les 5.4 en 5.5 goede

Stevigheid en Beweging
(bs 4 en 5, th. 5)
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Stevigheid en Beweging
(bs 4 en 5, th. 5)

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
Herhaling bs 1 t/m 4 (15 minuten)
Uitleg bs 4/5 (5 minuten)
Opdrachten maken (15 minuten)


Slide 2 - Tekstslide

Dit is een...
A
Zoolganger
B
Teenganger
C
Topganger

Slide 3 - Quizvraag

Is een geit een hoefganger, teenganger of een topganger?
A
Hoefganger
B
Teenganger
C
zoolganger

Slide 4 - Quizvraag

Zorgt kalk of lijmstof voor stevigheid in botten?
A
Kalk
B
Lijmstof

Slide 5 - Quizvraag

Welke functies heeft ons skelet?
A
vormgeven, bescherming, stevigheid
B
vormgeven, stevigheid, beweging
C
beweging, vormgeven,stevigheid,bescherming

Slide 6 - Quizvraag

Hoe heten de ruimtes tussen
de schedelbeenderen bij
babys?
A
Naden
B
Fontanellen
C
Gaten
D
Lege ruimtes

Slide 7 - Quizvraag

fontanellen hebben als functie het ........... van de schedel van een baby.
A
verstevigen
B
flexibeler maken
C
beschermen
D
vormgeven

Slide 8 - Quizvraag

Soorten beenverbindingen

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Meestal tussen twee botten

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Kogelgewricht en gewrichtskom

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Stevigheid en Beweging
(bs 5 en 6, th. 5)

Slide 19 - Tekstslide

Opmerkingen 1pC
SO thema 5 (basisstof 1 t/m 4): maandag  maart

PW thema 5 (basisstof 1 t/m 7): 


Slide 20 - Tekstslide

Opmerkingen 1pD
SO thema 5 (basisstof 1 t/m 4): vrijdag 24 maart

PW thema 5 (basisstof 1 t/m 7): 


Slide 21 - Tekstslide

Deze les
Uitleg bs 5 (15 minuten)
Opdrachten maken (10 minuten)
Nakijken (15 minuten)



Slide 22 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt de werking van spieren beschrijven.

Slide 23 - Tekstslide

Waarom heb je spieren?

Slide 24 - Tekstslide

Waarom heb je spieren?
Spieren zijn nodig om het skelet rechtop te laten staan en ze maken beweging mogelijk.

Slide 25 - Tekstslide

Waaraan zitten spieren vast?

Slide 26 - Tekstslide

Waaraan zitten spieren vast?
Aan de botten

Een spier zit met pezen aan botten vast

Aanhechtingsplaats

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Arm buigen
  • Armbuigspier (biceps) samentrekken = korter en dikker

  • Pezen trekken aan je spaakbeen

  • armstrekspier (triceps) ontspant= langer en dunner

Slide 29 - Tekstslide

Arm strekken
  • Armstrekspier (triceps) samentrekken= korter en dikker

  • Pezen trekken aan je ellepijp

  • Armbuigspier (biceps)ontspant = langer en dunner

Slide 30 - Tekstslide

Antagonisten
Een buigspier en een strekspier die samen één beweging mogelijk maken, vormen een antagonistisch paar. De strekspier is de antagonist van de buigspier.

Op de vorige twee dia's staan twee antagonisten uitgelegd: de biceps en de triceps


Slide 31 - Tekstslide


Als een spier samentrekt:
hoe lang kun jij dit?
De plank is een statische oefening, wat inhoudt dat je je lichaam een tijdje in een bepaalde houding moet houden zonder te bewegen.
A
wordt de spier korter en dunner
B
wordt de spier langer en dikker
C
wordt de spier korter en dikker
D
wordt de spier langer en dunner

Slide 32 - Quizvraag


Tonie zegt dat antagonisten spieren zijn die elkaar tegenwerken.

Eya zegt dat antagonisten spieren zijn waarvan het samentrekken een tegengesteld effect heeft.

A
beide waar
B
beide nietwaar
C
Tonie waar Eya niet waar
D
Tonie nietwaar Eya waar

Slide 33 - Quizvraag


De arm gaat nog meer buigen
A
de biceps spant meer aan
B
de triceps spant meer aan
C
de voorste dijspier spant meer aan
D
de achterste dijspier spant meer aan

Slide 34 - Quizvraag

Beweging ontstaat doordat .... 1 .... kunnen samentrekken.

.... 2 .... kunnen niet samentrekken, maar zorgen voor verbinding met het bot.
A
1: spieren 2: spieren
B
1: pezen 2: pezen
C
1: pezen 2: spieren
D
1: spieren 2: pezen

Slide 35 - Quizvraag

Waar zitten pezen?
A
Tussen 2 gewrichten
B
Tussen botten en spieren
C
Tussen gewrichten en spieren
D
Tussen 2 spieren

Slide 36 - Quizvraag

Onbewuste spieren
A
Jij hebt geen controle over het aan- en ontspannen.
B
Spannen aan wanneer jij wil
C
Zijn spieren van dieren
D
Zijn spieren die je niet wil

Slide 37 - Quizvraag

Is het hart een spier?
A
ja
B
nee

Slide 38 - Quizvraag

Is een long een spier?
A
Ja
B
nee

Slide 39 - Quizvraag

Oefenen - 1pB
Maak opdracht 21, 22 en 23 van basisstof 5, thema 5.

Huiswerkcheck
timer
15:00

Slide 40 - Tekstslide

Oefenen
Maak opdracht 20 en 21 van basisstof 5, thema 5.

Klaar? Maak opdracht 22 en 24 van basisstof 6, thema 5.

Huiswerkcheck
timer
15:00

Slide 41 - Tekstslide

Nakijken
Opdracht 2, 5, 8, 9 en 10 van 5.1/5.2

Slide 42 - Tekstslide

Nakijken
Opdracht 13 t/m 18 van basisstof 4, thema 5

Slide 43 - Tekstslide

Vragen bij het filmpje
Schrijf de volgende vragen in je schrift en beantwoord ze tijdens het kijken van het filmpje (3:31)
  1. Waarmee zitten spieren vast aan botten?
  2. Waaruit zijn spieren opgebouwd? 

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Video

Vragen bij het filmpje
Schrijf de volgende vragen in je schrift en beantwoord ze tijdens het kijken van het filmpje (3:31)
  1. Waarmee zitten spieren vast aan botten? Met pezen
  2. Waaruit zijn spieren opgebouwd?  Bundels spiervezels

Slide 46 - Tekstslide

Hoe heet de verbinding waarmee de fontanellen (een soort botplaten) van een schedel aan elkaar zitten?
A
Gewrichtverbinding
B
Kraakbeenverbinding
C
Naadverbinding
D
Vergroeiing

Slide 47 - Quizvraag

Een voorbeeld van een willekeurige spier is:
A
hart
B
dunne darmspieren
C
kuitspier
D
bloedvaatspier

Slide 48 - Quizvraag