7.4 De wereld wordt kleiner

H7 Nederland en het buitenland
Paragraaf 7.4 De wereld wordt kleiner
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H7 Nederland en het buitenland
Paragraaf 7.4 De wereld wordt kleiner

Slide 1 - Tekstslide

Wat weten we nog/al?

Slide 2 - Tekstslide

Welke van de volgende zaken is toegestaan ​​binnen de interne markt van de EU?
A
Wonen, werken en studeren in elk EU-land
B
Verblijfsvergunning vereist voor EU-burgers
C
Strikte beperkingen op reizen binnen de EU
D
Onderwijs- en werkbeperkingen voor inwoners van de EU

Slide 3 - Quizvraag

Wat probeert de EU te bereiken met harmonisatie?
A
Verandering van milieu-eisen
B
Verhoogde accijns- en btw-tarieven
C
Gelijke consumentenrechten voor alle EU-burgers
D
Verminderde veiligheidseisen aan producten

Slide 4 - Quizvraag

Wat betekent EMU in het Nederlands?
A
Europese Markteconomie Unie
B
Europees Monetair Uniestelsel
C
Europese Monetaire Unie

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een van de kerntaken van de ECB?
A
Bepalen van het rentepeil
B
Ontwikkelen van infrastructuurprojecten
C
Reguleren van handelsbetrekkingen
D
Beheren van belastinginkomsten

Slide 6 - Quizvraag

Begrippen paragraaf 7.3
  • Emu
  • Harmonisatie
  • Interne markt

Slide 7 - Tekstslide

Leerdoelen 7.4
  • Je kunt uitleggen wat globalisering is en waardoor deze toeneemt.
  • Je weet wat een handelsverdrag is en wat de voordelen ervan zijn.
  • Je kunt uitleggen hoe we onze internationale concurrentiepositie kunnen behouden en verbeteren.
  • Je kunt drie nadelen van globalisering noemen.

Slide 8 - Tekstslide

Globalisering
  • Technologische ontwikkelingen op het gebied van communicatie en transport zorgen ervoor dat internationale handel steeds makkelijker wordt.
  • Door toenemende contacten en vrije wereldhandel raken mensen en bedrijven steeds meer met elkaar verbonden.
  • Dit noemen je globalisering.
  • Hierdoor neemt de internationale arbeidsverdeling toe. 
  • Dit houdt in dat elk land zich toe legt op het leveren van producten met de beste prijs-/kwaliteitverhouding.

Slide 9 - Tekstslide

Wat neemt toe als gevolg van vrije wereldhandel?
A
Autarkie van landen
B
Internationale arbeidsverdeling
C
Minder contact tussen landen
D
Beperking van grensoverschrijdende handel

Slide 10 - Quizvraag

Handelsverdrag
Om de handel tussen EU-landen en niet EU-landen te bevorderen, kan de EU een handelsverdrag met die landen afsluiten.
In zo'n handelsverdrag maken landen onderling afspraken over de handel in goederen en diensten en over investeringen.
Afspraken gaan bijvoorbeeld over:
  • Verlaging of het afschaffen van invoerheffingen.
  • Veiligheidseisen waaraan producten moeten voldoen.
  • Eisen op gebeid van arbeidsomstandigheden, milieu en duurzaamheid.
De EU sluit handelsakkoorden namens Nederland en ander EU-lidstaten.

Slide 11 - Tekstslide

Wat is een voorbeeld van een gebied dat onder handelsovereenkomsten valt?
A
Onderwijsprogramma's voor studenten
B
Belastingbeleid voor burgers
C
Veiligheidsnormen voor producten
D
Zorgvoordelen voor werknemers

Slide 12 - Quizvraag

Internationale concurrentiepositie
Nederland heeft een sterke internationale concurrentiepositie, dit is belangrijk voor de werkgelegenheid en economische groei.
Een goede internationale concurrentiepositie creeer je door het leveren van goederen en diensten van de best mogelijke kwaliteit tegen een aantrekkelijke prijs.
Om positie te behouden, moeten we zorgen voor:
  • Goed onderwijs
  • goede gezondheidszorg
  • Goede infrastructuur
  • Innovaties

Slide 13 - Tekstslide

Welke van de volgende factoren is essentieel om de internationale concurrentiepositie te behouden?
A
Onvoldoende scholing van werknemers
B
Innovaties
C
Lage arbeidskosten
D
Beperkte investeringen in onderzoek en ontwikkeling

Slide 14 - Quizvraag

Keerzijde van globalisering
Globalisering heeft ook een aantal nadelen:
  • Grote bedrijven verplaatsen hun productie naar lagelonenlanden. Laagopgeleide productiemedewerkers in ons land verliezen daardoor hun baan.
  • Het leidt wereldwijd tot een ongelijke welvaartsverdeling. Landen met een slechte concurrentiepositie hebben, raken verder achterop.
  • Toenemende internationale handel heeft negatieve gevolgen voor het milieu. Zoals het kappen van bossen en uitsterven van dieren.

Slide 15 - Tekstslide

Welke groep werknemers wordt getroffen door de verplaatsing van productie naar lagelonenlanden?
A
Laagopgeleide productiemedewerkers
B
Ondernemers in lagelonenlanden
C
Zelfstandige ondernemers
D
Hoogopgeleide kantoormedewerkers

Slide 16 - Quizvraag

Je kunt nu
  • Je kunt uitleggen wat globalisering is en waardoor deze toeneemt.
  • Je weet wat een handelsverdrag is en wat de voordelen ervan zijn.
  • Je kunt uitleggen hoe we onze internationale concurrentiepositie kunnen behouden en verbeteren.
  • Je kunt drie nadelen van globalisering noemen.

Slide 17 - Tekstslide

Begrippen paragraaf 7.4
  • Globalisering
  • Handelsverdrag
  • Internationale concurrentiepositie

Slide 18 - Tekstslide

Aan het werk!
Maken opdrachten 7.4: 2, 3, 4, 5, 8, 9 en 10
Makken Rekenopdrachten: -
Klaar?
Laten checken bij docent, bij goedkeuring nakijken.
Klaar?  Werk laten zien aan docent.
Veel fout? -> Maken herhalingsopdrachten 7.4
Veel goed? -> Maken plusopdrachten 7.4
 

timer
25:00

Slide 19 - Tekstslide