Hoofdstuk 1 - Les 1

Hoofdstuk 1 - Les 1
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
ProjectMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 1 - Les 1

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
Wat
Tijd
Welkom + begintaak + huiswerkcontrole
3 min.
Presentator
* Afspraken
* Leerdoel(en)
2 min.
Instructie en aan de slag
* Inleiding
* Woordweb
* Opdracht 1
* Opdracht 2
* Opdracht 3
* Opdracht 4

5 min.
5 min.
10 min.
10 min.
15 min.
20 min.
Afsluiting
* Leerdoel(en) behaald?
* Huiswerk
* Opruimen
10 min.

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen wat communicatie is
  • Je kunt uitleggen wat internet is en hoe internet werkt 

Slide 3 - Tekstslide

We lezen samen de inleiding. Door wie is die inleiding geschreven?
A
Mijn docenten
B
ChatGPT
C
De ouderraad
D
De directie

Slide 4 - Quizvraag

Communicatie

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Video

Aan de slag!
  • Maken opdracht 2
  • Bespreken opdracht 2 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Opdracht 4
  • We lezen samen stap 1
  • Je maakt stap 1 en we bespreken de antwoorden
  • Je maakt in groepjes van 5 leerlingen stap 2
  • Afspraken:
  • Je blijft van elkaar af
  • Je gaat niet schreeuwen
  • Je werkt alleen samen met je eigen groepje
  • We bespreken klassikaal stap 3

Slide 10 - Tekstslide

Wat is communicatie?
A
Een schriftelijke boodschap
B
Alleen gesproken taal
C
Uitwisseling van informatie

Slide 11 - Quizvraag

Welke van de volgende is een kenmerk van communicatie?
A
Verzenden en ontvangen van berichten
B
Eenzijdige informatieoverdracht
C
Geen feedback

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van non-verbale communicatie?
A
Telefoongesprek
B
Lichaamstaal
C
E-mail

Slide 13 - Quizvraag

Wat is het Internet?
A
Een mobiele applicatie
B
Een lokale netwerkverbinding
C
Een wereldwijd netwerk van computers
D
Een type software

Slide 14 - Quizvraag

Hoe werkt het Internet?
A
Via dataverkeer tussen servers
B
Via satellietverbindingen alleen
C
Via analoge signalen
D
Via telefonische verbindingen

Slide 15 - Quizvraag

Wat is een IP-adres?
A
Een bestandsformaat
B
Een type webpagina
C
Een netwerkprotocol
D
Unieke identificatie voor een apparaat

Slide 16 - Quizvraag