2D Fictie 1.1 (af)

H1.1 2D
Tijdsperspectief + herhaling personages (brugklas)
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

H1.1 2D
Tijdsperspectief + herhaling personages (brugklas)

Slide 1 - Tekstslide

Theorie (personages) 
Hoofdpersonen bijpersonen = personages

Wat krijg je over hoofdpersonen te weten?
- wat hij/zij denkt en voelt
- wat zijn/haar karaktereigenschappen zijn
- hoe hij/zij eruitziet
- waat, hoe en met wie hij/zij woont
Hierdoor kun je je beter inleven in de hoofdpersoon.

Over de bijpersonen krijg je minder informatie. Je krijgt meestal geen gedachten of gevoelens te lezen.

Slide 2 - Tekstslide

Een bijpersoon speelt een minder belangrijke rol in een verhaal.
Bovenstaande uitspraak is
A
waar
B
niet waar
C
ik heb geen idee

Slide 3 - Quizvraag

In een verhaal krijg je veel informatie van de hoofdpersoon.
Bovenstaande uitspraak is
A
ik heb geen idee
B
waar
C
niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Theorie (perspectief)
Ieder verhaal heeft een tijdsperspectief.
Optie 1: met de gebeurtenissen mee vertellen.
De schrijver weet ook nog niet wat er gaat gebeuren. 
Optie 2: achteraf vertellen.
De schrijver kent de afloop al en kan dus vooruit lopen op de gebeurtenissen. Hij gaat heen en weer tussen toen en nu.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Welk tijdsperspectief
speelt bij de Titanic?
A
Met de gebeurtenissen mee vertellen.
B
Achteraf vertellen.

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video

Welk tijdsperspectief
heeft het verhaal "1917"?

Slide 9 - Open vraag

En nu werken jullie!

Slide 10 - Tekstslide