen door het uitvoeren van bloedgroepbepalingen: https://www.bioplek.org/animaties/bloed/bloedgrbepalingx.html
    (of google bioplek bloedgroepen)
  2. Maak de opdrachten die horen bij 13.7


Slide 21 - Tekstslide

Leerdoelen: 

  • Je kunt de problemen beschrijven die het afweersysteem veroorzaakt bij transplantaties en auto-immuunziekten.
  • Je kunt de rol van bloedfactoren bij bloedtransfusies en de rol van de resusfactor bij zwangerschap beschrijven.

Slide 22 - Tekstslide

Lastige onderdelen

Slide 23 - Woordweb