A2C Periode 1, Les 6

Bienvenidos



¿Qué aprendiste la semana pasada?

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Bienvenidos



¿Qué aprendiste la semana pasada?

Slide 1 - Tekstslide

El adjetivo

Describe esta persona -->


Es un chico (klein)_________

Lleva (bril)____________

Tiene los ojos (blauw)______

Tiene el pelo (bruin)______



Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen:
- Je kent de vervoegingen van regelmatige en onregelmatige werkwoorden en kunt deze gebruiken in zinnen.
- Je kunt iemand's uiterlijk beschrijven
- Je gebruikt de juiste bijvoeglijknaamwoorden 

Slide 3 - Tekstslide

El programa 














  • 5 min   - Empezamos 
  • 10 min - Corregir los deberes
  • 20 min -Ser, tener, llamarse,hablar
  • 5 min    - Corregir
  • 5 min   - Ser/tener/llevar
  • 15 min  - Descripciones 


  • Los deberes

Slide 4 - Tekstslide

10 min - Corregir los deberes
¿Qué?                VOC p. 8 ej 1 +2
                            

¿Cómo?           Individualmente 
¿Tiempo?        10 min
¿Meta?             aprender de tus errores



Ga naar de dia's hierna en kijk na met een andere kleur pen!

Slide 5 - Tekstslide

(p. 8)

Slide 6 - Tekstslide

Gezamenlijk nakijken:
VOC p. 19 (tb p. 45)

Slide 7 - Tekstslide

20 min - ser/tener/llamarse/hablar

¿Qué?              WB p.30 - ej. 3ab +  VOC p. 16/17 -ej. 3,4,5

¿Cómo?          Individualmente

¿Tiempo?       20 min 
¿Meta?           Practicar con las descripciones/ la conjugación    
                          de verbos

¿Listo?            Practicar en Internet > zie volgende slide(Klaar?)
timer
20:00

Slide 8 - Tekstslide

 ¿Listo? Practicar en Internet
- Oef 1 (bijvoeglijk naamwoord)
- Oef 2 (kleuren - voca)
- Oef 3 (werkwoorden, verbuga)
Bij oef 3: 
Klik aan bij werkwoorden: beber, comer, hablar, ser, tener, llamarse
Klik aan bij tijden: presente

Klaar? Oefenen frases clave 

Slide 9 - Tekstslide

VOC p. 16/17 oef 3,4,5
Oefening 3.
 1. tiene, es
2. tengo, soy
3. eres
4. somos
5. tengo
6. tienen

7. tenemos
8. tienes
9. tenemos
10. tenéis
11. sois
12. es, es
Oefening 4. 
1.  hablo
2. hablas
3. hablan. 
4. habla
5. habláis
6. hablamos, hablan
7. hablas, hablo
8. hablan
Oefening 5. 
1. te llamas
2. me llamo
3. me llamo, 
se llama
4. se llama
5. me llamo,
 se llama
6. os llamáis
7. nos llamamos
8. se llaman

Slide 10 - Tekstslide

Werkboek p. 30 
3a: voorbeelduitwerking 
Eustaquio lleva gafas, lleva bigote y tiene el pelo rizado
Rigoberto tiene el pelo rizado y lleva gafas. 

3b
1. fulgencio, casimero
2. casimero, inocencio, timoteo, anastasia, fulgencio, 
3. fulgencio, rosendo, anastasio, eustaquio, timoteo
4. timoteo, inocencio, rosendo
5. inocencio, rosendo, eustaquio, rigoberto
6. inocencio, anastasio, rosendo, rigoberto, eustaquio. 

Slide 11 - Tekstslide

La descripción de una persona




Aspecto físico


 ser (zijn): guapo/a, alto/a


 tener(hebben): los ojos azules, el pelo rubio


 llevar (dragen): bigote, gafas


Carácter


 ser(zijn): simpático/a, pesimista, activo/a

Slide 12 - Tekstslide

10 min - Descripciones
¿Qué?                Beschrijf het uiterlijk van je idool (10 zinnen)
¿Cómo?            In groepjes van 4
¿Tiempo?         10 min 
¿Meta?              Je kunt iemand's uiterlijk beschrijven

¿Listo?               Internetopdrachten -> zie volgende slide 

Slide 13 - Tekstslide

Practicar en Internet
- Oef 1 (bijvoeglijk naamwoord)
- Oef 2 (kleuren - voca)
- Oef 3 (werkwoorden, verbuga)
Bij oef 3: 
Klik aan bij werkwoorden: beber, comer, hablar, ser, tener, llamarse
Klik aan bij tijden: presente

Klaar? Oefenen frases clave 

Slide 14 - Tekstslide

Los deberes

Aprender: 
3.1 &3.2 + ser, tener, hablar, llamarse + frases clave p. 5 allemaal + bijvoeglijk naamwoord

Hacer: 
Internet oefeningen (zie lessonup week 3 les 2 --> (les 6))
Oefenen op verbuga.eu met de werkwoorden: beber, comer, hablar, ser, tener, llamarse
10 zinnen beschrijving idool (groepje van 4 --> inleveren volgende les op papier!)

Slide 15 - Tekstslide

1. Wat heb je vandaag geleerd?
2. Wat vond je van de eerste paar lessen Spaans?

Slide 16 - Open vraag