UNIT 1 3BK oefentoets

Happy Tuesday!
Klas 3 Unit 1 Grammar

Present simple vs present continuous
Versterkende bijwoorden
Voorzetsels van plaats
Trappen van vergelijking
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Happy Tuesday!
Klas 3 Unit 1 Grammar

Present simple vs present continuous
Versterkende bijwoorden
Voorzetsels van plaats
Trappen van vergelijking

Slide 1 - Tekstslide

You got this, I ............. (geloven) in you!
A
remember
B
next to
C
believe
D
realise

Slide 2 - Quizvraag

Voorbeeld: wet - wetter - wettest
Vul in: heavy - ................ - ...................

Slide 3 - Open vraag

It's my birthday. My mom is baking/bakes a cake in the kitchen.
A
is baking
B
bakes

Slide 4 - Quizvraag

You jumped far, but I jumped the ......... (far)
A
far
B
further
C
furthest

Slide 5 - Quizvraag

Kies de voorzetsel van plaats.
I am sitting (naast) to my friend.
A
next to
B
behind
C
above
D
across

Slide 6 - Quizvraag

Maak af:
Important - ..................... - ..........................

Slide 7 - Open vraag

I am standing ........ (voor) your house.
Vul de voorzetsel van plaats in.

Slide 8 - Open vraag

I ......... (eat) an apple every day.
A
eat
B
eats
C
am eating

Slide 9 - Quizvraag

Je wilt zeggen dat je even lang bent als je buurjongen. Welke vergelijking gebruik je?
A
I am taller than
B
I am the tallest
C
I am as tall as

Slide 10 - Quizvraag

I ..................... TV right now.
A
watch
B
watches
C
am watching
D
watching

Slide 11 - Quizvraag

Hannah’s ......... excited about the book.
A
extremely
B
perfectly
C
seriously

Slide 12 - Quizvraag

Maak af
Bad - .............. - ............

Slide 13 - Open vraag

I live ................ (vlakbij) Hengelo.

Slide 14 - Open vraag

She is the .................... singer in the world!
A
bad
B
baddest
C
worse
D
worst

Slide 15 - Quizvraag

My sister never ..................... a book.
A
read
B
reads
C
is reading

Slide 16 - Quizvraag

to shout =
A
roepen
B
schieten
C
gevat
D
hilarisch

Slide 17 - Quizvraag

Vertaal deze zin =
Het schilderij ziet er erg realistisch uit.

Slide 18 - Open vraag

to remember =
A
klappen
B
herinneren
C
irriteren
D
begrijpen

Slide 19 - Quizvraag

I always ........
(juichen) when my favourite football team scores a goal.
A
happy
B
amazed
C
forget
D
cheer

Slide 20 - Quizvraag

Vertaal de zin:
Kunt u me meer vertellen over wat u zoekt?

Slide 21 - Open vraag

I prefer being ................ (tussen) friends.

Slide 22 - Open vraag

The dog is sitting on/in the couch.
A
on
B
in

Slide 23 - Quizvraag

Welke zin klopt?
Do they often go to school?
Are they often going to school?
A
Do they often go to school?
B
Are they often going to school?

Slide 24 - Quizvraag

Is het juiste antwoord op de vorige vraag in de present simple of in de present continous?
A
present simple
B
present continous

Slide 25 - Quizvraag