Les 6: Afronden en kWh

Fijn dat je er bent!
Pak alvast je schrift en werkboek a voor je.

Vandaag hebben we het over kWh en significantie.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Fijn dat je er bent!
Pak alvast je schrift en werkboek a voor je.

Vandaag hebben we het over kWh en significantie.

Slide 1 - Tekstslide

Programma van deze les
  1. Terugblik vorige les: bespreken opdracht 1 en 2a
  2. kWh: uitleg + opdracht + nabespreking
  3. Significantie: uitleg + nakijken opdracht 4 (van vorige les) 
  4. Afsluiting met Blooket over significantie

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht bespreking
Pak werkboek a en je schrift en ga naar 
opdracht 1 en 2a op blz. 37.

Slide 3 - Tekstslide

P=UI
Ptot=UItot

Slide 4 - Tekstslide

Spinner klas V3C

Slide 5 - Tekstslide

Spinner klas V3A

Slide 6 - Tekstslide

kWh meter
Joule is de officiële eenheid voor energie.
Maar op de energierekening staat je verbruik in kWh.

E = P · t
E (kWh) = P (kW) · t (uur of h) 

Slide 7 - Tekstslide

Van kWh naar Joule
Van kWh naar Joule rekenen:





Dus: 1 kWh = 3,6 MJ
kWh
Joule 
E = P(kW) · t(h)
E = 1 kW × 1 h
E = 1 kWh
E = P(W) · t(s)
E = 1000 W × 3600 s
E = 3,6·106 J = 3,6 MJ

Slide 8 - Tekstslide

Stroomkosten berekenen
Hugo schat dat zijn bureaulamp (6,0 W) in een maand ongeveer 60 uur brandt (figuur 8).
Bereken:
• hoeveel elektrische energie de lamp in 60 uur verbruikt;
• hoeveel die elektrische energie kost. 1 kWh kost € 0,23.
gegevens
P = 6 W = 0,006 kW  t = 60 h
gevraagd E = ?
uitwerking
E = P · t = 0,006 × 60 = 0,36 kWh
prijs: 0,36 × 0,23 = € 0,08




Vraag: mijn stroomverbruik in juli was 170 kWh. De stroomprijs was die maand €0,36. Hoeveel elektriciteitskosten moest ik deze maand betalen? 

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht
Ga naar bladzijde 39 van werkboek a en maak opdracht 7
Kijk hiervoor indien nodig terug in de tekst.
Werk de eerste 2 minuten in stilte, daarna mag je fluisterend overleggen met je buur.

Straks vraag ik 4 willekeurige leerlingen 
naar hun antwoord .


Klaar? Voor iedereen nuttig en praktisch: lees paragraaf 4 over veiligheid 
Makkie? Maak dan opdracht *8 of lees de plusstof (groen kader) en maak de opdrachten.

timer
6:00

Slide 10 - Tekstslide

Spinner klas V3C

Slide 11 - Tekstslide

Spinner klas V3A

Slide 12 - Tekstslide

Significante cijfers
Je meet in een stroomkring een spanning van 
12  V en een stroomsterkte van 1,41A.
12 V heeft 2 significante cijfers
1,41 A heeft 3 significante cijfers
12 V kun je ook schrijven als 0,012kV
1,41 A kun je niet schrijven als 1410mA (wel als 1,41 x102 mA)
  • Nullen aan het begin van het getal tellen niet mee voor de significantie.
  • Nullen aan het eind van het getal tellen wel mee!

Slide 13 - Tekstslide

Afronden
Je meet in een stroomkring met een lamp een spanning van
12 V en een stroomsterkte van 1,41 A.
Wat is het vermogen van de lamp?

P = 12 x 1,41 = 16,92 W -> dit moet je afronden naar 17 W
Anders zou je antwoord nauwkeuriger zijn dan je metingen en dat kan niet.

  •  De uitkomst krijgt evenveel significante cijfers als het minst nauwkeurige gegeven.
P=UI

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht bespreking
Pak werkboek a en je schrift en ga naar 
opdracht 4 op blz. 38.
Bekijk de opdracht en verbeter je antwoord indien nodig.

Ik vraag straks 2 leerlingen om hun antwoord op het bord te schrijven.
timer
2:00

Slide 15 - Tekstslide

Spinner klas V3C

Slide 16 - Tekstslide

Spinner klas V3A

Slide 17 - Tekstslide

Afsluiting
Volgende les: Werken we verder uit boek b! Vergeet dus niet om deze mee te nemen!

We gaan het hebben over lading en spanning en over statische elektriciteit.

Slide 18 - Tekstslide

BLOOKET!

Slide 19 - Tekstslide