zuurstof

Leerdoelen
1. Je kunt de indicaties voor het geven van zuurstof benoemen.
2. Je kunt de risico’s en complicaties bij toediening van zuurstof toelichten.
3. Je kunt berekenen hoeveel zuurstof in een zuurstofcilinder zit.
4. Je kunt volgens protocol zuurstof aansluiten en toedienen met verschillende soorten materialen

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen
1. Je kunt de indicaties voor het geven van zuurstof benoemen.
2. Je kunt de risico’s en complicaties bij toediening van zuurstof toelichten.
3. Je kunt berekenen hoeveel zuurstof in een zuurstofcilinder zit.
4. Je kunt volgens protocol zuurstof aansluiten en toedienen met verschillende soorten materialen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Indicaties voor het meten van de saturatie
Problemen van hart of longen
Bloedarmoede
Onderkoeling
verlaging bewustzijn
Ernstig trauma

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe meet je zuurstofgehalte?
  • Saturatie (verzadiging HB met O2)
  • capillaire Astrup = vingerprik 


  • Arteriële Astrup (bloed uit slagader gehaald)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Gezonde mensen saturatie 96- 100 %
  • COPD/ hartfalen saturatie 92-100%
  • Lager dan 95% overleg arts
  • Lager dan 90% overwegen toedienen van zuurstof. Altijd in overleg met de arts.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Speciale aandachtspunten
1. observeer de zorgvrager op tekenen van kortademigheid
2. observeer de slijmvliezen en huid.
3. let op tekenen van ineffectieve zuurstoftoediening
4. zorg voor de juiste dosering

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

verschijnselen hypoxie
  • kortademig in rust en ook bij lichte inspanning
  • geen energie om iets te ondernemen 
  •  gebruik hulpademhalingsspieren 
  • sufheid, minder alert
  • vergeetachtigheid / verward
  • blauwe huidskleur van vingers, nagels , lippen 
  • hoge pols en AH en RR
  • angstig 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De zorgvrager met hypoxie...


... wil het liefste rechtop zitten
... wil knellende kleding uitdoen
... kan niet praten en ademhalen  tegelijk
... gebruikt hulpademhalingsspieren
... neusvleugelt
... heeft tekenen van cyanose

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

voorbehouden en risicovol
  • altijd in opdracht vd arts 
  • schrijft ook aantal liters voor per minuut
  • gebruik maken van juiste middelen en materialen 
  • alert zijn bij COPD (ademdepressie)
  • (Bij mensen met emfyseem (COPD) wordt de ademhalingsprikkel bijvoorbeeld niet meer gereguleerd door het koolstofdioxidegehalte, maar door het zuurstofgehalte. Zuurstoftoediening kan dan leiden tot een ademdepressie)
  • zuurstof is brandbaar!
  • bij een cilinder; bereken de inhoud

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pas op met zuurstof!

Slide 10 - Tekstslide

DENK AAN HET KLAAR ZETTEN VAN EEN CILINDER, VOORALS DE STROOM UITVALT BIJ HET GEBRUIK VAN EEN CONCENTRATOR. STICKER OP DE DEUR...VERBETERVOORSTEL
Hulpmiddelen
Neusbril                                             Zuurtstofkatheter                                            Masker
5 tot 10 liter
     tot 6 liter
  tot 6 liter

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zuurstofbronnen
  • Zuurstofcilinder
  • Concentrator
  • Vloeibaar zuurstof

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

In een zuurstofconcentrator stroomt de omgevingslucht door adsorberend materiaal, een zogenaamde 'moleculaire zeef’. Dit materiaal scheidt de zuurstof van de stikstof en van andere gassen.
Het resultaat is een constante toevoer van een hoge concentratie extra zuurstof naar de client.


voor- en nadelen concentrator
  • haalt zuurstof uit de omgevingslucht - raakt nooit op
  • let op goede ventilatie
  • lange slangen / knikken 
  • maakt meer geluid 
  • goedkoper

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 aandachtspunten 
  • zorg voor comfortabele houding zorgvrager
  • bij meer dan 5 ltr dan lucht bevochtigen 
  • voorkomen van drukplekjes
  • gebruik geen vet/olie als zalf. NOOIT vaseline 
  • goede neus / mond verzorging
  • pas op met vuur / vonkjes 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Indicaties:

Problemen met ademhaling of gaswisseling
- hart/long problemen
- bloed armoede
- postoperatief, sedatie
- ernstig trauma
-onderkoeling

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

complicaties 

  • Ademdepressie
  • Koolzuuropstapeling door onvoldoende O2 toevoer
  • O2 intoxicatie (bij beademing)
  • Lucht in de maag (katheter te diep ingebracht)
  • Weglekken O2 bij verkeerd hulpmiddel
  • Droge neus / mond 
  • Drukplekken 

Slide 19 - Tekstslide

co2 is koolstofdioxide  = hypercapnie
Formule  Inhoud cilinder (liters) x druk (bar)
Rekenvoorbeeld: een cliënt krijgt 1,5 liter zuurstof per minuut uit een volledig gevulde 2 liter-cilinder met een druk van 200 bar. 

Hoeveelheid zuurstof: 2 x 200 = 400 liter zuurstof. Dit is de totale hoeveelheid zuurstof die beschikbaar is.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De totale hoeveelheid beschikbare zuurstof : de hoeveelheid zuurstof die een cliënt per minuut moet krijgen. 
Hoeveelheid zuurstof: 2 x 200 = 400 liter zuurstof. 

400 liter gedeeld door 1,5 liter per minuut = 266,67 minuten.
266,67 minuten : 60 = 4,44 uur. 
0,44 x 60 =26,4 minuten

De cliënt heeft voor 4 uur en 26 minuten zuurstof.

Slide 21 - Tekstslide

De totale hoeveelheid beschikbare zuurstof : de hoeveelheid zuurstof die een cliënt per minuut moet krijgen.
Je weet dan voor hoeveel minuten er nog zuurstof beschikbaar is. 
Overige observatiepunten?
Huid en slijmvliezen: Goede controle & verzorging neus, mond en keel - Check op decubitus door neussonde of neusbril
Is toedienig effectief? Knik in slang? - Verstopping door slijm? - Ademt zorgvrager veel door de mond?
Zuurstofdosering te hoog of laag: Hoofdpijn - Hoge hartslag - Zweten - Bewustzijnsverlies - Hoge bloeddruk - Overmatige speekselafvloed

 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies