422AK - Les 3 - Drogredenen

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 3

Argumenteren & 

Drogredenen

Wat gaan we doen?

• Terugblik: wat weten jullie nog?
  
• Quiz
• Nakijken opdrachten

• Drogreden

Een argument dat logisch lijkt, 

maar bij nader inzien onjuist of misleidend is

• Vals dilemma

Een drogreden die doet alsof er maar 

een keuze is uit twee opties, terwijl er in werkelijkheid 

meer mogelijkheden zijn.

• Onjuiste vergelijking

Een drogreden waarbij een onjuiste vergelijking 

wordt gemaakt tussen twee zaken.

• Bespelen van het publiek

Een drogreden waarbij een spreker een beroep doet 

op de emoties van het publiek om het te winnen 

voor zijn standpunt.

• Generalisatie

Een drogreden waarbij een conclusie wordt getrokken op basis van één voorbeeld of situatie.

• Persoonlijke aanval

Een drogreden waarbij iemand niet ingaat op de argumenten van zijn tegenstander, maar op persoonlijke dingen.

• Cirkelredenering

Een drogreden waarbij het standpunt 

wordt ondersteund door een argument 

dat hetzelfde zegt als het standpunt.

• Onjuist beroep op autoriteit

Een drogreden waarbij een bekend persoon als autoriteit wordt ingezet, die niets te maken heeft met het onderwerp

• Onjuist beroep op een kenmerk of eigenschap

Een drogreden waarbij het standpunt wordt ondersteund 

door een kenmerk of eigenschap dat er 

eigenlijk niets mee te maken heeft.

• Vertekenen van het standpunt

Een drogreden waarbij het standpunt op een andere manier wordt geformuleerd of verdraaid waarbij het daadwerkelijke standpunt niet klopt.

• Ontduiken van de bewijslast

Een drogreden waarbij degene die met een stelling komt, 

deze niet verdedigt of bewijst.

• Onjuiste oorzaak-gevolg

Een drogreden waarbij een oorzakelijk verband wordt gesuggereerd dat niet bewezen of bestaat

Ik heb dat zo meegemaakt, dus geldt dat voor iedereen.

1. beroep doen op de meerderheid
2. generalisatie
3. cirkelredenering
4. aanval op de persoon

B

Ik loop weg zonder te betalen, want iedereen doet dat hier.

1. beroep doen op de meerderheid
2. autoriteitsargument
3. cirkelredenering
4. aanval op de persoon

A

Welke drogreden werd door Prem gebruikt?

1. Verkeerde vergelijking
2. Bespelen van het publiek
3. Persoonlijke aanval
4. Onjuist beroep op autoriteit

C

Welke drogreden gebruikt Gordon hier, naast de persoonlijke aanval?

1. Bespelen van het publiek
2. Onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
3. Overhaaste generalisatie
4. Cirkelredenering

A

Welke drogreden gebruikt Arjen Lubach hier?

1. Persoonlijke aanval
2. Ontduiken van bewijslast
3. Vertekenen van het standpunt
4. Overhaaste generalisatie

D

Welke drogreden gebruikt Johan Derksen hier?

1. Verkeerde vergelijking
2. Vertekenen van het standpunt
3. Persoonlijke aanval
4. Cirkelredenering

C

Maken 

Lezen tekst 1