Aardrijkskunde vmbo 1.1 Les 1 en 2

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo
• Leerjaar 1

Ik weet wat aardrijkskunde inhoudt en

Waar aardrijkskunde zich mee bezighoudt.

Ik weet wat mij komend jaar te wachten staat en wat ik zoal ga leren.

Hoofdstuk 1, bladzijde 6 & 7 van je tekstboek.

Introductie

Aardrijkskunde

september

Werkboek bladzijde 4 & 5

Opdracht 1, 2, 3 & 4

Daarna --> Geoguesrr

Leerdoelen behaald?

nog even niet :) 

Ik weet wat aardrijkskunde inhoudt en

Waar aardrijkskunde zich mee bezighoudt.

Ik weet wat mij komend jaar te wachten staat en wat ik zoal ga leren.

ik weet hoe ik een kaart moet lezen

ik weet waar ik kaarten voor gebruik

ik weet meer over de stad Vancouver

1.1 , bladzijde 8 & 9 van je tekstboek.

Vnacouver in beeld

Aardrijkskunde

september

Werkboek bladzijde 5 & 6

Opdracht 1, 2, 3 & 4

Daarna --> Geoguesrr

Leerdoelen behaald?

nog even niet :) 

Uitleg boek 

blz 2, 3, 4 en 5  

Lesboek 

blz 6 en 7 

Aan de slag

Maak in je werkboek blz 4 

Canada dichtbij en veraf

Par. 1

Leerdoelen

• Je weet wat een gebied is
• Je kunt uitleggen waar het bij aardrijkskunde over gaat
• Je weet wat een kaart is
• Je weet welke 4 onderdelen nodig zijn om een kaart te kunnen lezen
• Je kunt met schaal werken

Begrippen 

• Gebied
• Kaart
• Kaartlezen
• Schaal
• Legenda
• Noordpijl
• Titel

Hier komt de uitleg....!

1.2 Vancouver in beeld

• Bij aardrijkskunde gaat het over gebieden op de wereld. 
• Gebied = stukje van de wereld

• Bij aardrijkskunde zijn 2 vragen van belang:

- Waar zijn dingen?

- Waarom zijn die dingen daar?

• Je kunt die vragen beantwoorden door er bijvoorbeeld naartoe te gaan, foto's te bekijken en door een kaart te gebruiken.
• Kaart = verkleinde tekening van een gebied.

Een gebied is een stukje van de aarde. Op het kaartje zie je een stukje van onze eigen omgeving, Losser en omstreken.

Een kaart is een tekening waar de werkelijkheid in het klein op staat. Je hebt allerlei soorten kaarten: plattegrond, wegenkaart, weerkaart, topografische kaart enzovoort. Een kaart gebruik je om te zien hoe een gebied eruit ziet.

Wat heb je nodig voor kaartlezen?

1- titel: wat is het onderwerp?

2- noordpijl: waar is het noorden?

3- legenda: uitleg kleuren en symbolen

4- schaal: hoeveel verkleind is het gebied

Schaal

Omdat een kaart een gebied kleiner afbeeldt, zijn de afstanden tussen plaatsen ook verkleind. Je gebruikt de schaal van een kaart als je de werkelijke afstand tussen plaatsen wilt weten.

Hoe werkt het?

schaal

Rechtsboven staat dat de schaal van deze kaart 1:200.000 is.

1:200.000

1 centimeter op de kaart is in werkelijkheid 2 kilometer 

berekenen schaal

Je meet (in een rechte lijn!) met je lineaal hoeveel centimeter 2 plaatsen van elkaar liggen op de kaart. Dan kijk je wat de schaal van de kaart is. In dit geval: 1:200.000. Je streept ALTIJD 5 nullen weg: 1 cm is dus 2 kilometer in het echt. 

Stel plaats A en B liggen 5 centimeter uit elkaar op de kaart dan is dat in werkelijkheid 5 x 2 km. = 10 kilometer.

Soms staat er geen noordpijl op de kaart, hoe weet je dan waar het noorden is?

Linksonder zie je de schaal van deze kaart. Hoeveel km is 1 cm in werkelijkheid?

Liever kijken in plaats van lezen? 

Dan is hier een filmpje met uitleg...

✔Check je leerdoelen door het maken van de oefenvragen.

Aan de slag

Maak in je werkboek  vanaf blz 4 

opdracht 1 t/m 9 

Gebruik je lesboek blz 8 en 9 voor als je iets niet weet. 

Wat is een kaart?

1. Een tekening
2. een gebied
3. verkleinde tekening van een gebied
4. een afbeelding van een land

Wat laat de schaal van een kaart zien?

1. Hoeveel het gebied is vergroot
2. Hoeveel fruit erin past
3. Hoeveel een gebied is verkleind
4. Wat de legenda betekent

Een gebied is een stuk van het aardoppervlak.

1. waar
2. niet waar

Wat mist in deze kaart?

1. Schaal
2. Noordpijl
3. Titel
4. Legenda

Deze kaart gaat over:

1. Bevolkingsdichtheid
2. Bevolkingsspreiding
3. A en B zijn allebei goed
4. A en B zijn allebei fout

De verklaring van tekens en kleuren op de kaart. Welk begrip is hier omschreven?

1. kaart
2. Atlas
3. legenda
4. symbolen

Wat mist op deze kaart?

1. Schaal
2. Noordpijl
3. Legenda
4. Titel

Een kaart heeft een schaal van
1 : 800.000, wat betekent dit?

1. 1 cm op de kaart is 8 km in werkelijkheid
2. 1 cm op de kaart is 80 km in werkelijkheid
3. 1 cm op de kaart is 800 km in werkelijkheid
4. 1 cm op de kaart is 800.000 km in werkelijkheid

De schaal van een kaart is 1:16.000.000.
Dit betekent:

1. 1 cm op de kaart is 16.000km in werkelijkheid
2. 1 cm op de kaart is 1600 km
3. 1 cm op de kaart is 160 km
4. 1 cm op de kaart is 16 km in werkelijkheid

Als de schaal op een kaart 1:30.000.000 is, hoeveel kilometer is is cm op de kaart?

1. 3 km
2. 30 km
3. 300 km
4. 3000 km

Een kaart heeft een schaal van
1 : 50.000
Dit betekent dat 1 cm op de kaart =

1. 50 km
2. 0,5 km
3. 5 km
4. 5000 m

Afbeelding van de werkelijkheid in het klein

1. kaart
2. legenda
3. schaal
4. schaalstok

Er staat altijd een noordpijl op een kaart.

1. Waar
2. Niet waar

Een kaart heeft een schaal van 1: 700.000 De afstand tussen twee plaatsen op de kaart is 3 cm. Hoeveel is die afstand in werkelijkheid in kilometers?

1. 25 km.
2. 20 km.
3. 21 km.
4. 26,5 km.

De schaal van een kaart is 1: 4.000.000
1 cm is ....km?

1. 4
2. 400
3. 40
4. 4000

Welke vier dingen heb je nodig om een kaart te kunnen lezen?

Op deze kaart staat een titel

1. Waar
2. Niet waar

Op deze kaart zijn de woongebieden

1. paars
2. oranje
3. rood
4. groen

Wat heb je geleerd?

Tot de volgende keer!