havo_inlijsten

Schrijf alle oppervlaktematen op.
Van groot naar klein.
1 / 25
volgende
Slide 1: Open vraag
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Schrijf alle oppervlaktematen op.
Van groot naar klein.

Slide 1 - Open vraag

Deze twee formules moet je kennen:
Opp. rechthoek = lengte x breedte
Opp driehoek = opp.rechthoek : 2
Maten zijn in centimeters.

Slide 2 - Tekstslide

Deze twee formules moet je kennen:
Opp. rechthoek = lengte x breedte
Opp driehoek = opp.rechthoek : 2
Opp. rechth. = 2 x 4 = 8 cm²

Opp.drieh. = 2 x 4 : 2 = 4 cm²

Slide 3 - Tekstslide

Opp. rechthoek = lengte x breedte
Opp driehoek = opp.rechthoek : 2
Maten zijn in centimeters.

Slide 4 - Tekstslide

Deze twee formules moet je kennen:
Opp. rechthoek = lengte x breedte
Opp driehoek = opp.rechthoek : 2
Opp. rechthoek = 4 x 3 = 12cm²
Opp.driehoek = 4 x 3 : 2 = 6 cm²

Slide 5 - Tekstslide

Het roosterpapier zijn vierkanten van 1 cm bij 1 cm.
Bereken de oppervlakte van driehoek EGH.

Slide 6 - Tekstslide

Oppervlakte driehoek DGH is
A
14 cm²
B
7 cm
C
7 cm²
D
14 cm

Slide 7 - Quizvraag

Opp. rechthoek = 7 x 2 = 14cm²
Opp. driehoek EGH= 7 x 2 : 2 = 7 cm²

Slide 8 - Tekstslide

Opp driehoek = opp. rechthoek : 2
Elk hokje is 1 cm²

Slide 9 - Tekstslide

Opp. driehoek EFG is
A
16 cm
B
8 cm
C
16 cm²
D
8 cm²

Slide 10 - Quizvraag

Opp driehoek = opp.rechthoek : 2

Opp. driehoekEFG = 4 x 4 : 2 = 8 cm²

Slide 11 - Tekstslide

Opp driehoek = opp. rechthoek : 2

Slide 12 - Tekstslide

Opp. driehoek EFG is
zet de juiste eenheid erbij.

Slide 13 - Open vraag


Opp. driehoek = 8 x 3 : 2 = 12 cm²

Slide 14 - Tekstslide

Bereken opp. driehoek ABC

Teken een rechthoek om driehoek ABC.

Zorg dat de hoekpunten op de zijden van de rechthoek liggen.


Nummer de driehoeken die je erbij getekend hebt.


Bereken opp. rechthoek
Bereken de opp. van alle driehoeken.
Haal de opp. van de driehoeken af van de opp. van de rechthoek.

Slide 15 - Tekstslide

Bereken opp. driehoek ABC in cm².



Nummer de driehoeken die je erbij getekend hebt.


Bereken opp. rechthoek.

Bereken de opp. van alle driehoeken.

Haal de opp. van de driehoeken af van de opp. van de rechthoek.

Slide 16 - Tekstslide

4
2
3
3
5
1

Slide 17 - Tekstslide

Bereken opp. driehoek ABC



Opp. rechthoek = 5 x 4 = 20 cm²
Opp. 1 = 4 x 2 : 2 = 4 cm²
Opp. 2 = 3 x 3 : 2 = 4,5 c
Opp. 3 = 5 x 1 : 2 = 2,5 cm²


Opp. ABC = 20 - 4 - 4,5 - 2,5 = 9 cm²
4
2              3
5
3

1

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Opp. rechthoek = 4 x 5 = 20 cm²
Opp.1 = 5 x 1 : 2 = 2,5 cm²
Opp.2 = 3 x 2 : 2 = 3 cm²
Opp.3 = 1 x 3 : 2 = 1,5 cm²
opp. ABCD = 20 - 7 = 13 cm²
5
1               3
2



3
1

Slide 20 - Tekstslide

Hoeveel cm² is de oppervlakte van ABCD?

Slide 21 - Open vraag

Bereken de oppervlakte van ABCD.

Slide 22 - Tekstslide

Bereken de oppervlakte van ABCD.

Slide 23 - Tekstslide

Bereken de oppervlakte van ABCD.
Opp.rechth = 6 x 4 = 24 cm²
Opp.1 = 5 x 3 : 2 = 7,5cm²
Opp.2 = 1 x 3 : 2 = 1,5 cm²
Opp.3 = 3 x 2 : 2 = 3 cm²
Opp.4 = 2 x 1 : 2 = 1 cm²

Opp. ABCD = 24-7,5-1,5-3-1 
                        = 11 cm²

Slide 24 - Tekstslide

Huiswerk
Maak opdrachten havo-paragraaf H1, H2 en H3

Slide 25 - Tekstslide