Frans maatwerkuur brugklas 16-05

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Les buts
Aan het eind van dit lesuur....:



1. Kun je gesprekjes over de weg wijzen begrijpen
2. Kun je een vraag in het Frans stellen

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht 1
Hoe geef je een richting aan in het Frans?
Beluister de tekstjes en maak dan de sleepvraag op de volgende slide van Lesson Up

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Opdracht 2
Traversez la rue
Tournez à droite
Passez devant une boulangerie
Tournez à gauche
Continuez tout droit

Slide 5 - Sleepvraag

Opdracht 3
Sleep de zinnen naar het juiste rode blokje. Hoort het dus bij de weg wijzen of juist de weg vragen

demander le chemin (de weg vragen)
indiquer le chemin
(de weg wijzen)
Excusez-moi, je cherche la gare
Oui, c'est tout droit
C'est loin?
Non, c'est à 5 minutes.
C'est tout près.
Pardon, je cherche la boulangerie

Slide 6 - Sleepvraag

Opdracht 4: Lees de uitleg goed door

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 5: Luister naar het Fragmentje en sleep de zinnen naar de juiste vertaling. Let goed op: Is het een vraag of een normale zin?
On va à la piscine.
On va à la piscine?
On prend le métro.
On prend le métro?
Nemen we de metro?
Gaan we naar het zwembad?
We nemen de metro
We gaan naar het zwembad

Slide 8 - Sleepvraag

Opdracht 6: Gaat het om een vraag (?) of om een zin (1). Luister naar het Fragment en sleep de getallen naar het juiste vakje.
Hulpmiddel, de getallen:
1= un
2=deux
3=trois
4=quatre
5=cinq
6=six
2
1
3
4
5
6

Slide 9 - Sleepvraag

Opdracht 7: Lees de uitleg goed door

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 8: Sleep de Franse vraagwoorden naar de Nederlandse :

waar
hoe
hoeveel
wanneer
wie
wat
waarom
combien
qu'est-ce que
qui
quand
comment
pourquoi

Slide 11 - Sleepvraag

Opdracht 9:
We gaan nu een Kahoot spelen met de vraagwoorden

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Opdracht 10: Kies het juiste woord en vertaal de zin (maak in een documentje of op een blaadje en lever op de volgende slide in)

Slide 14 - Tekstslide

5 mots du cours

Slide 15 - Woordweb