weven verwerkingsles

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Kunstzinnige oriëntatieGeschiedenisBasisschoolGroep 5,6

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zet de plaatjes in de vakken van vroeger naar nu. 
1
2
3
6
4
5

Slide 2 - Sleepvraag

Hoe was het ook alweer?

Mensen weven al eeuwenlang. 
Laat de leerlingen de plaatjes in de juiste volgorde zetten. (plaatjes verschuiven) Het plaatje met de oudste afbeelding op 1 en die met het nieuwste op 6.

Druk daarna op controleren.  
weven in Amersfoort  
tot 16e eeuw

Slide 3 - Tekstslide

Hoe was het in Amersfoort?

Heel vroeger werden alle stoffen van schapenwol gemaakt. (pas later ook van planten)
  •  Van de gewassen schapenvacht  moest eerst garen gesponnen worden (plaatje 1). 
  • Van dit wollen garen werden grote lappen stof/lakens geweven (plaatjes 2&3). Waarvan kleding en dekens kon worden gemaakt.
Ook de nonnen in de kloosters deden dit. In Amersfoort gebeurde dit in de St. Aegtenkapel.
Klik op de cirkel links met het klooster.

- Vraag aan de leerlingen:
Waarom waren de nonnen in de kloosters bezig met het spinnen en weven? 
antw: Zij verkochten de stoffen om geld te verdienen voor hun eigen levensonderhoud.

Maar ook thuis waren veel mensen, jong en oud, aan het weven. - klik op de cirkel met de huizen
De mensen werkten voor een grote handelaar van het Gilde. Zij sponnen de wol en weefden die stoffen thuis. 
Zo was dat ook in Amersfoort. Bij veel mensen in Amersfoort stond een weefgetouw in hun toch al kleine woning.

 fabriekshal
thuiswevers
weeshuis
vanaf 17e eeuw

Slide 4 - Sleepvraag

Vanaf de 17e eeuw veranderde er veel in Amersfoort. Op steeds meer plaatsen in de stad werd de lakenstof geweven.
Alleen niet meer door de nonnen. Want die verdwenen door de reformatie langzaam uit de stad. (na de reformatie in 1579 nam de staat alle kerkelijke gebouwen over, wel mochten kloosterlingen tot hun dood in het klooster wonen).

Het klooster wordt fabriekshal:
In de 17e eeuw, toen er geen nonnen meer woonden in het klooster, werd de St Aegtenkapel  als fabriekshal gebruikt.
Met 13 weefgetouwen was dit de eerste serieuze weverij in Amersfoort. Later werden in deze kapel vooral bandjes geweven.

Het weeshuis:
Ook moesten de weeskinderen uit het 'Armen Weeskynderhuis'' in de Marienhof het ambacht van het weven leren. Dat waren goedkope krachten.

Thuiswevers:
Thuis hadden steeds meer mensen een spinnenwiel en een weefgetouw om geld mee te verdienen. Vaak moest het hele gezin, ook de kinderen, meehelpen. Het was helaas een slecht betaalde baan.

Wat hoort waar?
-laat de kinderen de blauwe plaatjes op de juiste plek zetten.
17e eeuw
50 lakenfabrikanten
meer dan 100 weefgetouwen

Slide 5 - Tekstslide

Kijk eens goed naar het de plattegrond van de stad. Overal in de stad was men bezig met textiel.

Er waren in de 17e eeuw zo'n 50 lakenfabrikanten die samen 100 weefgetouwen bezaten. 
Samen met alle werkzaamheden die ermee te maken hadden, zoals de spinners en de ververs van het garen etc, was er veel werkgelegenheid in de textiel in onze stad.

Waar zie je dat nu nog in in de stad? 
en nu..
volmolen
bandjesfabriek
lakenfabriek
gildesteen
gevelbord

Slide 6 - Tekstslide

Waar zie je dat nu nog terug in de stad?
  • De plaatjes van links naar rechts aanklikken. Herkennen de kinderen de plekken in de stad?

De Volmolen
Hier werd het geweven wollen laken met water gevold(vervilt). 
Met water kan je wol vervilten. De leerlingen hebben vast wel eens vilt gezien. Een stevige dikke stof. Dit vervilten gebeurde in deze Volmolen.

De bandjesfabriek 
Het klooster St Aegtenkapel werd een fabriek met weverijen. Hier werden later vooral bandjes en koorden geweven: de zogenaamde passementen.

De lakenfabriek
Aan de Zuidsingel langs de gracht zie je dit huis. De weefgetouwen werden aangedreven door het waterrad in de Heiligenbergerbeek. Dit waterrad was  gebouwd in dit houten uitbouwtje dat er nog steeds is. Er werkten veel weeskinderen en arme kinderen.
Aan de andere kant van de gracht staat het ''Huis met de paarse ruitjes'', misschien kennen de kinderen dat.

St Joriskerk
Tijdens de bouw van de St. Joriskerk in 1460 heeft het weversgilde een sluitsteen geschonken aan de kerk. Hierop is het wapen van het gilde afgebeeld. Twee spoelen. Deze steen kan je nu nog in de kerk bekijken, hoog boven aan het plafond.

