basisstof: 4 en 5

spieren, houding en beweging
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

spieren, houding en beweging

Slide 1 - Tekstslide

planning
  • herhaling thema 4
  • 20 min opdrchten
  • nabespreken 
  • Uitleg thema 5
  • Opdrachtje
  • Zelfstandig werken

Slide 2 - Tekstslide

lesdoel 
  • je kunt de bow en werking van spieren beschrijven

  • je weet het belang van lichaamsbeweging en een goede houding

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Spieren
Aan je botten zitten spieren.

Spieren en gewrichten heb je nodig om bewegingen te kunnen maken. 

Slide 5 - Tekstslide

zenuwcel: Via bewegingszenuwcellen worden impulsen naar spieren geleid.
Spier:
Spieren maken beweging mogelijk.
Pees: Pezen bevestigen een spier aan beenderen. Pezen zijn niet samentrekbaar.
Spierschede:Stevig bindweefsel rondom een spier. Elke spierbundel is omgeven door bindweefsel
Spierbundel:
Een spierbundel bestaat uit een groot aantal spiervezels.
Bindweefsel:bevind zich om elke spierbundel, in bindweefsel zitten bloedvaten 
Spiervezel:
Elke spiervezel is ontstaan door samensmeltingen van vele spiercellen. Als de spiervezel zich samentrekken, wordt de spier korter.

Slide 6 - Tekstslide

Als de spier aanspant wordt deze korter
Spieren kunnen alleen maar samentrekken.

Om weer terug te bewegen is er een andere spier nodig: antagonist (De tegenoverliggende spier)

Slide 7 - Tekstslide

Antagonisten = tegengestelde spieren

Slide 8 - Tekstslide

Arm buigen
  • Armbuigspier samentrekken = korter en dikker
  • Pezen trekken aan je spaakbeen
  • armstrekspier ontspant= langer en dunner

Slide 9 - Tekstslide

Arm strekken
  • Armstrekspier  samentrekken = korter en dikker
  • Pezen trekken aan je ellepijp
  • Armbuigspier ontspant = langer en dunner

Slide 10 - Tekstslide

20 min
zelf oefen
timer
20:00
Opdracht af ? 
werk dan aan de oprachten van thema 4 van je boek

Slide 11 - Tekstslide

Antagonisten = tegengestelde spieren

Slide 12 - Tekstslide

Nabespreken

Slide 13 - Tekstslide

 5 Houding en beweging

Slide 14 - Tekstslide

Leerdoelen voor deze les
  • Aan het einde van deze les weet je wat de dubbele-s-vorm is en waarom deze houding goed is.
  • Kun je benoemen wat een goede lichaamshouding is.
  • Hoe je verstandig kunt tillen.
  • Waarom beweging goed voor je is.

Slide 15 - Tekstslide

Dubbele-S-vorm
De vorm van de wervelkolom lijkt op twee keer de letter S boven
elkaar. Daarom noemen we het de dubbele-S-vorm

Door deze vorm kan je wervelkolom schokken opvangen als je
loopt. De tussenschijfwervels zijn een soort schokdempers.

Rugspieren die aan de wervels vast zitten zorgen ervoor dat
deze stand wordt vastgehouden. 

Slide 16 - Tekstslide

Wervelkolom

Slide 17 - Tekstslide

Houding en beweging

Slide 18 - Tekstslide

Lichaamshouding
Door een verkeerde lichaamshouding kan de wervelkolom scheef komen te staan. Hierdoor komt er op één kant van de wervelkolom meer druk te staan. Sommige spieren moeten dan harder werken en kunnen overbelast raken.

Slide 19 - Tekstslide

Rughernia

Slide 20 - Tekstslide

Zithouding
Om de kans op nek- en rugklachten te verminderen moet je een goede lichaamshouding aannemen. Ook een goede zithouding is daarbij ook belangrijk. 

  • Zit rechtop: wervelkolom dubbele-S-vorm
  • Ellebogen in een hoek van 90 graden
  • Knieën in een hoek van 90 graden
  • Let ook op de houding van je nek.

Slide 21 - Tekstslide

Tillen
Als je niet op de juiste manier tilt krijg je later vaak last van rugklachten.

Let op! dubbele-s-vorm als je tilt

In de afbeelding hiernaast zie je
6 regels voor verstandig tillen

Slide 22 - Tekstslide

Hoe till je op de juiste manier

Slide 23 - Tekstslide

Aan de slag
MAKEN


Slide 24 - Tekstslide