422AK - Les 3 - Drogredenen

4H welkom! 
Les 1:
- herhaling drogredenen + opdracht 11
- opdracht 12 t/m 18 (deels klassikaal) 
Les 2: 
- leestekst 
Doelen: 
- je kent de verschillende soorten drogredenen 
- je herkent drogreden in (korte) teksten
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

4H welkom! 
Les 1:
- herhaling drogredenen + opdracht 11
- opdracht 12 t/m 18 (deels klassikaal) 
Les 2: 
- leestekst 
Doelen: 
- je kent de verschillende soorten drogredenen 
- je herkent drogreden in (korte) teksten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4H welkom! 
Les 1: 
- terugblik theorie drogredenen 
- opdracht 12 t/m 18 (reader drogredenen) 
Les 2: oefening leestekst + bespreken 

Doelen: 
- je kent de verschillende soorten drogredenen 
- je herkent drogreden in (korte) teksten

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4H welkom! 
Deze les: 
- oefening leestekst + bespreken 

Doelen: 
- je kent de verschillende soorten drogredenen 
- je herkent drogreden in (korte) teksten

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Drogreden
Een argument dat logisch lijkt, 
maar bij nader inzien onjuist of misleidend is. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drogredenen - groep 1


1. onjuist oorzaak --> gevolg
2. onjuist kenmerk/eigenschap
3. overdrijven voor- of nadelen
4. vals dilemma
5. overhaaste generalisatie
6. verkeerde vergelijking
7. onjuiste autoriteit 
Drogredenen - groep 2


1. persoonlijke aanval
2. ontduiken bewijslast
3. cirkelredernering
4. vertekenen standpunt
5. bespelen van het publiek

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. onjuiste oorzaak/gevolg 
Een drogreden waarbij een oorzakelijk verband wordt gesuggereerd dat niet is bewezen of niet bestaat. 

Sinds de invoering van elektrische scooters zijn er meer verkeersongelukken. Elektrische scooters maken het verkeer dus gevaarlijker.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. onjuist kenmerk/eigenschap
Een irrelevant kenmerk wordt uitvergroot om een conclusie te trekken.

Hij draagt een bril, dus hij zal wel intelligent zijn.


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. overdrijven voor- of nadelen
De voordelen of nadelen van iets worden buiten proportie opgeblazen.

Als we zonnepanelen installeren, zijn al onze energieproblemen opgelost!


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. vals dilemma 
Een drogreden die doet alsof er maar 
een keuze is uit twee opties, terwijl er in werkelijkheid 
meer mogelijkheden zijn.

Of we verhogen de belasting, of de economie stort volledig in.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. overhaaste generalisatie 
Een drogreden waarbij een conclusie wordt getrokken op basis van één voorbeeld of situatie.

Mijn buurman werkt thuis en doet nooit iets. Thuiswerken zorgt dus voor luiheid.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6. verkeerde vergelijking 
Een drogreden waarbij een onjuiste vergelijking 
wordt gemaakt tussen twee zaken.

Als kinderen kunnen multitasken op hun telefoon, dan moeten ze toch ook tegelijkertijd huiswerk kunnen maken en Netflix kijken?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

7. onjuist beroep op autoriteit 
Een drogreden waarbij iemand als autoriteit wordt ingezet, die niets te maken heeft met het onderwerp. 

De economie is alleen nog te redden als de Nederlandse staat eigenaar wordt van alle banken. Gordon zei dit gisteren nog op tv!

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. persoonlijke aanval 
Een drogreden waarbij iemand niet ingaat op de argumenten van zijn tegenstander, maar op persoonlijke dingen.

Jij weet helemaal niks over gezond en gevarieerd eten, je bent zelf veel te zwaar!

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. ontduiken van de bewijslast
Een drogreden waarbij degene die met een stelling komt, 
deze niet verdedigt of bewijst.

Natuurlijk moeten we meer bewegen. Geef me één goede reden om dit niet te doen!

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. cirkelredenering 
Een drogreden waarbij het standpunt 
wordt ondersteund door een argument 
dat hetzelfde zegt als het standpunt.

We moeten deze regels volgen omdat het belangrijk is dat regels gevolgd worden.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. vertekenen v/h standpunt
Je verdraait de woorden van de ander om die makkelijker aan te vallen.

Je vindt het niet nodig om honden verplicht aangelijnd te laten zijn? Dus jij wilt dat iedereen gebeten wordt?!

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. bespelen van het publiek 
Een drogreden waarbij een spreker een beroep doet 
op de emoties van het publiek om het te winnen 
voor zijn standpunt.

U bent natuurlijk allemaal slim genoeg om mijn standpunt te begrijpen.
'Iedereen met gezond verstand weet toch...

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 
Er volgen zo meteen 6 uitspraken en/of fragmenten. 
Welke drogreden herken je? 

Nummer 1 t/m 6 in je schrift en schrijf de juiste drogreden op. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

2. Welke drogreden werd door Prem gebruikt?
A
Verkeerde vergelijking
B
Bespelen van het publiek
C
Persoonlijke aanval
D
Onjuist beroep op autoriteit

Slide 21 - Quizvraag

C

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

3. Welke drogreden gebruikt Gordon hier, naast de persoonlijke aanval?
A
Bespelen van het publiek
B
Onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
C
Overhaaste generalisatie
D
Cirkelredenering

Slide 23 - Quizvraag

A
4. 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

5. Welke drogreden gebruikt Johan Derksen hier?
A
Verkeerde vergelijking
B
Vertekenen van het standpunt
C
Persoonlijke aanval
D
Cirkelredenering

Slide 26 - Quizvraag

C

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

6. 
De drogreden in het filmpje van Lubach was natuurlijk overduidelijk. 

Vraag: 
Heb je zelf wel eens een overhaaste generalisatie gehoord of kan je er een bedenken? 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 12 t/m 18 
10/15 minuten - individueel 

Werk zelfstandig aan opdracht 12 t/m 18. 
Vragen? Overleg fluisterend met je buur/buuf. 

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4V welkom! 
Les 2: 
- drogredenen opdracht 12 t/m 18 bespreken 
- aanvaardbaarheid van argumentatie (paragraaf 4)
- maken opdracht 19  


Doelen: 
- je weet wanneer een argument aanvaardbaar is
- je kunt de aanvaardbaarheid van argumentatie aantonen

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aanvaardbaarheid argumentatie
Wanneer is een argumentatie aanvaardbaar? 

Het argument is: 
- op zichzelf aanvaardbaar (in overeenstemming met wat jij weet) 
- relevant (geen drogredenen)
- consistent (argumenten spreken elkaar niet tegen)
- toereikend (voldoende voor het standpunt) 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 19 (p. 22) 
20 minuten - individueel 

1. We lezen gezamenlijk de tekst op p. 24 en 25. 
2. Daarna maak je zelf vraag 1 t/m 20. 

Het hoeft niet af. Kijk hoever je komt. 


Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies