Wat is techniek?

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Waar denk je aan bij het woord techniek?

Slide 2 - Woordweb

Techniek in de zorg

Slide 3 - Tekstslide

Techniek in de keuken.

Slide 4 - Tekstslide

Techniek in de tuin.

Slide 5 - Tekstslide

Techniek op kantoor.

Slide 6 - Tekstslide

Techniek in de winkel

Slide 7 - Tekstslide

Techniek thuis

Slide 8 - Tekstslide

Waar vinden we techniek?
kies het beste antwoord
A
zorg en tuin
B
thuis en op het werk
C
overal
D
op school

Slide 9 - Quizvraag

Noem een beroep in de techniek.

Slide 10 - Woordweb

Noem drie gereedschappen die je in de sector hebt gezien.

Slide 11 - Woordweb

Je kunt meten met
A
Rolmaat, duimstok en een hamer
B
Rolmaat, duimstok en een schuifmaat
C
Liniaal, potlood en een drijver
D
Schuifmaat, rolmaat en een hamer

Slide 12 - Quizvraag

Met welke gereedschappen kun je tekenen en aftekenen?
A
Kraspen, blokhaak, priem en centerpons
B
Liniaal, kraspen, priem en hamer.
C
stanleymes, schaar, vijl en priem
D
Kraspen, Blokhaak, vijl en priem.

Slide 13 - Quizvraag

Een zaag en een vijl zijn voorbeelden van:
A
zagende gereedschappen.
B
borende gereedschappen.
C
verspanende gereedschappen.
D
niet-verspanende gereedschappen

Slide 14 - Quizvraag

Met spangereedschappen kun je iets
A
spannend maken
B
vastzetten
C
laten omvallen
D
laten dalen

Slide 15 - Quizvraag

Niet-verspanende gereedschappen zijn bijvoorbeeld:
A
Hamer, tang, moersleutel en beitel
B
Hamer, bankschroef, lijmtang en boor
C
Hamer, tang, duimstok en schuifmaat.
D
Hamer, tang, moersleutel en schroevendraaier

Slide 16 - Quizvraag

Noem gevaarlijk gereedschap in de sector techniek.

Slide 17 - Woordweb