Met of zonder -n les 2

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Huishoudelijke mededelingen
- Thuis 2x per week testen (woensdag af te halen bij receptie)
- 1,5m afstand tot docenten
- mondkapjes in de gang
- bij quarantaine belt de buddy in

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen?


Herhaling 'met of zonder -n'  (werkdoel rood)
Verder met trede 18 - schrijven

Slide 3 - Tekstslide

Herhaling uitleg met of zonder -n 

Slide 4 - Tekstslide

Herhaling uitleg met of zonder -n 


- Verwijzing naar personen
- Zelfstandig gebruikt 

Slide 5 - Tekstslide

Heeft het betrekking op personen en is het zelfstandig gebruikt?
Vele/Velen deden mee aan het sporttoernooi.

De stoel en de kruk zijn beide/beiden nat.

Sommige/Sommigen kwamen gewoon niet opdagen.

Sommige voetballers zingen het volkslied mee, maar de meeste/meesten houden hun mond dicht.

Slide 6 - Tekstslide

Sommige/Sommigen van de bomen zijn al groot.
A
Sommige
B
Sommigen

Slide 7 - Quizvraag

In de pauze dronken sommige/sommigen een kop thee.
A
Sommige
B
Sommigen

Slide 8 - Quizvraag

Enige/Enigen weken geleden hebben vandalen alle/allen ruiten van de dierenwinkel ingegooid
A
Enige/alle
B
Enige/allen
C
Enigen/alle
D
Enigen/allen

Slide 9 - Quizvraag

De meeste/meesten van ons waren goed voorbereid op het toernooi.
A
meeste
B
meesten

Slide 10 - Quizvraag

Mijn ouders waren de enige/enigen die niet op de ouderavond konden komen.
A
enige
B
enigen

Slide 11 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
'savonds
B
's avonds
C
s'avonds
D
s' avonds

Slide 12 - Quizvraag

Welke zin is fout?
A
De houten tafel is rond.
B
Ik heb een zilveren horloge.
C
Is dit een koperen sleutel?
D
Ik heb een nieuw suèden jasje.

Slide 13 - Quizvraag

Zelfstandig werken
Wat: Werkdoelen in Portal trede 18 - schrijven. 
(Wist je dat al?, Mag ik?, Als je begrijpt wat ik bedoel)
Klaar: Stillezen 

Rood: overtuigende e-mail of brief schrijven
Wit/blauw: samenhang aanbrengen in beschouwende tekst


Slide 14 - Tekstslide

Afsluiting
Donderdag trede 18 - schrijven

Volgende week verder trede 18
8 juni boekpresentatie Kéyano
10 juni boekpresentatie Yassine, Silvan
3 juni boekpresentatie Sven 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Vandaag
Boekpresentatie Sven
Instructie wit en blauw over figuurlijk taalgebruik
Instructie rood over een zakelijke brief
Zelfstandig werken - werkdoelen trede 18 - schrijven af deze week

Slide 17 - Tekstslide

Letterlijk en figuurlijk taalgebruik 
Versterken - het beeld versterkt
Verfraaien - de tekst wordt mooier / opvallender
Variëren - verschillende woorden/ uitspraken gebruiken

Het regent heel hard // De regen komt met bakken uit de hemel
Ik ben verliefd // Ik heb vlinders in mijn buik
 

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Zeg hetzelfde met figuurlijke taal
Mijn oom is heel erg rijk 

De vriendinnen moeten heel hard lachen

Slide 20 - Tekstslide

Het verkleinwoord van een woord dat eindigt op -a, -u, -o of -é, krijgt een dubbele klinker:
Uutje, Ootje, Eetje en Aatje wonen samen in een straatje!
parapluutje / autootje / cafeetje / cameraatje 
Maar....
kiwi = kiwietje 
ski= skietje
baby'tje

Slide 21 - Tekstslide

Zakelijke brief
Vaste onderdelen


Slide 22 - Tekstslide

Zakelijke brief
Vaste onderdelen
1. eigen adres
2. adres van geadresseerde
3. woonplaats en datum
4. onderwerp / betreft:
5. aanhef 
6. Inleiding
7. middenstuk
8. slot
9. slotgroet
10. eigen naam

Slide 23 - Tekstslide

Zakelijke brief
Vaste onderdelen
1. eigen adres
2. adres van geadresseerde
3. woonplaats en datum
4. onderwerp / betreft:
5. aanhef 
6. Inleiding
7. middenstuk
8. slot
9. slotgroet
10. eigen naam

Slide 24 - Tekstslide

Aan het werk
Maak de werkdoelen van trede 18 - schrijven af
Rood: schrijf één klachtenbrief van de drie en let op de vaste onderdelen.

Slide 25 - Tekstslide