S&S: les 1 > Overzicht van de lesstof

Overzicht van Steden & Staten
Wat gaan we behandelen?

Steden & Staten: les 1
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisBasisschoolGroep 6-8

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Overzicht van Steden & Staten
Wat gaan we behandelen?

Steden & Staten: les 1

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Je leert: 
  1. Welke tijd bij Steden en Staten hoort
  2. Geschiedenis van de steden en belangrijke mensen uit deze tijd



Slide 2 - Tekstslide

Geen oorlog meer.
Rond het jaar 1000 werd het rustiger in Europa. Er waren niet zoveel oorlogen meer. Mensen waren minder onzeker over de toekomst en kregen meer kinderen. 

De Europese bevolking begon te groeien. (Er kwamen meer mensen.) 
Om ervoor te zorgen dat iedereen te eten had moest de opbrengst van het land groter worden. Er moest meer eten komen! 

Slide 3 - Tekstslide

De bevolking in Europa groeide omdat...
A
Er oorlog was
B
Er geen oorlog was
C
Er oorlog was, dus mensen namen kinderen die soldaten werden
D
Er geen oorlog was, dus mensen namen kinderen omdat het veilig was.

Slide 4 - Quizvraag

Hofstelsel
De horigen moesten het land bewerken van de kasteelheer (leenman). 
In ruil daarvoor kregen ze bescherming. 
Boer
Veilig

Slide 5 - Tekstslide

Wat was een hofstelsel ook alweer?
De koning had veel grond. 
Teveel grond om zelf te snoeien, te maaien, te zaaien en te oogsten. 
Hij leende een stuk grond uit aan een leenman.
Leenman en boer
De leenman maar deed ook het werk op het land niet. 
Dat liet hij boeren doen. 
In ruil daarvoor beschermde hij ze en kreeg hij een deel van de oogst. 
Een stukje van die oogst gaf hij door aan de koning.

Slide 6 - Tekstslide

Wat heeft een Middel-eeuwse stad?
Wat is 
een hofstelsel?
Hoe ontstond handel
?
Wat zijn ambachten
?
Hoe groeide een stad?
Een kasteel had veel koopmannen en een grote markt. Ruimte rondom kasteel werd volgebouwd tot het vol was. Overal waren houten huizen. Een stadmuur met stadspoorten gebouwd. Nu was er meer ruimte om te wonen. 
  • kerk 
  • koopmanshuis
  • stadsmuur
  • markt
  • stadspoort
Een koning verdeelde zijn land. Leenmannen (vazallen) kregen een stuk grond. Horigen (boeren) bewerkten dit land in ruil voor bescherming.
Boeren wisten steeds beter land te bewerken. Ook kwamen ze erachter dat grond braak laten de grond verbeterde. (drieslagenstelsel) Er kwam meer oogst. Boeren werden koopmannen. Koopmannen verhandelden oogst of zichzelf, als ze iets goed konden maken of doen.
Een ambacht is een ander woord voor beroep of vak. 

Slide 7 - Sleepvraag

De rijken worden rijker
Alles staat in dienst van de ridder van adel, de kasteelheer, de leenman. 
Deze wordt steeds rijker, de armen blijven arm. Daar kan de kerk weinig aan veranderen, hoe de monniken ook helpen,

Slide 8 - Tekstslide

Maar dan!
Door het grote rijk van Karel de Grote is er tientallen jaren geen oorlog in het rijk. Natuurlijk zijn er wel de kruistochten. 
Vrede brengt voorspoed
De horigen bewerken het akkerland goed. Er komt steeds meer oogst. De bevolking groeit. En met meer oogst is er meer voer voor de dieren. Er komen steeds meer varkens, paarden, koeien, melk, kaas, graan, tarwe. Zelfs meer dan de kasteelheer op kan, of kan bewaren! En weggooien is zonde... wat nu? 

Slide 9 - Tekstslide

Weet je het nog?
De boeren komen erachter dat je meer kan oogsten door een jaar niets te verbouwen. Braakliggende grond, noem je dat. Dan komen er weer voedingsstoffen in de grond. Net als jij, na je boterham en een dutje. 

