2.3 De vruchtbare halve maan RZ

2.3 De vruchtbare halve maan, dorpen worden steden 
OP TAFEL: 
- IPAD 
- PEN EN SCHRIFT
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

2.3 De vruchtbare halve maan, dorpen worden steden 
OP TAFEL: 
- IPAD 
- PEN EN SCHRIFT

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen:
  • Je kunt veranderingen uitleggen die het gevolg waren van de Neolithische revolutie.

  • Je kunt politieke, economische en sociale veranderingen uitleggen die het gevolg waren van het ontstaan van stedelijke gemeenschappen.

  • Je kunt de relatie uitleggen tussen de uitvinding van het schrift en het einde van de prehistorie.

  • (Je kunt oorzaken en gevolgen onderscheiden.)

Slide 3 - Tekstslide

Klimaatsverandering
  • Rond 10.000 v. Chr

  • De aarde wordt warmer

  • Nederland: moerassen en bossen

  • Delen van Afrika en Midden-Oosten: droger 

Slide 4 - Tekstslide

Noord-Afrika en
Midden-Oosten

  • Droog klimaat: minder begroeiing en water (ontstaan woestijnen)

  • Te weinig voedsel: dieren trekken weg naar vruchtbare gebieden

  • Mensen trekken ook weg of gaan andere middelen van bestaan zoeken om in leven te blijven

Slide 5 - Tekstslide

Middelen van bestaan zijn manieren om in leven te blijven.
Welke middelen van bestaan hadden de eerste mensen?
A
Wilde dieren en verzamelen
B
Jagers en boeren
C
Jagen en verzamelen
D
Boeren en verzamelaars

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Video

Neolithische Revolutie
  • Overgang van Jager-Verzamelaar naar boer
  • Agrarische samenleving
  • nomade -> vaste woonplaats
  • jagen en verzamelen -> landbouw = akkerbouw en veeteelt
  • kleine sociale verschillen -> grote sociale verschillen

Slide 8 - Tekstslide

Neolithische revolutie = Landbouwrevolutie
  • Revolutie betekent verandering

  • Jager-verzamelaars worden boer

  • De landbouwrevolutie duurde meer dan 1000 jaar: niet iedereen werd tegelijk boer

  • Landbouw bestaat uit: akkerbouw en veeteelt

Slide 9 - Tekstslide

Vruchtbare Halvemaan
  • Gebied waar de eerste landbouw ontstaat (9000 v. Chr.)
  • Midden-Oosten: Egypte, Israël, Palestina, Jordanië, Libanon, Syrië, Irak, Iran en Turkije
  • Twee stromen land: Eufraat en Tigris
  • Mesopotamië
  • 'De kraamkamer van de beschaving': ontstaan van steden en het schrift

Slide 10 - Tekstslide

Ontwikkeling naar de agrarische samenleving heeft 3 belangrijke gevolgen: 
  • Mensen hoefden niet meer rond te trekken omdat de oogst, vlees en melk voor voldoende voedsel zorgt: nomadenleven stopt 
  • Het aantal mensen goeit door de hoeveelheid voedsel, de dorpen groeien daardoor ook: landbouwsamenleving
  • Er ontstaan beroepen. Mensen specialiseerden zich: arbeidsspecialisatie. Niet iedereen hoefde in de landbouw te werken. 

Slide 11 - Tekstslide

Wat is de neolithische revolutie?
A
De overgang van jagen-verzamelen op landbouw.
B
De overgang van jagen verzamelen op landbouw en veeteelt.
C
De verhuizing van jagers-verzamelaars naar de vruchtbare halve maan.
D
Het wonen op een vaste woonplaats.

Slide 12 - Quizvraag

Ok, landbouw...
Welke 'optelsom' is juist over landbouw?
A
akkerbouw + landbouw = veeteelt
B
landbouw + veeteelt = akkerbouw
C
veeteelt + akkerbouw = landbouw

Slide 13 - Quizvraag

Welke middelen van bestaan hadden de mensen tijdens de Landbouwrevolutie?
A
Jagen en verzamelen
B
Jagen, verzamelen, akkerbouw en veeteelt
C
Akkerbouw en veeteelt
D
Verzamelen, akkerbouw en veeteelt

Slide 14 - Quizvraag

Kijk even goed naar deze kaart van het Midden-Oosten, 
je krijgt er hierna een vraag over.

Slide 15 - Tekstslide

Leg uit waarom de landbouw niet in de gebieden A en B in de kaart, die je net hebt gezien, ontstond

Slide 16 - Open vraag

Wat is geen gevolg van de ontdekking van de landbouw?
A
Mensen konden op een vaste woonplaats wonen.
B
Men ging over op specialisatie van een ambacht.
C
Er was meer voedsel beschikbaar.
D
Door het warmere klimaat verdwenen dieren.

Slide 17 - Quizvraag

Noem één verschil tussen een jager-verzamelaar en een boer.

Slide 18 - Open vraag

Welk gebied noemen wij de vruchtbare halve maan?
A
Gebied rond de Nijl
B
Gebied tussen de Tigres en de Eufraat
C
Gebied rond de middellandse zee
D
Gebied rond het Suezkanaal

Slide 19 - Quizvraag

aantekeningen
aantekeningen
timer
7:00

Slide 20 - Tekstslide

Volgende vragen maken: 
maken vragen 2.3.1.  vraag 1 t/m 3 
(vraag 4 overslaan) 
timer
5:00

Slide 21 - Tekstslide

2.3.3 Leven in een stad
er ontstonden grote veranderingen: 
  • beroepen en daardoor verschillen
  • Door verschillende beroepen ontstaat er ruilhandel
  • Verschil tussen rijk en arm
  • beroepen met meer en minder aanzien
  • Ook komt er een koning, de hoogste in aanzien (vertegenwoordiger van god)
  • Bouw van paleizen en tempels
  • Om met zijn allen te leven worden er regels gemaakt en opgeschreven
  • ook het beroep ambtenaar ontstaat 
  • codex hammurabi

Slide 22 - Tekstslide

Aantekeningen

Slide 23 - Tekstslide

begrippen:
1. vruchtbare halve maan 
2. arbeidsspecialisatie
3. ambacht
4. irrigatie landbouw
5. agrarisch-stedelijke samenleving
6. ruilhandel
7. Koning
8. schrift
9. landbouw
10. beroep

Slide 24 - Tekstslide

jaartallen:
  • 11.000 v. Chr: klimaatverandering
  • 6000 v. Chr: eerste agrarische-stedelijke samenleving
  • 3000 v. Chr.: Einde prehistorie 

Slide 25 - Tekstslide

Leerdoelen:
  • Je kunt veranderingen uitleggen die het gevolg waren van de Neolithische revolutie.

  • Je kunt politieke, economische en sociale veranderingen uitleggen die het gevolg waren van het ontstaan van stedelijke gemeenschappen.

  • Je kunt de relatie uitleggen tussen de uitvinding van het schrift en het einde van de prehistorie.

  • Je kunt oorzaken en gevolgen onderscheiden.

Slide 26 - Tekstslide

Wat vond je van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Poll

Vaardigheid: Oorzaak/gevolg
Oorzaak: waardoor iets gebeurd
Gevolg: iets wat door iets anders gebeurd.


Slide 28 - Tekstslide

Wat is een oorzaak-gevolg
A
Ik viel van de trap, doordat mijn veter loszat.
B
De spits van Ajax krijgt de bal goed aangespeeld, waardoor hij scoort.
C
Hij staat een acht voor de vakken wiskunde en Engels.
D
De kleuren van de vlag zijn geel en blauw.

Slide 29 - Quizvraag

Is dit een oorzaak of gevolg van de irrigatielandbouw?

'Het ontstaan van nieuwe beroepen'
A
Oorzaak
B
Gevolg

Slide 30 - Quizvraag

Is dit een oorzaak of gevolg van de irrigatielandbouw?

'Het ontstaan van nieuwe uitvindingen'
A
Oorzaak
B
Gevolg

Slide 31 - Quizvraag