Woensdag 23 november

• NT2
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 4

Vandaag

• Voor de pauze > verder oefenen met materialen en omschrijven.
• Na de pauze > Woordenlijst maken over materialen
• verder met je schrijfopdracht of een nieuwe opdracht.  Neem een laptop mee!

Materialen

Spullen worden gemaakt van materiaal.

Er zijn heel veel verschillende materialen.

Materialen hebben ook eigenschappen.

Welke eigenschappen kan een materiaal hebben?

Welke materialen ken je al?

Een ander woord voor stof is?

1. handdoek
2. doekje
3. textiel
4. stoffig

Textiel

Textiel is een ander woord voor stof.

Je hebt veel verschillende soorten stof,

zoals katoen, polyester, nylon, zijde, fluweel, satijn, rib, spijkerstof, wol, en nog veel meer.

Stof wordt gemaakt in de textielindustrie.

Daarna worden er bijvoorbeeld kleren, handdoeken, dekens, meubels, tassen, en nog veel meer van gemaakt.

Waar worden autobanden van gemaakt?

1. Plastic
2. Rubber
3. Elastiek

Welk materiaal is hard maar ook breekbaar, doorzichtig en soms scherp?

Noem 1 natuurlijk materiaal en 1 kunststof

Wat is kunststof?

1. Een stof gemaakt door mensen
2. Een stof dat uit de natuur komt.
3. Een stof dat in een museum hoort.

Wat is het?

Iedereen gaat om de beurt een voorwerp omschrijven.

Je vertelt:

Welk materiaal?

Welke eigenschappen?

De anderen maken aantekeningen.

Daarna moet één iemand zoeken wat het was. 

Na de pauze

• Woordenlijst materialen
• Verder met je schrijfopdracht over cultuur
• Klaar? Printen!
• Je krijgt een nieuwe opdracht.