Slide 10 - Tekstslide

Braakliggende grond =
A
Grond waar braaksel (spuug) op ligt
B
Grond met een gewas wat je kunt oogsten
C
Grond wat een jaar lang rust krijgt
D
Grond voor erg misselijke horigen

Slide 11 - Quizvraag

Rust in het land
Het jaar 1000. Er waren geen aanvallen meer van wilde volken als de Germanen, Hunnen en Vandalen. Er zijn geen volksverhuizingen meer, koningen hebben het land verdeeld. 
Meer, meer, meer!
De oogsten doen het steeds beter. Er is meer voedsel, dus meer mensen. Er is meer te verkopen, dus de markten zijn groter. De horigen houden meer over, en kunnen soms koopman te worden. Koopmannen verhandelen hun oogst, spullen of iets wat ze goed kunnen.

Slide 12 - Tekstslide

Herhalen
De Middeleeuwse oogsten werden beter door:
  • drieslagenstelsel (grond braak laten)
  • mest strooien
  • keerploeg (van ijzer)

Slide 13 - Tekstslide

Niet goed voor de oogst
Goed voor de oogst
Sleep naar de goede plek
IJzeren ploeg. Met deze ploeg komen aardappels dieper in de grond, dus kunnen ze beter groeien. 
Braak liggende grond. Deze grond laat je een jaar rusten. 
Mest. Door mest op het land te strooien groeit het gewas beter. 
Heel veel verbouwen op hetzelfde land. 
Door veel te zaaien heb je veel planten. 

Slide 14 - Sleepvraag

Herhalen
De Middeleeuwse steden werden groter door:
  • geen aanvallen van wilde volken
  • boeren hadden meer oogst, konden koopman worden
  • boeren konden ander werk doen; kleermaker, timmerman (ambachten) 

Slide 15 - Tekstslide

Nederzettingen werden dorpen. Dorpen werden steden.
Waarom?

A
Er waren geen aanvallen van wilde volken meer
B
Er was meer oogst, en boeren gingen ermee handelen
C
De kasteelheer had horigen ontslagen
D
Kooplui voelden zich in de stadsmuur beschermd

Slide 16 - Quizvraag

Herhalen
De Middeleeuwse stad had:
  • kerk
  • markt
  • stadsmuur 
  • stadpoort 
  • koopmanshuis

Slide 17 - Tekstslide

Sleep wat bij een Middeleeuwse stad hoort 
naar het plaatje
Kerk
Als ik hoor bij een Middeleeuwse stad, sleep mij dan.
Plein
Als ik hoor bij een Middeleeuwse stad, 
sleep mij dan naar het sleepdoel. 
Stadsmuur
Als ik hoor bij een Middeleeuwse stad, 
sleep mij dan naar het sleepdoel. 
Agora
Als ik hoor bij een Middeleeuwse stad, 
sleep mij dan naar het sleepdoel. 
Tempel
Als ik hoor bij een Middeleeuwse stad, 
sleep mij dan naar het sleepdoel. 
Stadspoort
Als ik hoor bij een Middeleeuwse stad, 
sleep mij dan naar het sleepdoel. 
Markt
Als ik hoor bij een Middeleeuwse stad, 
sleep mij dan naar het sleepdoel. 
Koopmanshuis
Als ik hoor bij een Middeleeuwse stad, 
sleep mij dan naar het sleepdoel. 

Slide 18 - Sleepvraag

Wat ga je leren?
  • Wat is de Hanze?
  • Welke steden doen mee?
  • Wat is belangrijk voor de handel?
  • Welke ambachten zijn er?
  • Wat is een gilde?

Slide 19 - Tekstslide

De Hanze
De Hanze is een samenwerking van handelaren en steden.

Kooplui hadden veel handel. Maar rondtrekken van stad naar stad was gevaarlijk over de weg. Overal waren rovers die je  konden overvallen. Handel en kooplui vervoeren via het water was veiliger.

Slide 20 - Tekstslide

Sleep naar de juiste plek (er staan geen rode vensters)
Monniken
(geestelijken)
Dit is veilig vervoer 
voor handel en kooplui.
Dit is een weg langs een rivier. 
Hier kan een koopman overvallen worden.

Slide 21 - Sleepvraag

Steden aan het water zijn veiliger
Koopmannen willen niet overvallen worden, dus gaan ze per schip. Steden die aan de kust/rivier liggen ontwikkelen zich tot grote handelssteden. 
Pakhuizen
Deze ommuurde steden hebben goede havens en pakhuizen. 
In een pakhuis bewaar je spullen die je wilt verkopen. 
De steden aan het water gingen samenwerken.

Slide 22 - Tekstslide