Werkwoordspelling 3.9

Werkwoordspelling 3.9
Onvoltooid deelwoord
Voltooid deelwoord
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Werkwoordspelling 3.9
Onvoltooid deelwoord
Voltooid deelwoord

Slide 1 - Tekstslide

Het onderstreepte woord noem je een onvoltooid deelwoord.
- Bekijk het voorbeeld en leg uit hoe je een OVD samenstelt.
- Bedenk zelf een werkwoord en maak er een OVD van.
Hij beantwoordde de vraag gapend

Slide 2 - Open vraag

Tegenwoordig deelwoord (td) 
of onvoltooid deelwoord (od)

-Het onvoltooid deelwoord geeft aan dat een handeling nog niet voltooid is, het is nog bezig.
-Er gebeuren twee dingen tegelijkertijd.

Je schrijft ALTIJD een -D achter het hele werkwoord.
  • Lachend loopt hij de school binnen
  • Fietsend belde Eva naar huis.

Slide 3 - Tekstslide

Wat is het onvoltooid/tegenwoordig deelwoord?

(Wandelen) .... belde Jos zijn vriend.
A
Wandelt
B
Wandelde
C
Gewandeld
D
Wandelend

Slide 4 - Quizvraag

Bedenk zelf een zin waarin het werkwoord BLAFFEN een onvoltooid deelwoord is.

Slide 5 - Open vraag

Ik snap het tegenwoordig of
onvoltooid deelwoord.
A
Ja! :)
B
Nog niet :(

Slide 6 - Quizvraag

Een voltooid deelwoord kan je herkennen aan…?

Slide 7 - Open vraag

Voltooid en 
onvoltooid/tegenwoordig deelwoord
Voltooid deelwoord: 
De handeling is al gebeurd  --> De deur is geverfd.

Onvoltooid of tegenwoordig deelwoord: 
De handeling is nog bezig    --> Zij zingt al vervend de mooiste liedjes.

Slide 8 - Tekstslide

Vd bij sterke werkwoorden
Het voltooid deelwoord van vrijwel alle sterke werkwoorden eindigt op -en.
Schrijf je wat je hoort.

      Ik heb heerlijk geslapen.
      De trein is weer te laat aangekomen.


Slide 9 - Tekstslide

Vd bij zwakke werkwoorden

Om te weten of het voltooid deelwoord op -d of -t eindigt, maak je het woord in de verleden tijd langer:

maken   -   maakte   -   gemaakt
spellen  -   spelde     -    gespeld


Slide 10 - Tekstslide

Vd bij zwakke werkwoorden
Het voltooid deelwoord bij zwakke werkwoorden:

ge + ik-vorm + t: gefietst, gemaakt, gedanst
ge + ik-vorm + d: gebeld, gehoord, gekneusd
Hoe weet je nou of het een d of een t moet zijn?
Gebruik 't ex-kofschip of 't ex-fokschaap 

Of, nog makkelijker: Maak het woord langer!

Slide 11 - Tekstslide

Voltooid deelwoord (vd)
Welke werkwoorden staan in een zin met een voltooid deelwoord?
hebben, zijn of worden
  •  Hoort bij het gezegde.
  •  Kan nooit het enige werkwoord in de zin zijn.
  •  Begint meestal met ge-
  •  Kan ook beginnen met be-, ver-, ont-, her-

Slide 12 - Tekstslide

Wat is het voltooid deelwoord?

Gisteren moest een bestand bij mijn docent Engels ingeleverd worden, maar dat lukte niet en toen raakte ik ..... (stressen)
A
gestresst
B
gestrest
C
gestressed
D
gestresd

Slide 13 - Quizvraag

Ik snap het voltooid deelwoord.
A
Ja! :)
B
Nog niet :(

Slide 14 - Quizvraag



In Talent staan uitlegfilmpjes
van het voltooid deelwoord, het
tegenwoordig deelwoord (ook wel onvoltooid deelwoord genoemd. 

Slide 15 - Tekstslide

Wanneer?
Maandag 30 oktober
Wat?
§ 3.9 Spelling: 
Opdrachten 1, 3, 4, 5, 6 en 7 
Hulp?
Boek of klasgenoot
Leerdoel
Werkwoordspelling
Klaar?
Lees de theorie in §4.9 over Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord en maak opdracht 3 en 4. 
timer
15:00

Slide 16 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen een voltooid deelwoord en onvoltooid deelwoord?

Slide 17 - Open vraag