REKENEN - Startrekenen Vooraf deel A (oranje) - H6 - LES 2

Startrekenen Vooraf deel A
STARTREKENEN VOORAF deel A
les 2
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Startrekenen Vooraf deel A
STARTREKENEN VOORAF deel A
les 2

Slide 1 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
STARTREKENEN VOORAF deel A
les 1
boek
pen of potlood
        WAT HEB JE NODIG?  

Slide 2 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
NAKIJKEN opdrachten VORIGE LES
les 2
opdracht 1
blz. 235 
Hoeveel denk je dat het kost?

Slide 3 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
NAKIJKEN opdrachten VORIGE LES
les 2
opdracht 2
blz. 235 
Hoeveel is de munt waard?

Slide 4 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
NAKIJKEN opdrachten VORIGE LES
les 2
opdracht 3
blz. 236 
Wat is meer waard? 

Slide 5 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
NAKIJKEN opdrachten VORIGE LES
les 2
opdracht 4
blz. 237 
Hoeveel denk je dat het toiletpapier kost?
Hoeveel denk je dat het snoepje kost?
Hoeveel denk je dat de boodschappen kosten?

Slide 6 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
NAKIJKEN opdrachten VORIGE LES
les 2
opdracht 5
blz. 238 
Trek steeds een lijn van het geld naar de juiste bon.

Slide 7 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
NAKIJKEN opdrachten VORIGE LES
les 2
opdracht 6
blz. 239 

Slide 8 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
NAKIJKEN opdrachten VORIGE LES
les 2
opdracht 7
blz. 240 
Vul in.

Slide 9 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
NAKIJKEN opdrachten VORIGE LES
les 2
opdracht 8
blz. 241 
Schrijf elk bedrag met een komma.

Slide 10 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
NAKIJKEN opdrachten VORIGE LES
les 2
opdracht 9
blz. 242 
Reken uit hoeveel geld er ligt.

Slide 11 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
NAKIJKEN opdrachten VORIGE LES
les 2
opdracht 10a
blz. 242 
Reken uit hoeveel geld er ligt.

Slide 12 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
NAKIJKEN opdrachten VORIGE LES
les 2
opdracht 10b
blz. 242 
Reken uit hoeveel geld er ligt.

Slide 13 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
NAKIJKEN opdrachten VORIGE LES
les 2
opdracht 11
blz. 242 
Trek steeds een lijn van het geld naar het juiste prijskaartje.

Slide 14 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
DOEL VAN DE LES
les 2
Je kent geld wisselen en optellen.

Slide 15 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
6.2  GELD OPTELLEN
les 2
uitleg 4
blz. 243 
Je kunt munten en biljetten wisselen voor andere munten of biljetten die evenveel waard zijn.






Een munt van 1 euro kun je wisselen voor twee munten van 50 cent.

Slide 16 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
6.2  GELD OPTELLEN
les 2
uitleg 5
blz. 246
Als je geld optelt, moet je soms centen voor euro's wisselen.
Hoeveel geld ligt er?

Slide 17 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
6.2  GELD OPTELLEN
les 2
uitleg 5
blz. 246 

Slide 18 - Tekstslide

Startrekenen Vooraf deel A
6.1 MUNTEN en BILJETTEN
les 2
maken

opdracht 12 (blz. 244) tot en met 17 (blz. 248)

Slide 19 - Tekstslide