7.4

7.4 Hoe werkt verslaving?

Vitaal burgerschap

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

7.4 Hoe werkt verslaving?

Vitaal burgerschap

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel van de les 
  • Je kent het verschil tussen verslaving aan een middel en verslaving aan gedrag. 
  • Je kent belangrijke gevolgen van genotmiddelen, zoals alcohol, drugs en tabak. 
  • Je kunt uitleggen waarom stoppen met een verslaving moeilijk is.  

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar kan je aan verslaafd zijn?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Verslaving
-Verslaving aan middelen
-Verslaving aan gedrag

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Je kan dit filmpje ook aan het begin laten zien en de studenten laten raden waar de les over gaat. 
Verslaving
-Kick 
-Craving
-Onthoudings- of ontwenningsverschijnselen
-Negatief zelfbeeld

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drugs
  • Softdrugs 
  • Harddrugs


  • Kick 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je mag autorijden als je een joint hebt gerookt (net daarvoor).
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je mag autorijden als je een joint hebt gerookt. 

De wet zegt dat je na het roken van een joint niet mag deelnemen aan het verkeer; je bent dan onder invloed van drugs.
Je mag dus ook niet fietsen, want ook dan neem je deel aan het verkeer. Datzelfde geldt ook voor alcohol. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Van blowen word je rustig, dus kun je beter opletten in de klas.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wiet koop je bij de supermarkt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wiet koop je bij de supermarkt= niet waar 
Wiet kan je officieel alleen kopen in een zogenaamde coffeeshop voor
eigen gebruik. Je moet daarvoor 18 jaar of ouder zijn! Daar word het gedoogd.

Wiet op straat kopen bij iemand (dealer) is strafbaar.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Indeling Drugs
Verdovend
Opwekkende
  • Cafeïne
  • Nicotine
  • Cocaïne
  • Amfetamine
  • XTC¹
  • Anti-depressiva

Verdovend
  • Alcohol
  • Heroïne

  • Cannabis
  • Slaapmiddelen
  • Kalmerings-middelen
  • Anti-psychotica
Bewustzijnsveranderend
  • XTC²
  • Cannabis
  • LSD
  • Paddo’s
  • Lachgas

Indeling van Drugs

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verslaving
  • Stoppen met een verslaving
  • Ontwenningsverschijnselen 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het eind van de les....
  • Kan je het verschil uitleggen tussen verslaving aan een middel en verslaving aan gedrag.
  • Kan je uitleggen wat belangrijke gevolgen zijn van genotmiddelen.
  • Kan je uitleggen waarom stoppen met een verslaving moeilijk is. 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem een voorbeeld van één verslavend middel en van verslavend gedrag.

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de gevolgen van het gebruik van genotsmiddelen

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is stoppen met een verslaving zo lastig?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 
Maak opdr. 1  t/m 4 in je werkboek van paragraaf 7.4. 
Zie blz. 236 t/m 239

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
-Wat vond je?
-Volgende week


Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies