Unit 4 Les 10 (oefentoets grammatica + vocabulary)

Good Morning
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

Good Morning

Slide 1 - Tekstslide

Today
Oefentoets in Lessonup
Oefenen met oefentoetsen en versterk jezelf op All Right

Slide 2 - Tekstslide

Je start zo met een oefentoets.
Lees heel goed wat je moet doen!
Vul alleen in wat op een streepje moet staan. Dus niet de hele zin overtypen.

Slide 3 - Tekstslide

Woordjes
Kijk iedere keer goed wat je moet doen!

Slide 4 - Tekstslide

Welk woord past?
Surfing is Catherine's favourite ____ activity.
A
gig
B
leisure
C
fence
D
harvest

Slide 5 - Quizvraag

Welk woord past.
I want to ____ in the world when I grow up.
A
off
B
haggle
C
make a difference
D
taxes

Slide 6 - Quizvraag

Vertaal:
We should all demonstrate ____ (tegen) violence.

Slide 7 - Open vraag

Welk woord past? Schrijf de Engelse vertaling op kies uit: platteland - een hapje eten - vis en schelpdieren - stemmen
You should eat ____ when they are fresh.

Slide 8 - Open vraag

grammatica:
to be going to
Vul alleen in wat op de lijntjes moet staan.

Slide 9 - Tekstslide

____ (she - to take) the bus into town?
A
She is going to take
B
Is she going to take
C
She are going to take
D
Are she going to take

Slide 10 - Quizvraag

Tess and Jacky ____ (to play) a game of tennis.

Slide 11 - Open vraag

We ____ (not - to be) there this afternoon.

Slide 12 - Open vraag

Grammatica
present simple VS present continuous

Vul alleen in wat op de lijntjes moet staan!

Slide 13 - Tekstslide

Indra sometimes ____ (to work) in her parents' bakery on Saturdays.
A
works
B
is working

Slide 14 - Quizvraag

We ____ (not - to go) to the beach every summer.
A
don't going
B
aren't going
C
going not
D
don't go

Slide 15 - Quizvraag

Look! They ____ (to play) volleyball over there.

Slide 16 - Open vraag

Tamsin ____ (not - to do) her homework at the moment.

Slide 17 - Open vraag

grammatica
vraagwoorden

Vul het juiste vraagwoord in.

Slide 18 - Tekstslide

…… do you live?

Slide 19 - Open vraag

……… many sisters or brothers do you have?

Slide 20 - Open vraag

.......is that boy over there?

Slide 21 - Open vraag

grammatica
hulpwerkwoorden: can, could, can't, couldn't

Je kiest steeds 1 van de bovenstaande woorden.

Slide 22 - Tekstslide

I'm sorry Zach, but you ____ borrow my bike this afternoon. I need it myself.

Slide 23 - Open vraag

Mum and dad ____ come to my cricket match because they had to work.

Slide 24 - Open vraag

Do you know where Ivy is? – I'm not sure. She ____ be in the canteen.

Slide 25 - Open vraag