Hoofdstuk 2 basisstof 1: Voedingsmiddelen en voedingsstoffen

Thema 2: Voeding en vertering
Basisstof 1: Voedingsmiddelen en voedingsstoffen 
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Thema 2: Voeding en vertering
Basisstof 1: Voedingsmiddelen en voedingsstoffen 

Slide 1 - Tekstslide

Energizer: De muzikant
Stuur één leerling de klas uit. 

Spreek met de klas af wie de muzikant is.

De leerling wordt de klas ingeroepen. De hele klas doet steeds de
muzikant na (klappen, trommelen, rondje draaien enz.), terwijl de
leerling moet ontdekken wie er steeds de beweging bedenkt/begint.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik kan de functies van voedingsstoffen en voedingsvezels in voedingsmiddelen uit mijn hoofd opnoemen. 
  • Ik kan onderscheid maken tussen de zes groepen voedingsstoffen en hun functies en kenmerken benoemen. 
  • Ik kan de verschillen tussen essentiële en niet-essentiële voedingsstoffen opnoemen. 

Slide 4 - Tekstslide

Wat weet je van voeding en vertering?

Slide 5 - Woordweb

Voedingsmiddelen
Alle producten die je eet en drinkt noem je voedingsmiddelen.

Twee varianten:
  • Plantaardig 
  • Dierlijk

Slide 6 - Tekstslide

Voedingsstoffen
Voedingsstoffen zijn stoffen die je lichaam nodig heeft voor energie, groei en herstel. 

Voedingsstoffen kunnen vier functies hebben:
  • Brandstof 
  • Bouwstof 
  • Reservestof 
  • Beschermende stof

Zes groepen voedingsstoffen

Slide 7 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Huiswerk:
Basisstof 1: opdracht 1 en 2

Volgende les verder met basisstof 1: 
  • Zes groepen voedingsstoffen 
  • Voedingsvezels 
  • Essentiële voedingsstoffen

Slide 8 - Tekstslide

Thema 2: Voeding en vertering (vervolg)

Basisstof 1: Voedingsmiddelen en voedingsstoffen 

Slide 9 - Tekstslide

Zes groepen voedingsstoffen

Slide 10 - Tekstslide

Eiwitten
Eiwitten zijn bouwstoffen

Teveel aan eiwitten? 
  • Eiwit als brandstof 
  • Eiwit als reservestof (vet)
Cytoplasma
Spieren

Slide 11 - Tekstslide

Koolhydraten
Koolhydraten zijn brandstoffen, maar kunnen ook dienen als bouwstof. 

Teveel aan koolhydraten?
  • Koolhydraten als reservestof (vet)

Suikers (glucose), zetmeel, voedingsvezels en glycogeen. 

Slide 12 - Tekstslide

Vetten
Vetten zijn brandstoffen, maar kunnen ook dienen als bouwstof en reservestof. 

Verzadigde en onverzadigde vetten. 

Slide 13 - Tekstslide

Water
Water is een bouwstof                vervoer van stoffen. 

Het menselijk lichaam bestaat uit 60% water. 

Slide 14 - Tekstslide

Mineralen (en vitaminen)
Mineralen zijn bouwstoffen en dienen ook als beschermende stof. 

Mineralen worden ook wel zouten genoemd. 
  • Calcium (kalk)
  • Natrium
  • Magnesium
  • IJzer

Slide 15 - Tekstslide

Vitaminen (en mineralen)
Vitaminen dienen als bouwstof en beschermende stof. 
Van te veel/te weinig vitaminen kun je ziek worden. 

Vitamine A, B, C, D en K. 

Slide 16 - Tekstslide

Voedingsvezels
Voedingsvezels (vezels) zijn plantaardige stoffen die je lichaam niet kan verteren. 

Vezels behoren tot de koolhydraten en zijn afkomstig uit de celwanden van planten. 

Geven een verzadigd gevoel en zijn nodig voor een goede darmwerking. 

Slide 17 - Tekstslide

(niet) essentiële voedingsstoffen
Essentiële voedingsstoffen: voedingsstoffen die het lichaam niet zelf kan maken              vitamine C.

Niet essentiële voedingsstoffen: voedingsstoffen die het lichaam zelf kan maken              vetten.  

Slide 18 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Huiswerk:
Basisstof 1: opdracht 1 t/m 9


timer
5:00

Slide 19 - Tekstslide