Français klas 2 hoofdstuk 3

Chapitre 3
Le collège
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Chapitre 3
Le collège

Slide 1 - Tekstslide

Introduction
P.100
Regarder 1a
Faire ensemble: 2a
À-toi: 2b.c & 3

- Leer de woorden van A

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Link

Slide 4 - Tekstslide

A+B Écouter et Lire
1. Faire: 4a P102
5a. Dialogue P103; Faire 5a,5b
À-toi: p.5c,5d; 6a,b

2. Lire: P107 Le collège dans le monde
Faire: 9, 10a,b,c; 11


Slide 5 - Tekstslide

(Online)Poster
Maak een (online) poster over een Franstalig land.
Succescriteria:

De poster geeft een duidelijk beeld van het land. Denk aan, ligging, belangrijke informatie etc.

Gebruik afbeeldingen ter ondersteuning.

Zoek tenminste 4 weetjes over het land en verwerk ze in de poster.

Slide 6 - Tekstslide

Schrijf hier je gekozen land op

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

L'heure
12a P108

Slide 9 - Tekstslide

Kloktijden in het Frans
il est + ... heure(s) + evt minuut, kwart voor/over, half

Slide 10 - Tekstslide

L'heure
Hoe laat is het = il est quelle heure?
Het is = il est

Het is 12 uur 's middags = il est midi
Het is 12 uur 's nachts = il est minuit
Het is half 1 's middags= il est midi et demi
Het is half 1 's nachts = il est minuit et demi

Slide 11 - Tekstslide

Exercices
Ensemble: 12c,
12b

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Slide 14 - Link

Slide 15 - Link

Slide 16 - Link

Slide 17 - Link

Parler
Breakout-teams: P109, ex 12e

Slide 18 - Tekstslide

Combine l'heure avec le bon horloge
Il est une heure
Il est une heure et quart
Il est une heure moins le quart
Il est une heure et demie

Slide 19 - Sleepvraag

Combine l'heure avec la description
01h05
01h10
01h20
01h25
01h35
01h40
01h50
01h55
Il est une heure cinq 
Il est une heure dix
Il est une heure vingt
Il est une heure vingt-cinq
Il est deux heures moins cinq
Il est deux heures moins dix
Il est deux heures moins vingt
Il est deux heures moins vingt-cinq

Slide 20 - Sleepvraag

C. Phrases-clés et parler p110

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Link

Ik
Jij
Hij
Zij (👩🏼)
Wij / Men
Wij
Jullie / U
Zij (👩🏼👩🏼)
Zij (👨🏽👨🏽)
Je
Tu
Il
Elle
On
Nous
Vous
Ils
Elles

Slide 23 - Sleepvraag

D. Grammaire ÊTRE

Slide 24 - Tekstslide

Au travail
ensemble: 16c P112
À-toi: 17a,b,c,d,e, 18

Slide 25 - Tekstslide

A. optreden

B. ontdekt worden

C. zin hebben om te 

A. u heeft/jullie hebben
B. zij zijn
C.  ik  ben
D.  men  is 
E.  ik  heb
F. jullie  zijn / u bent
1.  vous  avez
2.  j' ai
3.  elles  sont
4.  je  suis
5.  on  est
6. vous  êtes

Slide 26 - Sleepvraag

Zet de persoonlijke voornaamwoorden met de juiste werkwoorden:
(sleep blauw over rood)
est
suis
êtes
es
sommes
sont
je
tu
il/ elle/ on
nous
vous
ils/ elles

Slide 27 - Sleepvraag

Slide 28 - Link

Slide 29 - Link

La francofolie P.116

Slide 30 - Tekstslide

Présente une chanson et un artiste
1.  Zoek een Frans nummer en beluister hem.
Voeg het nummer toe aan de Spotify afspeellijst H2 Frans. (link volgende dia).
2. Zoek informatie over  het nummer, waar gaat het over, waarom vind je het een leuk nummer, 10woorden uit de tekst met Nederlandse vertaling.

3. Geef informatie over de artiest: naam, land, stijl + 3 andere gegevens in het Nederlands.

Slide 31 - Tekstslide

E. Regarder
Épisode 3
Ensemble 20a+c p118
À-toi: 20b,c ,d,21,22

Slide 32 - Tekstslide

F. Lire
Mon premier bulletin P121
ensemble 23a,b
À-toi: 24a,b
25,26a

Slide 33 - Tekstslide