2022 - H3 - B7, B11 en B12 - Gedrag en leerprocessen

Wat gaan we doen?
- Basisstof 7, 11 & 12 bespreken (deze week)


1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 40 slides, met tekstslides en 7 videos.

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen?
- Basisstof 7, 11 & 12 bespreken (deze week)


Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gedrag en leerprocessen
Basisstof 7, 11 & 12

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gedrag
  • Alles wat mensen en dieren doen is gedrag.
    Bijv. lachen, slapen, eten, dansen, schreeuwen enz.

  • Gedrag van organisme bestaat uit handelingen die met elkaar samenhangen. 

Slide 3 - Tekstslide

Gedrag is in essentie alles wat dieren en mensen doen. Of het nu dansen is, schreeuwen, eten of slapen. Dit is allemaal gedrag.

En gedrag bestaat uit verschillende handelingen. Denk aan eten, je moet het vinden, voorbereiden op eten en afruimen als je klaar bent.
Gedragshandelingen vormen een gedragsketen

Slide 4 - Tekstslide

En als deze handeling altijd in een zeer bepaalde orde voorkomen dan spreken we van een gedragsketen. Deze grote kat vertoont altijd deze handelingen bij de jacht. Hij merkt de prooi op, gaat sluipen, vangt zijn prooi, gaat ergens veilig zitten met zijn eten en eet het in alle rust op.

Is dit duidelijk tot dusver?
Belangrijk
Beschrijf gedragshandelingen objectief


Gedrag
Gedragshandelingen
Gedragsketen

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe ontstaat gedrag?
- Prikkels komen binnen via zintuigen en worden omgezet in impulsen

- Impulsen worden verwerkt door de hersenen waarna je kunt reageren

- Het reageren op prikkels heet een response

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Functie van gedrag?

Overleven!

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Prikkels
  • Inwendige prikkels
  • Uitwendige prikkels

Slide 8 - Tekstslide

Ok, dan komen we weer terug op prikkels. Want die zijn eigenlijk bepalend voor wat voor gedrag wij vertonen.

En we onderscheiden prikkels eigenlijk in twee types. De inwendige prikkels zoals dorst en de drang om naar de wc te gaan.
En uitwendige prikkels. Onze waarnemingen.

Je motivatie om een bepaald soort gedrag te verrichten wordt eigenlijk bepaald door een samenspel van deze twee soorten prikkels.

Het waarnemen van een lekkere broodje is eigenlijk niet genoeg om je te motiveren om te gaan eten. Als je geen honger hebt dan spreken we van een gebrek aan motivatie. Je gaat immers niet eten als je vol bent.

Jouw respons in deze situatie is het negeren van het broodje.
Aantekening
Inwendige prikkels = Een prikkel gegeven door je lichaam.
                                             Van binnen uit.



Uitwendige prikkels = Een prikkel uit je omgeving.
                                               Van buiten af. 

Slide 9 - Tekstslide

Ok, dan komen we weer terug op prikkels. Want die zijn eigenlijk bepalend voor wat voor gedrag wij vertonen.

En we onderscheiden prikkels eigenlijk in twee types. De inwendige prikkels zoals dorst en de drang om naar de wc te gaan.
En uitwendige prikkels. Onze waarnemingen.

Je motivatie om een bepaald soort gedrag te verrichten wordt eigenlijk bepaald door een samenspel van deze twee soorten prikkels.

Het waarnemen van een lekkere broodje is eigenlijk niet genoeg om je te motiveren om te gaan eten. Als je geen honger hebt dan spreken we van een gebrek aan motivatie. Je gaat immers niet eten als je vol bent.

Jouw respons in deze situatie is het negeren van het broodje.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Prikkels
  • Motivatie bereidheid tot het verrichten van gedrag.

  • Jouw reactie op een prikkel is een respons.

Slide 11 - Tekstslide

Ok, dan komen we weer terug op prikkels. Want die zijn eigenlijk bepalend voor wat voor gedrag wij vertonen.

En we onderscheiden prikkels eigenlijk in twee types. De inwendige prikkels zoals dorst en de drang om naar de wc te gaan.
En uitwendige prikkels. Onze waarnemingen.

Je motivatie om een bepaald soort gedrag te verrichten wordt eigenlijk bepaald door een samenspel van deze twee soorten prikkels.

Het waarnemen van een lekkere broodje is eigenlijk niet genoeg om je te motiveren om te gaan eten. Als je geen honger hebt dan spreken we van een gebrek aan motivatie. Je gaat immers niet eten als je vol bent.

Jouw respons in deze situatie is het negeren van het broodje.
Prikkels kun je negeren!
Maar niet altijd...

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sleutelprikkels en supranormale prikkels

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Sleutelprikkel

Een prikkel waarop je moet reageren.

Dit geeft altijd dezelfde reactie. 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Supranormale prikkel

Prikkel die de normale (sleutel)prikkel overtreft in effectiviteit.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aangeleerd gedrag 

- Niet aanwezig bij geboorte
- Deels erfelijk, deels leerprocessen


Aangeboren gedrag

- Sinds de geboorte aanwezig
- Erfelijk!

Slide 19 - Tekstslide

Wat we net hadden gezien is aangeboren gedrag. Gedrag dat dieren vertonen vanaf hun geboorte zonder het ooit gezien te hebben. Denk aan eendjes die inprenten op hun moeder en haar heel braaf volgen.

Daartegenover hebben we aangeleerd gedrag. En dit gedrag leren we al doende. Zoals die high five.
Eerste leerproces...

Inprenting

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Inprenting

Iets dat geleerd wordt in de (korte) gevoelige periode

Dit is niet/zeer moeilijk af te leren. 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gewenning

Hierbij wordt een eerder ongewone prikkel steeds
meer als normaal ervaren. 


Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Imitatie

Gedrag dat is aangeleerd door soortgenoten na te doen. 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Proefondervindelijk leren/
trail and error


Gedrag dat wordt aangeleerd door het maken
van ‘fouten’/door ervaring.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Conditioneren


Bepaald gedrag wordt aangeleerd door beloning of straf. 

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Pavlov reactie/
geconditioneerde reflex


Een prikkel veroorzaakt bepaald gedrag dat oorspronkelijk niet door die prikkel werd veroorzaakt. 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Inzicht

In een onbekende situatie een oplossing vinden door verschillende eerder opgedane ervaringen te combineren.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verdovende middelen
  • Beinvloeden gedrag en ontwikkeling.

  • Alcohol verdooft je en haalt je zelfbeheersing weg (beïnvloed je motivatie).

  • Wiet maakt je suf en zweverig.

Slide 34 - Tekstslide

Er zijn bepaalde stoffen die we in kunnen nemen die onze gedragingen kunnen beinvloeden. 

Alcohol bijvoorbeeld vernietigt jouw zelf beheersing. Waardoor je meer geneigd bent om een keuze te maken waar je later spijt van kan hebben. Wiet aan de andere hand maakt het moeilijk om je te concentreren op iets.

Beide middelen verdoven in principe je geest en je bent jezelf niet echt meer.

Een groter probleem welke gevolgen het nemen van deze middelen heeft op je ontwikkeling als jong volwassene.
Gedrag bestuderen (B11)
Ethologie = studie naar gedrag

Ethogram: beschijving van handelingen

Protocol: lijst waarop je bijhoudt wanneer/hoevaak/ in welke volgorde handelingen worden uitgevoerd

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Waarom doen we gedragsonderzoek?

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gedrag onderzoeken
  1. Observeren
  2. Lijst van handelingen maken: ethogram
  3. Aantal of volgorde van handelingen onderzoeken: protocol
  4. Resultaten overzichtelijk weergeven: diagram

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gedragsonderzoek
Onderzoeksmethodes:
                                                 Ethogram    >

Protocol  v
-
-

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Protocol
Lopen (lo)
Rollen (ro)
Stilstaan (st)
Tijd
1
2
3
4
5
0-10
lo, ro
lo
10-20
ro
lo, ro
20-30
st
lo
30-40
lo
ro, st
40-50
lo
ro
50-60
st
ro

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diagram

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies