Tekenen mavo 3 - thema Dromen les 2

Tekenen Mavo 3
periode 3
thema Dromen les 4
DROMEN
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
TekenenMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Tekenen Mavo 3
periode 3
thema Dromen les 4
DROMEN

Slide 1 - Tekstslide

Onderdeel A
breed oriënteren
Oriënteren - Breed onderzoek
in deze fase ga je op zoek naar verschillende ideeën die passen
Maak een moodboard of collage (ideeënblad waar je je ideeën opschrijft, tekent en plakt). 

Stuur deze naar: sandra.vanoeffel@stichtingpo.nl

Slide 2 - Tekstslide

Onderdeel B
beeldend onderzoeken
In deze fase ga je bepalen wat voor jou het beste idee is en hoe je dit gaat vormgeven.
 

Bij de beoordeling van dit onderdeel wordt de mate bekeken waarin jij
diep
en
samenhangend
beeldend onderzoek hebt gedaan. 

Stuur deze naar: sandra.vanoeffel@stichtingpo.nl

Slide 3 - Tekstslide

Procesverslag van het beeldend werk
Zie blz. 7 t/m 9
In dit verslag houd je je ideeën, schetsen en vorderingen bij van het beeldende werkstuk dat je bedenkt, ontwikkelt en uitvoert bij het thema Dromen. 

Dit verslag is een document dat gebruikt wordt om je werkproces en werkstuk te beoordelen!

Slide 4 - Tekstslide

Procesverslag van het beeldend werk
Onderzoek in je schetsen studies en proefjes:
  • aspecten van de voorstelling (wat wil je vertellen en wil je laten zien)
  • aspecten van de vormgeving (beeldende aspecten: kleur, licht, lijn, ruimte en compositie, materialen en technieken) en onderzoek of deze aspecten geschikt zijn voor het verbeelden van de inhoud.

Slide 5 - Tekstslide

11. Bekijk afbeelding 1.20 Mae West kamer.
Maak je keuze wat betreft de verschijningsvorm van de Mae West kamer. 

Er is hier sprake van een:
A. Collage.
B. Beeldhouwwerk.
C. Assemblage.
D. Fotomontage.


Slide 6 - Tekstslide

11. Bekijk afbeelding 1.20 Mae West kamer.
Maak je keuze wat betreft de verschijningsvorm van de Mae West kamer. 

Er is hier sprake van een:
A. Collage.
B. Beeldhouwwerk.
C. Assemblage.
D. Fotomontage.

Antwoord
C. Assemblage

Slide 7 - Tekstslide

12. Bekijk de afbeeldingen 1.28, 1.29, 1.30 en 1.31
Het zijn afbeelding van werk van Ray Thomas.
Leg aan de hand van het gebruik van lijnen en kleuren uit dat het werk van Ray Thomas decoratief is.

Slide 8 - Tekstslide

12. Bekijk de afbeeldingen 1.28, 1.29, 1.30 en 1.31
Het zijn afbeelding van werk van Ray Thomas.
Leg aan de hand van het gebruik van lijnen en kleuren uit dat het werk van Ray Thomas decoratief is.

Antwoord
- De figuren in de schilderijen zijn versierd (met lijnen, stippen en krullen).
- De gebruikte kleuren hebben geen andere bedoeling dan de vormen te vullen en te benadrukken..

Slide 9 - Tekstslide

13. Bekijk de afbeeldingen 1.28, 1.29, 1.30 en 1.31 van werk van Ray Thomas.
Leg de verbondenheid van mens en natuur uit aan de hand van deze afbeeldingen.


Slide 10 - Tekstslide

13. Bekijk de afbeeldingen 1.28, 1.29, 1.30 en 1.31 van werk van Ray Thomas.
Leg de verbondenheid van mens en natuur uit aan de hand van deze afbeeldingen.

Antwoord
- De menselijke figuur staat steeds centraal in het werk van Ray Thomas en is omgeven door gestileerde dierfiguren uit de natuur (en bijv. niet of nauwelijks door dingen uit een menselijke cultuur.
- De voorstelling van mens en dieren is omgeven door een golvende lijn die hen samenbindt.

Slide 11 - Tekstslide

14. Bekijk de afbeeldingen 1.28, 1.29, 1.30 en 1.31 van werk van Ray Thomas.
Leg aan de hand van een van de schilderijen dat Ray Thomas de dierfiguren heeft gestileerd.


Slide 12 - Tekstslide

14. Bekijk de afbeeldingen 1.28, 1.29, 1.30 en 1.31 van werk van Ray Thomas.
Leg aan de hand van een van de schilderijen dat Ray Thomas de dierfiguren heeft gestileerd.

Antwoord
- Alle dieren hebben vergelijkbare contourlijnen.
- Je herkent wel de algemene soort (vis, vogel), maar niet welke groep/soort (zeebaars, havik).