Straatnamen en gevelborden
Straatnamen zoals de Weverssingel herinneren nog aan de tijd dat op die plek veel weverijen zaten. Ook door gevelborden liet men weten wat er in dat huis werd gemaakt of verkocht. Je kunt het vergelijken met een soort winkelnaam zoals de HEMA en AH. 
(dit bord hing in de Langestraat)



Wat werd er in Amersfoort vooral geweven?
Bombazijn
Passementen/bandjes

Slide 7 - Tekstslide

In veel plaatsen in heel Nederland  waren weverijen. 
Er was een groot verschil in prijs en kwaliteit. 
 
In Amersfoort maakten ze eerst laken van wol maar later werd hier voornamelijk lakenstof gemaakt van een combinatie van katoenen en linnen draden. Dat heet Bombazijn. Deze stof was goedkoper dan de wol en werd gebruikt voor de kleding van de gewone burger. 

Daarnaast waren er in Amersfoort veel passement-weverijen. Daar maakten ze de koorden, versterkende bandjes en sierlijke sluitingen voor op de kleding.
19e eeuw einde van textielindustrie in Amersfoort
Amersfoort
Twente

Slide 8 - Tekstslide

Op andere plekken in Nederland, zoals in Twente, werd de textielindustrie erg groot met enorme fabrieken. Dat kwam doordat de lonen daar lager lagen en ze er sneller waren met het inzetten van machines.

In de 19e eeuw verdween langzaamaan de weefindustrie uit Amersfoort. 
In Amersfoort had men namelijk nauwelijks gemechaniseerd. 
inslag   
schering  
Hoe ging het verder in de textielfabriek? 
S
I
spoel   
SP

Slide 9 - Tekstslide

Hoe ging het verder in de textielindustrie met het weven?
De textielindustrie heeft zich door de jaren enorm ontwikkeld. Van handwerk thuis, naar grote weefmachines in de fabrieken, naar de computergestuurde weefmachines van nu. 

Maar altijd bleef de basis: de de weef- techniek met schering en inslag.

Kennen jullie de uitdrukking:
Het is schering en inslag?

Wat zal dat betekenen?
> Iets gebeurt heel vaak, steeds weer.

Voorbeeld: ‘Onbeleefdheid in het verkeer is tegenwoordig schering en inslag.’

Schering en inslag zijn weverstermen.
Hebben jullie deze woorden, tijdens het bezoek in museum Flehite, ook wel gehoord?
Met de schering worden de draden op een weefgetouw bedoeld, die in de lengte zijn gespannen. Inslag staat voor de draden die met een weefspoel heen en weer tussen de draden worden aangebracht, onder- en bovenlangs de scheringdraden.

Zet de rode cirkels met de letters van schering, inslag en spoel op de juiste plek in de grote foto op de slide.

Op een weefgetouw of weefmachine worden dus steeds andere scheringdraden naar boven gehaald, zodat de weefspoel er in één keer doorheen kan worden geschoten (> schietspoel). Dit kon met de nieuwe technieken steeds sneller en ingewikkelder gaan.
Met behulp van de computer kunnen nu supersnel heel ingewikkelde patronen en voorstellingen worden geweven.

Op de volgende twee slides zie je  filmpjes die het verschil tussen een moderne computerweefmachine en een ambachtelijk handweefgetouw laten zien. 
Kijk goed. Wat is het verschil: in geluid, in snelheid, in arbeid en in aandacht ?

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Er zijn mensen die nog steeds ambachtelijk met de hand weven.
Als hobby, maar ook nog als (deel van hun) werk. 

Begrijp je dat? 
Wat zouden zij het leukst vinden van hun ambacht/hobby? 
Wat hebben jullie zelf gemaakt?

Slide 12 - Tekstslide

Jullie hebben zelf ook geoefend met weven en een patroon geweven. 
Wat was hierbij de schering en wat de inslag?

Jullie hebben een klein kunstwerk geweven van wol of katoendraad.

De weeftechniek wordt voor van alles gebruikt.

Waarmee kan je allemaal weven?
de laatste dia is een kort raadspel over wat en waarmee je allemaal kan weven
 
Waarvoor kan je de weeftechniek nog meer gebruiken?
ijzer
gebouw
leer
takken
schoen
meubels
kan je weven met:
kan dit geweven zijn?
gras
vliegtuig

Slide 13 - Tekstslide

Begin met de eerste rij, naar beneden (materialen):

Vraag aan de leerlingen:
Kan je weven met ...? Bespreek hun antwoord en klik daarna op de cirkel met het materiaal.

Ga dan door naar de volgende rij (voorwerpen):
Kan dit geweven zijn? - en klik weer op de cirkel met het woord.

extra info:
Gras: Kunstenares Diana Scherer weeft door gras zelf te laten weven met zijn wortels. Wanneer het gras dood gaat, houdt ze een mooi geweven kleed over gemaakt van de wortels van gras.

Vliegtuig: Om het vliegtuig heel sterk en heel licht te maken worden matten geweven van ragfijne carbondraden. Deze zorgen voor een stevige cabine.


De weeftechniek is altijd en overal
plantaardige e-bike geweven met vlas

Slide 14 - Tekstslide

Kan je je voorstellen?
De weeftechniek vind je overal. 
Nog steeds weven mensen stoffen met bijvoorbeeld wol of katoen op de ambachtelijke manier, maar de weeftechniek wordt ook gebruikt voor producten van de toekomst.