Battle of the bodies week 1t/m5

The battle of the bodies
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

The battle of the bodies

Slide 1 - Tekstslide

Teamverdeling + spelregels
Maak per team 1 account aan! 
Overleg met elkaar voordat je het antwoord invult 

Slide 2 - Tekstslide


Wat is de functie van het hart?
A
Alle organen voorzien van zuurstof
B
Alle organen voorzien van zuurstof en voedingsstoffen
C
Alle organen voorzien van voedingsstoffen
D
Alle organen voorzien van zuurstof, voedingsstoffen en koolstofdioxide

Slide 3 - Quizvraag

In de afbeelding zie je het hart met enkele bloedvaten. 

Wat geeft elke letter aan? 
Aorta
Kransslagader
Longslagader
Rechterboezem

Slide 4 - Sleepvraag

Wat is de systole?
A
De fase van de hartcyclus waarin het hart ontspant en zich vult met bloed
B
De fase van de hartcyclus waarin het hart samenknijpt en bloed uitpompt
C
Het proces waarbij bloed terugstroomt naar het hart
D
De bloeddruk gemeten in de aders

Slide 5 - Quizvraag

Het hart bevindt zich in de?
A
Thorax, achter het sternum
B
Buikholte, in het mediastinum
C
Buikholte, boven het diafragma
D
Thorax, onder het diafragma

Slide 6 - Quizvraag

Het hart ligt:
A
Op het diafragma
B
In de borstholte
C
Achter het sternum
D
Alle bovengenoemde antwoorden zijn juist

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de diastole?
A
De bloeddruk gemeten in de aders
B
De fase van de hartcyclus waarin het hart ontspant en zich vult met bloed
C
De fase van de hartcyclus waarin het hart samenknijpt en bloed uitpompt
D
Het proces waarbij bloed terugstroomt naar het hart

Slide 8 - Quizvraag

Wat is er waar over de slagaders (arteriën)
A
Een slagader voert altijd zuurstofarm bloed naar de organen
B
Een slagader heeft kleppen
C
Een slagader heeft dikke, elastische wanden
D
Een slagader vervoert altijd bloed terug naar het hart

Slide 9 - Quizvraag

Wat is er waar over de slagaders (arteriën)
A
Een slagader voert altijd zuurstofarm bloed naar de organen
B
Een slagader heeft kleppen
C
Een slagader heeft dikke, elastische wanden
D
Een slagader vervoert altijd bloed terug naar het hart

Slide 10 - Quizvraag

Wat is er waar over de slagaders (arteriën)
A
Een slagader voert altijd zuurstofarm bloed naar de organen
B
Een slagader heeft kleppen
C
Een slagader heeft dikke, elastische wanden
D
Een slagader vervoert altijd bloed terug naar het hart

Slide 11 - Quizvraag

Wat is er waar over de ader (vene)?
A
Een vene voert altijd zuurstofrijk bloed van het hart naar de organen
B
Een vene heeft dikke, elastische wanden
C
Een vene heeft kleppen die voorkomen dat bloed terugstroomt
D
Een vene pompt actief bloed het lichaam in

Slide 12 - Quizvraag

Aders
Slagaders
Haarvaten
Naar het hart toe (meestal zuurstofarm)
Van het hart af (meestal zuurstofrijk)
Kleinste bloedvaten, geeft voedingsstoffen af

Slide 13 - Sleepvraag

Slagader
Ader
Hart
Zuurstofarm bloed transporteren naar de longen.

De pompfunctie om het bloed te laten circuleren voor het transport. 
Zuurstofrijk bloed transporteren naar de weefsels.

Slide 14 - Sleepvraag

Kleine bloedsomloop
Lichaam
Grote bloedsomloop
Hart
Longen

Slide 15 - Sleepvraag

Wat is er waar over de ader (vene)?

Slide 16 - Open vraag

De bloeddruk wordt uitgedrukt in systolische en diastolische bloeddruk. Leg beide uit.

Slide 17 - Open vraag

Wat is het verschil tussen de grote en kleine bloedsomloop?

Slide 18 - Open vraag

Waarom is de bloedsomloop belangrijk?

Slide 19 - Open vraag

Slagaders
Aders
Naar het hart toe
Van het hart af
Hoge bloeddruk
Lage bloeddruk
Spierwand
Kleppen

Slide 20 - Sleepvraag

Hoe stroomt het bloed door je hart? Zet de verschillende onderdelen in de juiste volgorde.  Begin bij de rechterboezem.

rechterboezem
longen
linkerkamer
longader
Linkerboezem
longslagader
rechterkamer

Slide 21 - Sleepvraag

Wat is hypotensie?

Slide 22 - Open vraag