Slide 13 - Tekstslide

17. Waardoor is er bij deze werken van Roy Thomas sprake en van een evenwichtige compositie?


Slide 14 - Tekstslide

17. Waardoor is er bij deze werken van Roy Thomas sprake en van een evenwichtige compositie?

Antwoord
- De onderwerpen zijn gelijkmatig over het beeldvlak verdeeld

Slide 15 - Tekstslide

7.19. Bekijk afbeelding 1.34 Bay of Spirits
Vergelijk dat werk met werken op de afbeeldingen 1.28, 1.29, 1.30 en 1.31
Bay of Spirits (Baai der geesten) is niet gemaakt door Ray Thomas, maar heeft wel een hoog “Ray Thomas gehalte”.

Leg uit dat de maker een vergelijkbare culturele achtergrond heeft als Thomas.

Slide 16 - Tekstslide

7.19. Bekijk afbeelding 1.34 Bay of Spirits
Vergelijk dat werk met werken op de afbeeldingen 
1.28, 1.29, 1.30 en 1.31 Bay of Spirits (Baai der geesten) 
is niet gemaakt door Ray Thomas, maar heeft wel 
een hoog “Ray Thomas gehalte”. Leg uit dat de 
maker een vergelijkbare culturele achtergrond 
heeft als Thomas.
 
Antwoord
- De onderwerpen zijn geïnspireerd op de natuur
- De titel verwijst naar geesten.
- Op de voorstelling zie je een zittende indiaan en indiaanse hoofden
- De zittende figuur lijkt bezig geesten te bezweren (beweging, trillende hut)
- Je ziet twee gefantaseerde spookachtige beesten

Slide 17 - Tekstslide

20. Bekijk afbeelding 1.34
Vergelijk dat werk met werken op de afbeeldingen 1.28, 1.29, 1.30 en 1.31.
Wat zijn de grootste verschillen in vormgeving met Thomas?

Slide 18 - Tekstslide

Tekst 20. Bekijk afbeelding 1.34 
Vergelijk dat werk met werken op de afbeeldingen 1.28, 1.29, 1.30 en 1.31. 
Wat zijn de grootste verschillen in vormgeving met Thomas? 

Antwoord 
Ray Thomas: 
- Geen extra kleine lijntjes buiten de figuren om 
- Telkens terugkerende golvende lijn om de voorstelling 
- Geen duidelijk geaccentueerde zwarte rand om de voorstelling

Slide 19 - Tekstslide

21. Bekijk afbeelding 1.35.
Welke compositieovereenkomsten zie je met de afbeeldingen Van Roy Thomas (afbeeldingen 1.28, 1.29, 1.30 en 1.31)?

Antwoord: gelaagdheid; geen overlappingen; horizontale ordening van de dieren)

Slide 20 - Tekstslide

21. Bekijk afbeelding 1.35.
Welke compositieovereenkomsten zie je met de afbeeldingen Van Roy Thomas (afbeeldingen 1.28, 1.29, 1.30 en 1.31)?

Antwoord
gelaagdheid; geen overlappingen; horizontale ordening van de dieren)

Slide 21 - Tekstslide

22. Bekijk de afbeeldingen 1.28, 1.29, 1,30 , 1.31, 1.33, 1.34 en 1.35.
Welke overeenkomst in de voorstellingen zie je op alle afbeeldingen?

Slide 22 - Tekstslide

22. Bekijk de afbeeldingen 1.28, 1.29, 1,30 , 1.31, 1.33, 1.34 en 1.35.a 
Welke overeenkomst in de voorstellingen zie je op alle afbeeldingen?

Antwoord
- Monotone felle kleuren als ondergrond
- Mens en dier in de natuur; vereenvoudigde vormen
- Decoratieve invulling van contourvlakken)

Slide 23 - Tekstslide

23. Welke voorstelling op bovenstaande afbeeldingen spreekt jou het meeste aan? Leg uit waarom.

Slide 24 - Tekstslide

24. Bekijk afbeelding 1.32 De droom.
Je ziet een donker bos. Henri Rousseau heeft op een bijzondere manier met licht gewerkt. 

Wat is er opvallend aan de lichtwerking in de voorstelling?
 

Slide 25 - Tekstslide

24. Bekijk afbeelding 1.32 De droom.
Je ziet een donker bos. Henri Rousseau heeft op een bijzondere manier met licht gewerkt.
Wat is er opvallend aan de lichtwerking in de voorstelling?

Antwoord
- Rousseau werkt met sterke licht-donkercontrasten zonder dat er een lichtbron is
- De randen en toppen van bladeren zijn licht
- De vrouw op de bank is licht, alsof er een spotje op haar schijnt

Slide 26 - Tekstslide