6.3 Productie van metalen 3 Mavo

6.3
Productie van metalen
Telefoon nog in de tas of omgekeerd op tafel
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

6.3
Productie van metalen
Telefoon nog in de tas of omgekeerd op tafel

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je kunt vertellen uit welke ertsen ijzer en aluminium worden gemaakt.
  2. Je kunt een productieproces schematisch weergeven in een blokschema.
  3. Je kunt de reactievergelijking voor de elektrolyse van aluminiumoxide opstellen.
  4. Je kunt de reactievergelijkingen voor de processen in een hoogoven opstellen.
  5. Je kunt de samenstelling van staal beschrijven.

Slide 2 - Tekstslide

(aluminium)Erts Bauxiet

Slide 3 - Tekstslide

Erts
  • Metalen zitten in de aardkorst als metaalerts
  • In de grond vind je aluminiumoxide gemixt met roest, dit heet bauxiet.
  • Roest scheiden van aluminiumoxide (Al2O3
  • Daarna aluminiumoxide (Al2O3) ontleden in Al en O2

Noteer in je schrift (kernwoorden)

Slide 4 - Tekstslide

Blokschema scheiden van bauxiet
  • Lees je van links naar rechts
  • Blok: proces
  • Pijl: stofstroom
  • Stoffen die worden afgevoerd staan met pijl naar onderkant 
  • pagina 143 boek
Noteer in je schrift (kernwoorden dik gedrukt (schema niet)

Slide 5 - Tekstslide

Tweede deel proces bauxiet is : 
  • Aluminiumoxide omzetten in 2 Al2O3 --> 4 Al + 3 O2
  • Elektrolyse
  • Veel energie nodig
  • Grafiet (koolstof) als elektrode ( C + O2  --> CO2)  
Noteer in je schrift (kernwoorden)

Slide 6 - Tekstslide

Elektrolyse aluminiumoxide
Noteer in je schrift dit schema

Slide 7 - Tekstslide

(ijzer)Erts

Slide 8 - Tekstslide

IJzererts en de Hoogoven
  • IJzererts wordt omgezet in ijzer in een hoogoven
  • IJzererts bestaat uit ijzeroxide (Fe2O3)
  • Cokes (koolstof = C) toegevoegd
  • Koolstof reageert met O2 tot CO :   2 C + O2 --> 2 CO
  • IJzeroxide reageert met koolstofmonoxide tot ijzer en koolstofdioxide.
  • Fe2O3 (s) + 3 CO (s) --> 2 Fe (l) + 3 CO2 (g)
Noteer in je schrift (kernwoorden)

Slide 9 - Tekstslide

Hoogoven
ijzererts + cokes (koolstof) boven in

Slakken (afval) en ruwijzer onderuit, gebruikt voor bijv. cement

Slide 10 - Tekstslide

IJzererts en de Hoogoven
  • IJzererts wordt omgezet in ijzer in een hoogoven
  • IJzererts bestaat uit ijzeroxide (Fe2O3)
  • Cokes (koolstof = C) toegevoegd
  • Koolstof reageert met O2 tot CO :   2 C + O2 --> 2 CO
  • IJzeroxide reageert met koolstofmonoxide tot ijzer en koolstofdioxide.
         Fe2O3 (s) + 3 CO (s) --> 2 Fe (l) + 3 CO2 (g)

Slide 11 - Tekstslide

Wat maken we dan van ijzer (Tabel 1 van 6.3 blz. 145)






Verschillende soorten ijzer wordt er gemaakt

Slide 12 - Tekstslide

Overzicht van stoffen 
Bauxiet = aluminiumoxide met roest 
Grafiet = koolstof 
IJzererts = ijzeroxide 
Cokes = koolstof 
Slak = afval van hoogoven
Ruwijzer = ijzer met veel koolstof
Staal = ijzer met minder koolstof 

Slide 13 - Tekstslide

In stilte lezen 5 minuten theorie boek
Lees theorie 6.3 door blz 142 t/m 146
timer
5:00

Slide 14 - Tekstslide

Wat is een erts?
A
Wordt door de mens gemaakt
B
Een fossiele brandstof
C
Metaal uit de grond
D
Legering van metalen

Slide 15 - Quizvraag

Waarom is een blokschema handig?
A
om de verschillen tussen 2 processen goed te kunnen zien
B
om te kijken welke scheidingsmethode je gebruikt
C
om te kijken wat duurzaam is en wat niet
D
om het oorspronkelijke proces te weergeven

Slide 16 - Quizvraag

In de blokken van een blokschema staan:
A
Stoffen
B
Bewerkingen
C
Zowel A & B
D
Geen van deze antwoorden

Slide 17 - Quizvraag

De stofstroom in een blokschema is.
A
Wat op de pijl staat
B
Wat in het blok staat

Slide 18 - Quizvraag

Welke van de volgende beweringen over aluminium zijn juist?
1. Aluminium is een licht metaal.
2. Aluminium wordt gewonnen uit bauxiet.
3. Bereiding van aluminium gaat via een elektrolyseproces
4. Aluminium is een edelmetaal
A
Alle vier de beweringen zijn juist
B
Alleen 1, 2 en 3 zijn juiste beweringen
C
Alleen 1 en 2 zijn juiste beweringen
D
Alleen 2 en 3 zijn juiste beweringen

Slide 19 - Quizvraag

In een hoogoven wordt zogeheten ruwijzer bereid. Hiervan worden verschillende soorten staal gemaakt.
Wat is het verschil is tussen ruwijzer en staal?
A
Staal bevat koolstof, ruwijzer niet.
B
Ruwijzer bevat meer koolstof dan staal.
C
Ruwijzer bevat koolstof, staal niet.
D
Ruwijzer bevat minder koolstof dan staal

Slide 20 - Quizvraag

Welke stof bevat veel ijzeroxide?
A
cokes
B
ijzererts
C
ruwijzer
D
staal

Slide 21 - Quizvraag

Welke van de onderstaande materialen zal het minst snel oxideren in de natuur?

A
constructiestaal
B
gietijzer
C
ruwijzer
D
rvs

Slide 22 - Quizvraag

Grafiet is koolstof
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Wat zijn de twee meest voorkomende hoofdbestanddelen van staal?

Slide 24 - Open vraag

Is elektrolyse een ontleding?
A
Ja
B
Nee

Slide 25 - Quizvraag

De brandstof in een hoogoven is cokes
A
waar
B
niet waar

Slide 26 - Quizvraag

Slakken, afval uit een hoogoven, worden verwerkt tot cement en beton.
A
waar
B
niet waar

Slide 27 - Quizvraag

Welke van de onderstaande stoffen is een erts?
A
Aluminiumoxide
B
Bauxiet
C
Cokes
D
Slak

Slide 28 - Quizvraag

Leerdoelen behandeld
  1. Je kunt vertellen uit welke ertsen ijzer en aluminium worden gemaakt.
  2. Je kunt een productieproces schematisch weergeven in een blokschema.
  3. Je kunt de reactievergelijking voor de elektrolyse van aluminiumoxide opstellen.
  4. Je kunt de reactievergelijkingen voor de processen in een hoogoven opstellen.
  5. Je kunt de samenstelling van staal beschrijven.

Slide 29 - Tekstslide

Opgaven maken in duo's
Maak opgaven 1 t/m 5 blz. 145-147

Indien klaar ga verder met opgave 7 t/m 9
Gebruik antwoordboekje voor controle
Ik haal telefoon op


Slide 30 - Tekstslide

Van ruwijzer naar staal
  • Het ruwijzer dat de hoogovens verlaat wordt omgezet naar staal door koolstof te verwijderen.
  • Hoe meer koolstof in het staal zit, hoe harder het staal. 
  • In tabel 1 staan verschillende soorten staal.
  • Het koolstofgehalte is afhankelijk van de toepassing.

Slide 31 - Tekstslide

Wat ga je nu doen!
  • Maak alle opgaven van 6.3
  • Klaar? Aan mij laten zien

Slide 32 - Tekstslide