WI 2HV H4 W2.L2 - §4.3 Gelijkvormige figuren

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

WI 1HV P3 Hoofdstuk 4 Gelijkvormigheid

WI 2HV H4 W2.L1 

§4.2 Rekenen met de factor

Terugblikken op §4.1

Terugblikken op §4.1

Maak de zin af:
"De factor is een ....(a).... waar je mee ....(b)...."

1. a: getal b: deelt
2. a: deling b: optelt
3. a: deelsom b: dingen doet
4. a: getal b: vermenigvuldigt

Met welke berekening rekenen we de factor uit van B naar C?
Kies alle mogelijke opties.

1. 63 : 48 = 1,3125
2. 73,5 : 56 = 1,3125
3. 48 x 63 = 3024
4. er is geen factor.

De factor van ABC naar KLM is 3. Welke berekeningen zijn correct? Kies alle mogelijkheden.

1. 36 : 12 = 3
2. 5 x 3 = 15
3. 12 x 3 = 36
4. 39 : 13 = 3

Bekijk de animatie bij §4.2

• Ga naar de online methode
• Ga naar Hoofdstuk 4. 
• Klik op 'Animaties' 
• Bestudeer de uitlegfilm bij §4.2
• Maak de volgende slides over de theorie van §4.2 en de uitlegfilm.

Hoe bereken je de lengte van een zijde bij een vergroting?

Hoe bereken je de lengte van een zijde bij een vergroting?

Let op: Ook al wordt de figuur kleiner, toch spreken we nog steeds van een vergroting!!! 

De factor is is bij een kleiner wordende figuur een getal tussen 0 en 1.

De volgende slides gaan over deze vaardigheid.

Welke zijdes van de grote driehoek KLM horen bij de zijdes van de kleine driehoek FGH?

1. LM en GF KL en FG KM en FH
2. LM en GH KL en FH KM en FG
3. LM en FH KL en FG KM en GH
4. LM en GH KL en FG KM en FH

LM hoort dus bij GH.

Reken de factor uit bij de vergroting van KLM naar FGH.
Lees de vraag goed door.....

1. De factor is: 6 : 4,5 = 1,333
2. De factor is: 5,4 : 8,7 = 0,62
3. De factor is: 4,5 : 6 = 0,75
4. De factor is: 5,4 : 6 = 0,9

De factor is 4,5 : 6 = 0,75
(figuur wordt kleiner, dus factor is tussen o en 1).
Welke berekening gebruik je om zijde FG te berekenen?

1. Zijde KL x factor = zijde FG 8,7 x 0,75 = 6,525 Dus zijde FG is 6,53
2. Zijde ML x factor = zijde FG 6 x 0,75 = 4,5 Dus zijde FG is 4,5
3. Zijde HF x zijde HG = zijde FG 5,4 x 4,5 = 24,3 Dus FG is 24,3
4. Zijde HF - zijde HG = zijde FG 5,4 - 4,5 = 0,9 Dus FG is 0,9

Meer uitleg nodig? Bestudeer dan de film hieronder.

Niet de meest nieuwe film (2013!!), maar nog steeds goed!

Leerdoelen

§4.3 Gelijkvormige figuren

1. Ik kan met behulp van een verhoudingstabel, overeenkomstige hoeken en overeekomstige zijdes bepalen of twee figuren gelijkvormig zijn of niet.

Onthoud!!!

Uitlegvideo: Gelijkvormige figuren

Ga naar de online omgeving.

Ga naar H4

Klik op animaties.

Bestudeer de video bij §4.3

Uitgebreidere uitlegvideo: Gelijkvormige figuren

Bestudeer deze video als je er niet uit komt bij de vragen.

Theorie §4.3

Theorie §4.3

Leg in eigen woorden uit wat er wordt verstaan met "Overeenkomstige hoeken".
Gebruik bijv. de figuur in de vorige slide.

Leg in eigen woorden uit wat er wordt verstaan met "Overeenkomstige zijden"
Gebruik bijv. de figuur twee slides terug.

Maak het rijtje van van overeenkomstige hoeken:
A = E
....
....
....

1. B=H C=F D=G
2. B=F C=H D=G
3. B=H C=F D=G
4. B=F C=G D=H

Driehoek ABC is gelijkvormig met driehoek ADE.

Welke beweringen over de zijdes zijn waar?

1. Driehoek ABC is gelijkvormig met
2. AB=AD AC=AE CD=ED
3. AB=BD AC=AE CD=ED
4. AB=BD AC=CE CD=ED

Maak een tabel van overeenkomstige zijdes bij het figuur hiernaast zoals bij stap 2 in het voorbeeld op blz. 129.
Maak een foto en lever in bij deze vraag.
De tabel is ook te vinden in slide 19.

Driehoek ABC is gelijkvormig met driehoek AED.
Bereken lengte AE m.b.v. de vergrotingsfactor.

Klaar!!

Wat ga je nu doen? 

Maken §4.3 en deze nakijken, verbeteren, 

mooie en nette foto's ervan maken en inleveren in 

showbie.

Nog tijd over? Ga door met RekenenOnline.