3.3 Adolf Hitler aan de macht 1

Het interbellum
(1919-1939)


3.3 Adolf Hitler aan de macht


1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 55 min

Onderdelen in deze les

Het interbellum
(1919-1939)


3.3 Adolf Hitler aan de macht


Slide 1 - Tekstslide

Deelvraag
Hoe veranderde de Duitse samenleving nadat Adolf Hitler aan de macht kwam?

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je uitleggen wat nationaalsocialisme is 

Aan het eind van deze les kun je uitleggen 
wat antisemitisme is

Slide 3 - Tekstslide

Nationaalsocialisme
Kruiwagen vol geld (economische crisis)

Politiek wist niet wat zij moesten doen

Hitler zou dat wel weten

Nationaalsocialisme

Slide 4 - Tekstslide

Hitler's partijpunten
Democratie is nutteloos, één leider waar iedereen naar luistert

Geweld gebruiken moet kunnen

Nationalisme (Duitsland eerst)

Militaristisch (Sterk leger bouwen)

Haat tegen Joden (antisemitisme) onderdeel van de rassenleer

Slide 5 - Tekstslide

Rassenleer
Beoordelen op afkomst

Slide 6 - Tekstslide

Arische mensen <> Niet-Arische mensen

Slide 7 - Tekstslide

Arische mensen <> Niet-Arische mensen
Übermenschen                                        Untermenschen

Slide 8 - Tekstslide

Arische mensen <> Niet-Arische mensen
Übermenschen                                        Untermenschen

Slide 9 - Tekstslide

Arische mensen  <> Niet-Arische mensen
Übermenschen                                        Untermenschen
Mensen die afstammen van Germanen
Oost-Europeanen, Russen, Joden, Zigeuners, mensen met een handicap, psychiatrische patiënten, mensen met een erfelijke ziekte, homoseksuelen,...

Slide 10 - Tekstslide

Hoe kwam Hitler aan de macht?
https://schooltv.nl/video/histoclips-hoe-kwam-hitler-aan-de-macht/

Maak aantekeningen!
Aan het eind kun je vertellen hoe Hitler aan de macht kwam!

Slide 11 - Tekstslide

3.3 opdrachten
Maken 1 t/m 3 

Slide 12 - Tekstslide

Afsluiten
Wat is nationaalsocialisme?

Wat betekent antisemitisme?

Huiswerk = 1 t/m 3 van paragraaf 3.3

Slide 13 - Tekstslide