Heel hoofdstuk 4 - 2 TL

Feit of mening?

Het aangepaste Open Huis op Reggesteyn was een groot succes!
A
Feit
B
Mening
1 / 15
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Feit of mening?

Het aangepaste Open Huis op Reggesteyn was een groot succes!
A
Feit
B
Mening

Slide 1 - Quizvraag

Feit of mening?

Het Open Huis op Reggesteyn had het hoogste aantal bezoekers ooit!
A
Feit
B
Mening

Slide 2 - Quizvraag

Wat is de juiste definitie van een argument?
A
Een uitleg/onderbouwing waarom je iets vindt
B
Een samenvatting van je mening
C
Iets wat waar is en dat je kunt controleren

Slide 3 - Quizvraag

Een argument herken je vaak aan een van deze twee signaalwoorden: want en ...

Slide 4 - Open vraag

Wat is het tegenovergestelde van een voorvoegsel? Een ...

Slide 5 - Open vraag

Wat is de betekenis van het achtervoegsel 'loos'?
Bekijk de voorbeelden.
Waardeloos, kosteloos, nutteloos

Slide 6 - Open vraag

Wat is de betekenis van het achtervoegsel 'lijks'?
Bekijk de voorbeelden.
Dagelijks, wekelijks, maandelijks, jaarlijks

Slide 7 - Open vraag

Wat hoort er op de puntjes te staan?
Als er geen ............. in de zin staat, dan staat er ook geen meewerkend voorwerp in.

Slide 8 - Open vraag

Wat is het meewerkend voorwerp in deze zin?
Wij / geven / deze doos bonbons / aan jou / als dank voor je hulp.

Slide 9 - Open vraag

Wat is het meewerkend voorwerp in deze zin?
De docent gaf ons nog één kans voor de te laat ingeleverde opdracht.

Slide 10 - Open vraag

Welk verwijswoord hoort op de puntjes?

Ik pak .... fiets en dan kom ik eraan.
A
me
B
mijn
C
mij

Slide 11 - Quizvraag

Welk verwijswoord hoort op de puntjes?

Dat is erg vervelend, maar wel ..... probleem.
A
jou
B
jouw

Slide 12 - Quizvraag

Welk verwijswoord hoort op de puntjes?

Ik vroeg ..... al zes keer of je even stil kan zijn!
A
jou
B
jouw

Slide 13 - Quizvraag

Noteer het verkleinwoord van 'beloning'

Slide 14 - Open vraag

Noteer het verkleinwoord van portemonnee

Slide 15 - Open vraag