5.6 - Onderzoeksvraag en hypothese (1BK)

Welkom!
Zitten op je eigen plek
Telefoon thuis of in de kluis
Chromebook dicht, schrift op tafel
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Zitten op je eigen plek
Telefoon thuis of in de kluis
Chromebook dicht, schrift op tafel

Slide 1 - Tekstslide

Biologie
Waarnemen en gedrag

Slide 2 - Tekstslide

Waarnemen en gedrag
5.1 - Waarnemen
5.2 - De huid
5.3 - De oren
5.4 - De ogen
5.5 - Gedrag
5.6 - Onderzoeksvraag en hypothese

Slide 3 - Tekstslide

Thema 5 - Waarneming en gedrag 
5.5 - Gedrag

Slide 4 - Tekstslide

Doelen van de vorige paragraaf
Je kunt beschrijven hoe een bewuste reactie ontstaat
Je kunt beschrijven wat gedrag is
Je kunt benoemen waardoor gedrag wordt bepaald

Slide 5 - Tekstslide

Thema 5 - Waarneming en gedrag 
5.6 - Onderzoeksvraag en hypothese

Slide 6 - Tekstslide

Doelen van de paragraaf
Je kunt een onderzoeksvraag kiezen
Je kunt een hypothese kiezen

Slide 7 - Tekstslide

even herhalen
De stappen van een onderzoek zijn:
1. De onderzoeksvraag: wat ga je onderzoeken?
2. De hypothese: wat denk je?
3. Het werkplan: wat heb je nodig en wat ga je doen?
4. De uitvoering: wat moet je doen?
5. De resultaten: wat neem je waar?
6. De conclusie: welke conclusie kan je trekken?

Slide 8 - Tekstslide

5.6 Onderzoeksvraag en hypothese
Elk onderzoek begint met een vraag: de onderzoeksvraag.

De onderzoeksvraag is de vraag die je gaat beantwoorden met je onderzoek. De onderzoeksvraag moet passen bij het werkplan.

Met de resultaten van het onderzoek kan je de onderzoeksvraag beantwoorden.

Slide 9 - Tekstslide

5.6 Onderzoeksvraag en hypothese
Een voorbeeld van een onderzoeksvraag is:

Waar liggen de tastzintuigen dichter bij elkaar: in de wijsvinger of in de onderarm?




Slide 10 - Tekstslide

5.6 Onderzoeksvraag en hypothese
Voor je een onderzoek gaat doen, schrijf je op wat je denkt.

De hypothese is jouw voorlopige antwoord op de onderzoeksvraag.

Slide 11 - Tekstslide

5.6 Onderzoeksvraag en hypothese
Een voorbeeld van een hypothese is:

Ik denk dat de tastzintuigen in de wijsvinger dichter bij elkaar liggen.

Slide 12 - Tekstslide

5.6 Onderzoeksvraag en hypothese
Met behulp van de resultaten van het onderzoek beantwoord je de onderzoeksvraag.
Jouw antwoord op de onderzoeksvraag is de conclusie van het onderzoek.
Je weet dan of je hypothese juist was.

Slide 13 - Tekstslide

Eisen goede vraag
Is het 1 vraag?
Is het duidelijk beschreven?
Onderzoek je duidelijk 1 ding?
Is het niet via google te vinden?

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Vragen?

Slide 17 - Tekstslide

Aan het werk


Maken: alle opdrachten van 5.6+ 1 t/m 8 van 5.5

Eerder klaar? 
Eerst 5.5 - opdracht 9+10 maken
Daarna Afmaken 5.1, 5.2, 5.3
Vervolgens 5.8 maken


Leerdoelen:
Je kunt een onderzoeksvraag kiezen
Je kunt een hypothese kiezen

Slide 18 - Tekstslide